ECLI:NL:RBGEL:2025:1669

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
4 maart 2025
Publicatiedatum
4 maart 2025
Zaaknummer
80221.24
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling tot celstraf en tbs voor seksueel misbruik van minderjarigen en bezit van kinderporno

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 4 maart 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan ernstige zedendelicten. De verdachte, een 57-jarige man, is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar en tbs met dwangverpleging. De zaak betreft meerdere feiten van seksueel misbruik van minderjarigen, waaronder het seksueel binnendringen van een 15-jarig meisje, en het bezit van kinderporno. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van ontuchtige handelingen met twee minderjarige meisjes, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], en dat hij beelden van deze handelingen heeft vervaardigd en verspreid. De rechtbank heeft de verklaringen van de slachtoffers als betrouwbaar beoordeeld, mede door de ondersteuning van getuigenverklaringen en het bewijs dat op de telefoon van de verdachte is aangetroffen. De verdachte heeft de feiten ontkend, maar de rechtbank heeft geconcludeerd dat er voldoende bewijs is voor de bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de impact van de misdrijven op de slachtoffers en de ernst van de feiten bij het bepalen van de straf. De verdachte is eerder veroordeeld voor vergelijkbare feiten, wat bijdraagt aan de ernst van de zaak en de noodzaak voor een tbs-maatregel.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05.080221.24
Datum uitspraak : 4 maart 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag 1] 1965 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres 1] , [postcode 1] te [woonplaats] ,
op dit moment gedetineerd in de [verblijfplaats] .
Raadsman: mr. J.A.B.H.M. Willemse, advocaat in Ulft.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 februari 2023 tot en met 31 juli 2023 te Voorthuizen, althans in Nederland, met [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007)
die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, zijnde een aan zijn opleiding toevertrouwde minderjarige en/of zijn minderjarige ondergeschikte, aangezien die [slachtoffer 1] stage liep en/of werkzaam was in de [restaurant] , zijnde het restaurant van verdachte en/of zijn vrouw/partner, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten
- het brengen van zijn penis in de vagina, althans tussen de schaamlippen en/of in de anus en/of in de mond van die [slachtoffer 1] en/of
- het brengen van zijn vingers in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer 1] en/of
- het brengen van zijn tong tussen en/of over de schaamlippen van die [slachtoffer 1] en/of
- het betasten van de borsten en/of de vulva met zijn vingers en/of zijn penis van die [slachtoffer 1] en/of
- het kussen van de nek van die [slachtoffer 1] ;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 februari 2023 tot en met 31 juli 2023 te Voorthuizen, althans in Nederland, ontucht heeft gepleegd met [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007), zijnde een aan zijn opleiding toevertrouwde minderjarige en/of zijn minderjarige ondergeschikte, aangezien die [slachtoffer 1] stage liep en/of werkzaam was in de [restaurant] , zijnde het restaurant van verdachte en/of zijn vrouw/partner, door
- zijn penis in de vagina, althans tussen de schaamlippen en/of in de anus en/of in de mond van die [slachtoffer 1] te brengen en/of
- zijn vingers in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer 1] te brengen en/of
- zijn tong tussen en/of over de schaamlippen van die [slachtoffer 1] te brengen en/of
- de borsten en/of de vulva van die [slachtoffer 1] met zijn vingers en/of zijn penis te betasten en/of
- de nek van die [slachtoffer 1] te kussen;
2.
hij op of omstreeks 17 juni 2023 te Voorthuizen met [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedag 3] 2011) die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
- het betasten van de borsten van die [slachtoffer 2] en/of
- het ontbloten en/of aftrekken, althans betasten van zijn eigen penis ten overstaan van die [slachtoffer 2] ;
3.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 augustus 2023 tot en met 31 oktober 2023 en/of op 11 februari 2024 te Voorthuizen en/of te Arnhem, althans in Nederland
een afbeelding, een voorwerp of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk te achten is voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, te weten een of meerdere foto’s en/of filmpjes waarop te zien was dat hij, verdachte, althans een man, zijn penis in de mond en/of de vagina, althans tussen/tegen de schaamlippen van [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007), althans een (minderjarige) vrouw, bracht, aan een of meerdere minderjarigen, te weten [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedag 3] 2011) en/of [slachtoffer 3] (geboren op [geboortedag 4] 2009), van wie hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze jonger was/waren dan zestien jaar, heeft verstrekt, aangeboden of vertoond;
4
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 februari 2023 tot en met 19 maart 2024 te Voorthuizen, althans in Nederland, een aantal afbeeldingen en/of een aantal gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten een [telefoon 1] en/of een [telefoon 2] en/of een Skyhawk harde schijf, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
te weten [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007) en/of [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedag 3] 2011) en/of een of meerdere andere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt, heeft vervaardigd en/of verworven en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedragingen — zakelijk weergegeven — bestonden uit:
het met de/een penis oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van die [slachtoffer 1]
en/of het met de/een dildo vaginaal penetreren van het eigen lichaam van een onbekend persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt
(foto’s 2 en/of 3 en/of 6 van de toonmap)
en/of
het met de/een penis betasten en/of aanraken van de vulva van die [slachtoffer 1] en/of
het met de/een vingers betasten en/of aanraken van de borsten van die [slachtoffer 2] en/of
het met de/een vingers betasten en/of aanraken van de eigen borsten en/of vulva door een of meerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt
(foto’s 1 en/of 8 en/of 9 van de toonmap en/of de camerabeelden zoals beschreven in PV 240426.0925)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door die [slachtoffer 1] en/of een of meerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt, waarbij deze persoon poseert met een dildo en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van die [slachtoffer 1] en/of die een of meerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt en/of de uitsnede van de foto's nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die [slachtoffer 1] en/of die een of meerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt in beeld gebracht worden, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(foto's 1 en/of 2 en/of é en/of 4 en/of 5 en/of 7 en/of 8 en/of 9 van de toonmap)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] en/of en/of een onbekend persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van
die onbekende person die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(foto’s 1 en/of 10 van de toonmap en/of de camerabeelden zoals beschreven in PV 240426.0925)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
5.
