ECLI:NL:RBGRO:2007:BA1437
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Geldigheid en reikwijdte van een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 21 maart 2007 uitspraak gedaan over de geldigheid en reikwijdte van een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Vandijke Semo B.V. en haar ex-werknemer, [gedaagde]. De procedure is voortgekomen uit een langdurig geschil dat begon in augustus 1997 en eindigde met een arrest van het Gerechtshof Leeuwarden op 2 februari 2005, waarin het concurrentiebeding werd omgezet in een relatiebeding. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering van Vandijke Semo niet was verjaard, ondanks het verweer van [gedaagde] dat de werkgever pas in 2006 aanspraak had gemaakt op de boetes. De kantonrechter stelde vast dat de verjaringstermijn was gaan lopen vanaf het moment dat Vandijke Semo feitelijk bekend was met de overtreding van het concurrentiebeding door [gedaagde]. De kantonrechter oordeelde dat de werkgever voldoende schriftelijke mededelingen had gedaan aan [gedaagde] over haar recht op nakoming van het concurrentiebeding, waardoor de verjaring niet was gestuit. De kantonrechter heeft de vordering van Vandijke Semo toegewezen en [gedaagde] veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 39.615,01, vermeerderd met wettelijke rente.