ECLI:NL:RBGEL:2025:2017
Rechtbank Gelderland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van openstaande facturen door een advocatenkantoor
In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 26 februari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen een advocatenkantoor, aangeduid als [eiser], en een gedaagde partij, aangeduid als [gedaagde]. De eiser vorderde betaling van openstaande facturen die voortvloeien uit twee overeenkomsten van opdracht voor juridische bijstand. De eiser had in totaal facturen ter waarde van € 15.162,21 verzonden, waarvan slechts € 10.941,01 door de gedaagde was voldaan. De eiser vorderde een bedrag van € 4.768,23, bestaande uit een hoofdsom en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde voerde verweer en stelde dat de eiser tekort was geschoten in haar verplichtingen, wat zou leiden tot schade aan de gedaagde. De kantonrechter heeft de procedure beoordeeld en vastgesteld dat de eiser voldoende zorg heeft betracht bij de uitvoering van de opdrachten. De gedaagde heeft niet voldoende onderbouwd dat hij schade heeft geleden door een tekortkoming van de eiser. De kantonrechter heeft de vordering van de eiser toegewezen en de gedaagde veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en proceskosten.