hij in of omstreeks de periode van 20 februari 2024 tot en met 19 maart 2024 te Voorthuizen, althans in Nederland een aantal afbeeldingen en/of een of meerdere gegevensdragers
bevattende een aantal afbeeldingen, te weten een HP laptop en/of een [telefoon 2] , in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeeldingen een ontuchtige handeling zichtbaar is waarbij een mens en dier is/zijn betrokken of schijnbaar is/zijn betrokken, welke ontuchtige handelingen — zakelijk weergegeven — bestonden uit:
- het likken van de vulva van een vrouw/meisje door een hond en/of een kat en/of
- het brengen van de penis van een hond in de vagina en/of de anus van een vrouw en/of
- het likken van de penis van een hond door een man en/of het likken van de penis van een man door een hond.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 primair en de onder 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat verdachte moet worden vrijgesproken van de onder 1, 3, 4 en 5 ten laste gelegde feiten, omdat er geen sprake is van wettig en overtuigend bewijs. Verdachte ontkent deze feiten te hebben gepleegd.
Ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde heeft de verdediging daarnaast aangevoerd dat verdachte het feit niet gepleegd kan hebben, omdat hij niet geen erectie kan krijgen en (dus) niet kan penetreren. De verklaring van [slachtoffer 1] is leugenachtig en onbetrouwbaar, mede gezien haar eigen verleden met seksueel misbruik door haar vader en het seksueel contact met haar vriendjes. Verdachte bestrijdt de getuigenverklaringen en aangiftes van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] . Het dossier is doordrenkt van een hetze tegen verdachte.
Ten aanzien van feit 2 heeft de verdediging geen verweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Ten aanzien van feit 2
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aanvullende aangifte van [slachtoffer 2] van 29 april 2024, p. 528-532.
- het proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden 17 juni 2023, opgemaakt op 26 april 2024, p. 730-734, 740-741;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 18 februari 2025.
Ten aanzien van feiten 1, 3 en 4
Juridisch kader
Ten laste is gelegd dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan zedenfeiten, waaronder het seksueel binnendringen bij [slachtoffer 1] , die op dat moment nog geen zestien jaar oud was.
De rechtbank stelt voorop dat zich in dergelijke zedenzaken regelmatig de situatie voordoet dat er slechts twee personen aanwezig waren bij de ten laste gelegde seksuele handelingen, te weten het vermeende slachtoffer en de vermeende dader. Verklaringen van de aanwezigen staan dan (op bepaalde relevante punten) lijnrecht tegenover elkaar. Op grond van het bepaalde in artikel 342, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering (Sv) is de verklaring van één getuige in beginsel onvoldoende om tot een bewezenverklaring te kunnen komen. Daar staat tegenover dat in zedenzaken een geringe mate aan steunbewijs in combinatie met de betrouwbare verklaringen van de aangever voldoende wettig bewijs kan opleveren. De rechtbank zal dan de betrouwbaarheid van de verklaringen van de aangever/getuige moeten beoordelen. Indien de rechtbank die verklaringen betrouwbaar acht, moet worden beoordeeld of deze verklaringen voldoende steun vinden in andere bewijsmiddelen.
De rechtbank zal ter zake de feiten ten laste gelegd onder 1, 3 en 4 voornoemd beoordelingskader hanteren en deze feiten gezamenlijk bespreken, gelet op de samenhang in het feitencomplex en de betrokken personen.
Aangifte en verklaring [slachtoffer 1] (feit 1)
Op 19 februari 2024 heeft [aangeefster] , de moeder van [slachtoffer 1] , in een informatief gesprek met de zedenpolitie het volgende verklaard. [slachtoffer 1] heeft van half februari tot de zomer van 2023 heeft gewerkt bij de [restaurant] in Voorthuizen. Zij liep daar 32 uur per week stage en werkte in de bediening en de keuken. Haar baas was [verdachte] . Richting de zomervakantie kreeg [slachtoffer 1] buikpijn. Afgelopen zondag heeft [slachtoffer 1] aan moeder verteld dat zij door [verdachte] in februari 2023 op de tafel is gegooid, gelikt is aan haar borsten en vagina, is gevingerd en is geneukt. [slachtoffer 1] was op dat moment 15 jaar. Dit heeft ongeveer vijf keer plaatsgevonden. [slachtoffer 1] kreeg 50 euro per keer dat ze haar baas pijpte. De seksuele handelingen werden door deze [verdachte] gefilmd. [slachtoffer 1] wist niet dat er opnamen gemaakt werden. De afgelopen tijd heeft [verdachte] beeldmateriaal laten zien aan [slachtoffer 3] , een meisje van 14 à 15 jaar. [slachtoffer 3] zag dat een meisje, dat zij herkende als [slachtoffer 1] , [verdachte] pijpte. [slachtoffer 1] zit op speciaal onderwijs en heeft een IQ van 68. Ze is erg bang. Een aantal maanden geleden heeft [slachtoffer 1] ook al melding gemaakt dat zij andere meiden op zijn
