Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.De procedure
- het aanvullend deskundigenrapport van 18 juni 2024
- de kostenopgaaf van mr. De Groot van 10 december 2024
2.De verdere beoordeling
Wat de ombouwkosten betreft hebben de deskundigen het standpunt ingenomen dat dit soort kosten in vijftien tot twintig jaar worden afgeschreven en niet toerekenbaar zijn aan alleen dit project, los van de vraag wat tussen de Staat en Boskalis daarover contractueel is vastgelegd. Voor beide andere posten geldt volgens de deskundigen dat bij een veronderstelde commerciële winning door een willekeurige eigenaar geen sprake is van dergelijke kosten, terwijl ook niet is gebleken dat de geraamde opbrengsten, bezien per peildatum, onjuist zouden zijn. De rechtbank verenigt zich met deze argumentatie van de deskundigen en kennelijk ook de Staat, die bij pleidooi niet meer op zijn standpunt ter zake is teruggekomen.
Ook is, eveneens in navolging van de deskundigen, ingestemd met het feit dat de Staat er niet voor heeft gekozen om een partiële vrijstelling aan te vragen van de verplichting om te baggerwerkzaamheden met geëlektrificeerd materieel te laten uitvoeren.
De Staat bestrijdt dat standpunt op verschillende gronden. Voor zover de Staat opnieuw een beroep doet op het eliminatiebeginsel, passeert de rechtbank dit, op grond van hetgeen zij in rechtsoverweging 2.25 van het tussenvonnis heeft geoordeeld. Ook wat dit betreft ziet de rechtbank geen reden om op dat oordeel terug te komen.
- 9 maart 2018 0,6 uren doornemen rapportage vervroegen aanbesteden
- 16 april 2018 0,4 uren tel overleg houwen ivm strategie aankoop
- 20 april 2018 0,5 uren advies gedoogplicht
- 30 april 2018 1,3 uren opstellen overeenkomst/overleg [naam 1]
- 19 april 2018 2,0 uren advies grondslag gedoogbeschikking
- 20 april 2018 2,0 uren opstellen advies art. 5.21 wtw
- periode 2018-2022 € 104.160,00 (260,4 uren × € 400,00)
- periode 2023-2024 € 15.810,00 (37,2 uren × € 425,00)
- pleidooi 17 december 2024 € 2.500,00
- kosten kadaster € 21,42
- griffierecht
12 maart 2025.