(de rechtbank begrijpt: verdachtes)telefoon heeft gezien waarbij zij handelingen moesten verrichten bij [verdachte] . [2]
Na het informatieve gesprek met de zedenpolitie heeft [aangeefster] op 20 februari 2024 namens haar dochter [slachtoffer 1] aangifte gedaan van verkrachting tegen [verdachte] . In haar aangifte heeft zij als volgt verklaard. [verdachte] heeft het restaurant de [restaurant] in februari 2023 overgenomen. Afgelopen vrijdag of zaterdag was [slachtoffer 3] aan het werk. Zij kreeg een filmpje te zien van [verdachte] . [slachtoffer 3] had op het filmpje een meisje gezien dat aan het pijpen was. [slachtoffer 3] heeft daarna bij bedrijfsleider [bedrijfsleider] aangegeven wat zij te zien had gekregen. [bedrijfsleider] nam vervolgens contact op met [aangeefster] , die op zondag met [slachtoffer 1] naar de woning van [slachtoffer 3] is gegaan. Daar herkende [slachtoffer 3] [slachtoffer 1] als het meisje op het filmpje. In eerste instantie bleef [slachtoffer 1] volhouden dat dit niet zo was. Na het gesprek met [slachtoffer 3] kwam [slachtoffer 1] overstuur naar haar moeder toe. Ze barstte in huilen uit en zei: "Mama ik kan dat wel zijn want dat is wel gebeurd maar ik wist niet dat hij dat gefilmd had", of woorden van gelijke strekking. Later die nacht heeft [slachtoffer 1] een appje gestuurd naar [naam 1] . Op maandag 19 februari 2024 om 14:34 uur is dit bericht door [naam 1] doorgestuurd naar de telefoon van [aangeefster] . Het bericht luidt:
"meer dan 5 keer is het gebeurt hij heeft me van onder gelikt me gevingert me borsten gelikt hij is in me gekomen zelf in me maandelijks periode ik moest op tafel 1 liggen dat die kon aan douwen ik heb hem moeten pijpen hij is toen ook in me mond gekomen.".
[aangeefster] verklaart verder dat [slachtoffer 1] regelmatig thuiskwam met geld. Eerst was dit bijvoorbeeld € 7,50, daarna ook bedragen van € 20,- of € 50,-. Als haar moeder ernaar vroeg, zei [slachtoffer 1] dat ze dit gewoon kreeg om een ijsje te halen en dat dat normaal was. [verdachte] belde [aangeefster] daar ook weleens over, dat [slachtoffer 1] geld mee kreeg om een ijsje te halen met het warme weer. [3]
[slachtoffer 1] is door de politie gehoord in een kindvriendelijke studio. Zij heeft het volgende verteld. Toen ze een keer aan het werk was, liet [verdachte] haar naaktfoto's zien van meisjes die daarvoor werden betaald. Het waren geen normale shoots, er werd ook in geneukt. [slachtoffer 1] moest haar mond houden, over wat hij haar had laten zien en over wat hij bij haarzelf heeft gedaan. Hij heeft [slachtoffer 1] verkracht. Daarom kon ze er niet meer werken. Het begon in februari, tot de dag wanneer ze stopte met werken, in juni of juli. [verdachte] heeft [slachtoffer 1] een aanbod gedaan en heeft haar geld laten zien. [slachtoffer 1] vond het veel geld, maar ze hoefde het niet. [verdachte] werd chagrijnig. Hij liep naar haar toe en begon in haar nek te kussen. [verdachte] was net als de vader van [slachtoffer 1] , ze hadden dezelfde houding. Elke keer als hij die houding maakte, dan bevroor [slachtoffer 1] . [verdachte] heeft met haar borsten gespeeld en zijn lul in haar gedouwd, terwijl zij dacht ‘ik wil hier weg, maar ik kom hier niet uit’. Ook heeft hij haar gelikt bij haar kruis. Het gebeurde in de [restaurant] in Voorthuizen, op tafel 1 en in de bijzaal van het restaurant. De camera’s zette hij dan uit.
[verdachte] zei ook tegen [slachtoffer 1] dat ze foto’s moest sturen. Dat heeft ze gedaan, omdat ze bang was voor wat er zou gebeuren als ze het niet zou doen. Op een werkdag was [slachtoffer 1] aan het schoonmaken in het restaurant en toen zei [verdachte] dat hij zin in haar had. Hij begon haar bij plekken te pakken waar ze niet tegen kan. Ook speelde hij met haar tieten en duwde hij zijn lul in haar. Hij is een paar keer in haar gekomen. Zodra ze uit de bevriezing kwam heeft ze zo snel mogelijk zijn zaad uit haar proberen te halen, omdat ze niet zwanger wilde worden.
[slachtoffer 1] moest [verdachte] elke keer pijpen. Toen is hij ook klaargekomen in haar mond. Daar heeft hij blijkbaar een video van gemaakt, die hij toen aan [slachtoffer 3] heeft laten zien. [slachtoffer 1] wist niet dat [verdachte] haar gefilmd had, daar kwam ze achteraf pas achter, via [slachtoffer 3] . Eerst zei [slachtoffer 1] dat zij het niet was op het filmpje, omdat ze bang was dat er iets zou gebeuren als hij erachter zou komen. Uiteindelijk is ze naar haar moeder gerend en is ze in huilen uitgebarsten.
[verdachte] heeft [slachtoffer 1] ook omgekocht om haar mond te houden. In het begin was het 180, 170 euro. Toen iedere keer 50 euro of 100 euro. Ze heeft het uit angst een jaar stilgehouden.
Het is meer dan vier keer gebeurd, tussen februari en juni of juli van het jaar 2023. De eerste keer was met het glazen poetsen, die keer kan zij zich het beste herinneren. [verdachte] zei dat [slachtoffer 1] glazen moest poetsen en nog wat anders moest doen, waar ze dan geld voor zou krijgen. Even later zei [verdachte] dat hij zin in haar had. Toen begon hij haar aan te raken. Hij begon met haar borst te spelen, douwde zijn lul in haar kut, ging met zijn handen langs de zijkant van haar been en onder en over haar bh en kneep in haar borsten. Hij kuste haar nek en zei dat ze haar T-shirt uit moest doen. Zijn blik was hetzelfde als die van haar vader, waardoor [slachtoffer 1] het maar deed, ook omdat ze bang was dat er iets zou gebeuren. Hij ging met zijn hand in haar broek en speelde met haar clitoris, waardoor haar buik meer naar binnen trok. [verdachte] zei ook dat hij alle plekken weet waar meisjes niet tegen kunnen. Hij deed dit met zijn handen. Hij had ook iets in zijn handen, een seksspeeltje, klein en met een kleurtje, ze weet niet meer welke kleur. Hij zette het seksspeeltje op haar clitoris. Dat seksspeeltje wilde hij ook in haar kut duwen, maar ze klemde zichzelf en zei nee. Toen wilde hij haar ook nog anaal pakken. Toen heeft ze gezegd: dat doet pijn, dat wil ik niet. Het is hem wel gelukt, in het achterste gaatje. Dit deed hij met zijn lul. Het voelde raar en deed pijn. Dit alles is gebeurd op tafel 1 van het restaurant. [verdachte] had zijn blouse open, hij had zijn broek tot aan zijn knieën en hij droeg geen onderbroek. [slachtoffer 1] lag op tafel, met haar benen gespreid. [verdachte] stond recht voor haar. Hij heeft het zonder condoom gedaan. Aan zijn gezicht kon ze het zien als hij klaarkwam en ze voelde het ook als het gebeurde. Zij wilde zich dan terugtrekken, maar soms was ze te laat. Die keer anaal ging hij eerst via haar kut en daarna anaal. Dat gebeurde in doggystyle op tafel 1. [verdachte] stond toen achter haar. Die keer heeft hij haar ook gelikt. Dat gebeurde voordat hij in haar kut kwam. Hij trok haar naar hem toe en likte haar bij haar kut. Hij stak ook vingers in haar kut, één of twee vingers. [slachtoffer 1] lag toen op de tafel op haar rug.
[slachtoffer 1] kreeg ook geld van [verdachte] . Dan legde hij dat ergens neer en zei dat er wat op de grond lag. Ook voor de eerste keer kreeg ze geld, 180 of 170 euro. Dit geld haalde hij uit de kassa.
Het is meerdere keren gebeurd en elke keer was hetzelfde. De beelden gaan in haar hoofd door elkaar heen. [slachtoffer 1] heeft [verdachte] ook al die keren moeten pijpen. Hij is één keer anaal in haar gekomen. De foto’s die ze naar [verdachte] heeft gestuurd, waren foto’s van haar kut en haar tieten. [verdachte] zei haar via snap dat ze dit moest doen. Het waren er minder dan tien. Ze maakte de foto's op haar slaapkamer en verstuurde ze via Snapchat. [slachtoffer 1] heeft het uit angst stilgehouden. Ze was bang voor wat er zou gebeuren als [verdachte] erachter zou komen. [4]
Betrouwbaarheid [slachtoffer 1]
De rechtbank dient eerst de vraag te beantwoorden of de verklaring van [slachtoffer 1] als betrouwbaar kan worden aangemerkt. De rechtbank overweegt dat [slachtoffer 1] consequent heeft verklaard over wat er tussen haar en verdachte is gebeurd. Bovendien is haar verklaring gedetailleerd waar het gaat om de feitelijke context. Zij geeft een uitvoerige beschrijving van de seksuele handelingen die verdachte verrichtte en geeft aan hoe en op welke wijze ze is aangeraakt. Daarbij komt dat zij gedetailleerd verklaart over de plaats waar de seksuele handelingen zich in het restaurant hebben afgespeeld. Uit niets blijkt dat zij haar verklaring (deels) heeft verzonnen of heeft willen aandikken. Ook is haar verklaring genuanceerd. Ze heeft bijvoorbeeld verklaard dat het in haar hoofd allemaal door elkaar heen loopt. Ook is ze open en gedetailleerd over de wijze waarop haar eigen emoties haar handelen hebben gekleurd, waaronder haar verklaring dat zij op momenten bevroor en op andere momenten uit angst voor de consequenties heeft meegewerkt. Ook heeft zij meerdere malen aangegeven dat ervaringen met haar eigen vader daarin een rol hebben gespeeld. De rechtbank acht haar verklaringen daarmee betrouwbaar en bruikbaar voor het bewijs.
Getuigenverklaringen en aangiftes [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] (feit 1 en 3)
[slachtoffer 3] heeft op 21 februari 2024 een getuigenverklaring afgelegd. Ze is op dat moment 14 jaar oud. Ze verklaart dat ze op 11 februari 2024 voor het eerst bij de [restaurant] in Voorthuizen werkte. Haar ouders waren die avond daar ook eten en [verdachte] had nog gezellig met haar ouders wat gedronken. Toen alle gasten weg waren liet [verdachte] haar zien hoe ze de lichten aan de buitenzijde van het restaurant uit kon doen. Toen zei [verdachte] plotseling: "Ik heb maar één keer per maand seks met mijn vrouw. Ik heb een meisje van 16 die dat met mij doet" en “Elke keer als ze seks met mij heeft krijg ze 50 euro." [slachtoffer 3] zei niets en liep geschrokken naar de keuken. [verdachte] kwam naar haar toe, toonde haar zijn telefoon en zei: "Ik heb wel een foto van haar”. Op de foto zag [slachtoffer 3] een volledige naaktfoto van een meisje, liggend op een bed met haar benen wijd. Twee minuten daarna kwam [verdachte] weer naar [slachtoffer 3] toe en toonde weer een foto. [slachtoffer 3] zag dat hetzelfde meisje hem aan het pijpen was. Op de foto zag [slachtoffer 3] zijn hele lul. Ze lagen op een bed, allebei naakt. Het hoofd van het meisje was zichtbaar, dat van hem niet. [verdachte] zei dat hij de foto had gemaakt. Hij liet de foto zien op zijn Android telefoon met een zwart klaphoesje. Hij zei direct: “Vond je het spannend om dat van mij te zien?” Ook zei hij: “Als jij geld nodig hebt dan laat je het maar weten”. [slachtoffer 3] zei dat ze het niet zou doen en liep weg. Later bracht bedrijfsleider [bedrijfsleider] haar naar huis. Toen ze naar buiten liepen vroeg [bedrijfsleider] "Is er wat gebeurd?'' [slachtoffer 3] heeft [bedrijfsleider] toen verteld wat haar overkomen is.
[verdachte] heeft ook tegen [slachtoffer 3] gezegd dat hij seks had gehad met een meisje van 16 dat [slachtoffer 1] zou heten. Toen deze [slachtoffer 1] bij [slachtoffer 3] thuis was, herkende [slachtoffer 3] haar ergens van. [slachtoffer 1] vertelde dat [verdachte] haar wel een voorstel van 50 euro had gedaan en dat ze het geld had aangenomen, maar dat ze er verder niets voor had gedaan. [slachtoffer 3] zei tegen [slachtoffer 1] dat [verdachte] haar had verteld dat hij seks had gehad met [slachtoffer 1] van 16 en dat hij een foto had laten zien. [slachtoffer 3] vroeg [slachtoffer 1] of zij het was op de foto. [slachtoffer 1] ontkende. Later die avond/nacht appte [slachtoffer 1] naar [slachtoffer 3] dat zij het wel was geweest. Het was meer dan vijf keer gebeurd en [slachtoffer 1] had van alles moeten doen.
[slachtoffer 3] heeft via Snapchat ook een bericht van [verdachte] ontvangen. Hij stuurde haar:
"Hoi, dus als je de foto’s wilt zien, dus zeg maar zo lang je je mond maar stijf dicht houd”.
Over de foto’s die [verdachte] haar heeft laten zien, verklaart [slachtoffer 3] dat ze op één foto een meisje naakt op bed zag liggen, met de benen wijd open. Ze lag op een wit laken en leunde achteruit op haar ellebogen. Haar tot bij de schouders, donkerblond, geen make-up. Op de tweede foto zag ze [verdachte] op bed liggen. Ze zag niet aan de foto dat hij het was, maar hij vroeg aan haar of ze het spannend vond om hem zo te zien en daaruit kon ze halen dat hij de man op de foto was. Ze zag behaarde benen bij de man, alsof het van een oude man was. Ze zag ook een stuk van de buik. Er zat ook wat beharing bij de piemel. Volgens [slachtoffer 3] was de foto van ongeveer op borsthoogte genomen, een stukje onder de kin gehouden. Ze zag de benen, piemel, voeten. [slachtoffer 1] zat lager en was hem aan het pijpen. Met pijpen bedoelt ze dat [slachtoffer 1] zijn piemel in haar mond had. [5]
[slachtoffer 3] heeft op 21 februari 2024 zelf ook aangifte gedaan tegen [verdachte] vanwege het tonen van de foto’s aan haar op 11 februari. In de aangifte herhaalt zij de grote lijnen uit haar getuigenverklaring en verwijst zij verder naar de inhoud daarvan. Een screenshot van het Snapchatbericht van [verdachte] is bij de aangifte gevoegd. [6]
[slachtoffer 2] is op 7 maart 204 als getuige gehoord. Ze is dan net 13 jaar geworden. Zij verklaart dat haar moeder een vriendin is van de echtgenote van [verdachte] , [echtgenote van verdachte] . [verdachte] en [echtgenote van verdachte] hebben samen het restaurant de [restaurant] . [verdachte] stuurde [slachtoffer 2] berichten via Snapchat, waarin hij haar vroeg om naaktfoto’s. Ook stuurde hij filmpjes en foto’s naar [slachtoffer 2] waarop hij seks had met een meisje van 16 dat daar stage liep. Dat meisje had blond haar en ze heette [slachtoffer 1] of zoiets. [verdachte] heeft haar naam genoemd. Op de foto zag [slachtoffer 2] dat [slachtoffer 1] op een tafel zit/ligt in het restaurant. Ze zag het hoofd van [slachtoffer 1] , het hoofd van [verdachte] zag ze niet. Ze wist dat het [verdachte] was omdat hij via Snapchat ook naaktfoto’s van zichzelf naar [slachtoffer 2] had gestuurd. Ook had hij filmpjes gestuurd dat [echtgenote van verdachte] hem aan het pijpen was en hij [echtgenote van verdachte] aan het neuken was. [slachtoffer 2] heeft ook filmpjes van [verdachte] gekregen waarop hij [slachtoffer 1] neukt. Ze wist dat het [slachtoffer 1] was, omdat ze [slachtoffer 1] had gezien op de bruiloft van [verdachte] en zijn echtgenote. Ook heeft [verdachte] aan [slachtoffer 2] verteld dat hij telkens seks had met [slachtoffer 1] . [7]
[slachtoffer 2] heeft op 7 maart 2024 zelf ook aangifte gedaan tegen [verdachte] omdat hij haar de foto’s en filmpjes heeft gestuurd. In haar aangifte verklaart zij dat [verdachte] haar deze foto’s en filmpjes heeft gestuurd in de periode augustus 2023 tot en met oktober 2023. Ook verklaart ze dat de stagiaire die ze op de foto’s en filmpjes zag [slachtoffer 1] , [slachtoffer 1] of [slachtoffer 1] heette. Op de foto’s zag ze het bovenlichaam van [verdachte] , hij was niet gekleed. Ze wist dat het [verdachte] was omdat hij ook foto's van zichzelf naar [slachtoffer 2] had gestuurd en precies datzelfde lichaam zag ze op die filmpjes. [verdachte] zei over [slachtoffer 1] dat zij altijd seks wilde met hem en dat ze daar stage liep. Verder herhaalt [slachtoffer 2] de grote lijnen uit haar getuigenverklaring en verwijst zij naar de inhoud daarvan. [8] Ter zitting heeft verdachte aangegeven dat het klopt dat [slachtoffer 2] 12 jaar oud was en dat haar moeder een vriendin is van [echtgenote van verdachte] . [9]
Betrouwbaarheid [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2]
De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of de verklaringen van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] als betrouwbaar kunnen worden aangemerkt. De rechtbank overweegt dat [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] consequent hebben verklaard over wat er tussen hen en verdachte is gebeurd. Ook zijn hun verklaringen gedetailleerd. Zo wisten zowel [slachtoffer 3] als [slachtoffer 2] tot in detail te benoemen wat zij op de verschillende foto’s en filmpjes hebben gezien. Daarbij benoemen zij specifieke kenmerken van de omgeving en van de mensen op de foto, zoals de haarkleur van het meisje en de beharing op de buik van de man. De rechtbank acht de verklaringen van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] daarmee betrouwbaar.
Steunbewijs
De tussenconclusie is dat de verklaringen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] betrouwbaar zijn bevonden. De rechtbank is van oordeel dat de verklaringen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] elkaar op cruciale onderdelen ondersteunen. [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] hebben onafhankelijk van elkaar verklaard dat verdachte tegen hen heeft gezegd dat hij seks had [slachtoffer 1] . Ook verklaren zij dat verdachte hen afbeeldingen heeft laten zien waarop hij seksuele handelingen pleegt met een minderjarig meisje. Zowel [slachtoffer 3] als [slachtoffer 2] hebben [slachtoffer 1] herkend als het meisje op die afbeeldingen. [slachtoffer 3] zag op de foto dat [slachtoffer 1] een man - verdachte - pijpte, hetgeen overeenkomt met de verklaring van [slachtoffer 1] . Verdachte zei tegen [slachtoffer 3] dat het meisje op de foto geld kreeg als ze seks met hem had. [slachtoffer 1] heeft ook verklaard dat zij geld kreeg van verdachte. [slachtoffer 2] heeft verklaard dat verdachte haar foto’s en filmpjes stuurde waarop hij seks had met een jong meisje met blond haar dat [slachtoffer 1] of [slachtoffer 1] heette en stage liep in het restaurant van verdachte. Uit deze omschrijving leidt de rechtbank af dat [slachtoffer 2] hier op [slachtoffer 1] doelde. [slachtoffer 2] heeft bovendien verdachte herkend op de foto’s en filmpjes en heeft gezien dat (een deel) van deze foto’s en filmpjes zijn gemaakt in het restaurant de [restaurant] . Ook haar verklaring is ondersteunend aan de verklaring van [slachtoffer 1] .
De verklaringen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] vinden daarnaast steun in het onderzoek dat door de politie is verricht aan de telefoon van verdachte. Verdachte heeft ter terechtzitting bevestigd dat de [telefoon 1] zijn telefoon is. [10] De politie heeft deze telefoon uitgelezen en heeft daarop 29 multimediafiles (afbeeldingen) met kinderpornografisch materiaal aangetroffen. Er zijn 11 verschillende foto’s aangetroffen waarop [slachtoffer 1] staat afgebeeld. De politie heeft [slachtoffer 1] met een zestal van deze foto’s geconfronteerd en zij heeft bevestigd dat zij op de foto’s te zien is. Zij was ten tijde van het maken daarvan 15 jaar oud.
De foto’s zijn door de politie beschreven. Op de eerste foto is [slachtoffer 1] gedeeltelijk in beeld gebracht. Haar buik, ontblote vagina en een deel van haar benen zijn zichtbaar. [slachtoffer 1] ligt met gespreide benen op haar rug, tussen haar benen is een penis zichtbaar die tegen haar vagina wordt gehouden. Op haar vagina en de eikel van de penis is een witte substantie zichtbaar, waarschijnlijk sperma. Op de tweede foto ligt [slachtoffer 1] vermoedelijk op haar rug. Alleen haar ontblote buik, vagina en een stukje van haar bovenbenen zijn in beeld gebracht. Tussen haar benen is een dikke behaarde buik te zien. Door de omvang van de buik is niet te zien of [slachtoffer 1] op dat moment gepenetreerd wordt, maar de buik zit nagenoeg tegen haar benen aan. Op de foto is een kleine moedervlek te zien op het linkerbovenbeen van [slachtoffer 1] . Op de derde foto ligt [slachtoffer 1] op haar rug op een houten tafel. Haar hoofd ligt op een papieren placemat. Op de placemat staat, rechts van haar hoofd, een bordje met tafelaanduiding “1” en links van haar hoofd liggen een vork en mes in een papieren houder en vermoedelijk een mobiele telefoon. [slachtoffer 1] ligt met gespreide benen op tafel, met ontbloot onderlichaam. Zij wordt vaginaal gepenetreerd door de penis van een volwassen man. Onder in beeld van de foto is zijn dikke behaarde buik te zien. Gezien het standpunt van de camera is de foto gemaakt door de man die [slachtoffer 1] penetreert. Op de vierde foto zit [slachtoffer 1] op de rand van een tafel, met haar armen naar achteren op de tafel geleund. Aan de tafel staan vier goudkleurige stoelen. De tafel heeft dezelfde kleur als die op foto 3 en staat tegen een witte muur met donker houten lambrisering. Op de tafel is nog een deel van de placemat te zien, zoals omschreven op de derde foto. De borsten van [slachtoffer 1] zijn ontbloot. Op de vijfde foto zijn de omstandigheden gelijk aan foto 4, alleen leunt [slachtoffer 1] iets verder achterover. Op de zesde foto is het hoofd van [slachtoffer 1] te zien en een gedeelte van het ontblote onderlichaam van een volwassen man. De foto is van boven af genomen. Er is een klein deel te zien van de behaarde dikke buik van de man en [slachtoffer 1] heeft de stijve penis van de man in haar mond. Gezien het standpunt is de foto gemaakt door de man en staat hij op een betegelde vloer. Op de zevende foto is [slachtoffer 1] hetzelfde gekleed als op foto 4 en 5 en ligt zij in dezelfde positie op dezelfde tafel. Ze doet met haar rechter hand haar onderbroek opzij zodat haar vagina nadrukkelijk in beeld wordt gebracht. Het camerastandpunt is tussen haar bovenbenen. [11]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij niet de man is op de foto’s en dat hij dat aantoonbaar ook niet kan zijn, omdat zijn penis, buik en duim niet overeenkomen met die van de man op de foto’s. De rechtbank overweegt dat de verklaring van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] op dragende en essentiële onderdelen worden ondersteund door de foto’s op de [telefoon 1] van verdachte. Op deze foto’s zijn seksuele handelingen te zien die overeenkomen met de verklaring van [slachtoffer 1] . De beschrijving van de foto’s komt ook overeen met de beschrijving die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] hebben gegeven van de foto’s die verdachte aan hen heeft getoond. Voorts overweegt de rechtbank dat zij geen enkele aanleiding heeft om aan te nemen dat verdachte niet de man op de foto’s kan zijn. De op verzoek van de verdediging genomen vergelijkingsfoto’s sluiten niet uit dat de penis, buik en duim zoals afgebeeld op de foto’s aan verdachte toebehoren. Daar komt bij dat zowel [slachtoffer 1] als [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] – ieder apart van elkaar – verdachte hebben aangewezen als de man op de foto’s.
Al het voorgaande brengt de rechtbank tot de conclusie dat de verklaringen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] in voldoende mate worden ondersteund door hun verklaringen over en weer en door de aangetroffen foto’s op de telefoon van verdachte. Weliswaar is de rechtbank gebleken dat in ieder geval [slachtoffer 1] en [slachtoffer 3] contact met elkaar hebben gehad over wat er met hen is gebeurd kort voordat zij aangifte hebben gedaan, zoals blijkt uit de aangifte van de moeder van [slachtoffer 1] , maar van beïnvloeding door elkaar of door anderen is de rechtbank niet gebleken, laat staan van het door verdachte gesuggereerde ‘complot’. Bovendien worden de verklaringen van [slachtoffer 2] over wat zij heeft gezien, mede gesteund door wat zij heeft verklaard over het misbruik op 17 juni 2023 door verdachte zoals de rechtbank bewezen heeft geacht onder feit 2. Die verklaring wordt weer ondersteund door de bekennende verklaring van verdachte ter zake feit 2. De rechtbank neemt de verklaringen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] daarom als uitgangspunt en is van oordeel dat de handelingen die daarin zijn beschreven wettig en overtuigend zijn bewezen. Er is sprake geweest van seksueel binnendringen door verdachte bij [slachtoffer 1] . Haar verklaring dat verdachte zijn penis in haar vagina, anus en mond heeft gebracht, is betrouwbaar en wordt ondersteund door de getuigenverklaringen en de foto’s die op de telefoon van verdachte zijn aangetroffen. Dit geldt eveneens voor het door verdachte brengen van zijn vingers in de vagina en het brengen van zijn vingers en tong tussen de schaamlippen van [slachtoffer 1] .
De rechtbank is van oordeel dat de in de verklaringen genoemde seksuele gedragingen in strijd zijn met de sociaal-ethische norm, nu deze hebben plaatsgevonden tussen een ruim volwassen man en zijn minderjarige ondergeschikte, die tevens aan zijn opleiding was toevertrouwd. Zij liep immers stage in het restaurant van verdachte. Deze handelingen kunnen daarom zonder meer worden aangemerkt als ontuchtig. De rechtbank is voorts van oordeel dat vertoning van de foto’s waarop deze seksuele gedragingen te zien zijn, zonder meer schadelijk te achten is voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar.
Verdachte heeft verklaard dat de leeftijd van [slachtoffer 3] ten tijde van het plegen van de feiten ‘15 was ofzo’. [12] [slachtoffer 2] kent hij reeds geruime tijd via de vriendin van zijn vrouw. Hij weet dat zij twaalf jaar oud was. Voor beide meisjes geldt daarom dat zij kennelijk jonger waren dan zestien jaar zoals ten laste is gelegd.
Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de onder feit 1 primair ten laste gelegde handelingen, die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam van [slachtoffer 1] , tussen [slachtoffer 1] en verdachte hebben plaatsgevonden. Ook acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de handelingen zoals ten laste gelegd onder feit 3.
Kinderporno (feit 4)
Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij – kort gezegd – kinderporno heeft vervaardigd, verworven, in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst daartoe de toegang heeft verschaft.
Zoals hiervoor reeds overwogen, heeft de politie de [telefoon 1] van verdachte onderzocht en uitgelezen. Daarop werden 29 multimediafiles (afbeeldingen) aangetroffen waarop kinderpornografisch materiaal staat en die voldoen aan de criteria van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.
In het proces-verbaal heeft de politie tien van de aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen beschreven. Op foto’s 1 t/m 7 staat [slachtoffer 1] afgebeeld; de beschrijving van deze foto’s is in het voorgaande reeds weergegeven. Foto’s 8 t/m 10 betreffen foto’s van andere minderjarige meisjes. De leeftijd van deze meisjes is door de politie geschat aan de hand van de uiterlijke geslachtskenmerken. Deze foto’s zijn door de politie als volgt beschreven. Op de achtste foto zit een meisje naakt, met gespreide benen op een grijze vloer. Zij houdt met haar vingers haar schaamlippen uiteen en in haar vagina zit een grote zwarte kunstpenis, die zij met haar linker hand vast houdt. Deze foto maakt deel uit van een serie van negen foto’s, kennelijk afkomstig van internet. De naam van de internetsite is niet te lezen, maar het meisje wordt [naam 2] genoemd. De leeftijd van het afgebeelde meisje wordt geschat op 14 á 16 jaar. Op de negende foto ligt een meisje geheel naakt en met gespreide benen op een wit laken. Met haar rechterhand houdt zij haar rechterborst vast en haar linkerhand ligt op haar vagina. Het camerastandpunt is tussen haar benen waardoor haar vagina nadrukkelijk in beeld is gebracht. De leeftijd van het afgebeelde meisje wordt geschat op 14 á 16 jaar. Op de tiende foto ligt een meisje op haar rug. Een man zit kruislings op haar borst. Hij heeft met zijn rechterhand zijn stijve penis vast. De stijve penis houdt hij boven het gezicht van het meisje. Op en rond de mond van het meisje is een witte substantie te zien, vermoedelijk sperma. Op de foto staat de naam [naam 3] . De leeftijd van het afgebeelde meisje wordt geschat op 12 á 14 jaar. [13]
Uit het onderzoek van de politie volgt dat foto 1 t/m 7 zich bevonden in een map op de [telefoon 1] waar cachebestanden worden opgeslagen. Cachebestanden zijn bestanden die tijdelijk worden opgeslagen op een gegevensdrager om hier sneller toegang toe te kunnen krijgen. Deze bestanden zijn voor een normale gebruiker niet direct toegankelijk, maar zijn op enig moment voor de gebruiker volledig beschikbaar geweest. Ook foto 8 t/m 10 bevonden zich in een (andere) map waarin cachebestanden worden opgeslagen om er sneller toegang te kunnen krijgen. Deze bestanden zijn via het gebruik van de internetbrowser Google Chrome op het toestel terecht gekomen. [14]
De politie heeft op de [telefoon 1] ook een zestal screenshots aangetroffen in de glide.cache. Aan de lay-out is te zien dat de screenshots afkomstig zijn van de app Snapchat. De screenshots betreffen foto’s van ‘ [slachtoffer 1] [naam 4] ’, zoals het contact op het toestel van verdachte is opgeslagen. Op één screenshot is het gezicht van het meisje zichtbaar, op twee screenshots zijn de borsten van het meisje te zien en op drie screenshots is een vagina zichtbaar. [15]
Ook de telefoon van het merk [telefoon 2] , in beslag genomen onder de echtgenote van verdachte, is door de politie uitgelezen. Deze telefoon werd gebruikt als werktelefoon voor de [restaurant] . De berichtgeving op de telefoon is vooral werkgerelateerd en wordt beantwoord met de afzendernamen [echtgenote van verdachte] en/of [verdachte] . Op het toestel trof de politie een afbeelding aan waarop een vagina en een buik van een meisje/vrouw te zien is. Ook is er een gedeelte van een behaarde buik/schaamstreek en een klein stukje penis van de man te zien. Kenmerkend aan deze foto is dat er bij het meisje een kleine moedervlek te zien is op het linkerbovenbeen. Dit komt overeen met de afbeeldingen van [slachtoffer 1] die op de [telefoon 1] zijn aangetroffen. [16]
De politie heeft verder onderzoek verricht aan een harde schijf van het merk Skyhawk Seagate, afkomstig uit het restaurant de [restaurant] . Op deze schijf zijn camerabeelden van het restaurant aangetroffen uit de maand juni 2023. De politie heeft de camerabeelden van de datum 17 juni 2023 bekeken en uitgeschreven. Op de beelden is - kort en zakelijk weergegeven - te zien dat verdachte en [slachtoffer 2] naast elkaar zitten aan een tafel in het restaurant de [restaurant] , terwijl verdachte zichzelf aftrekt. Daarbij is zijn penis in erectie zichtbaar boven de tafel. Ook raakt verdachte [slachtoffer 2] ’s borsten aan, knijpt erin en streelt eroverheen, eerst over haar shirt, dan over haar bh en vervolgens onder haar bh. In de tussentijd trekt hij zichzelf nog steeds af met zijn rechterhand. Verdachte gaat staan en doet zijn broek omlaag. Zijn blote billen en benen zijn in beeld. Verdachte gaat weer zitten, schuift nog iets naar voren en raakt nu met beide handen de borsten van [slachtoffer 2] aan. Hij streelt over haar borsten en raakt hierbij ook haar borsten onder haar bh aan. [17] Zoals hiervoor al overwogen zijn de ontuchtige handelingen zoals deze op de beelden zijn te zien door verdachte ter terechtzitting bekend en door de rechtbank bewezen verklaard onder feit 2.
Volgens verdachte heeft [slachtoffer 1] de foto’s die bij hem op zijn telefoon zijn aangetroffen zelf naar hem heeft gestuurd. Daarna heeft hij ze meteen verwijderd. Van de andere afbeeldingen die op de [telefoon 1] zijn aangetroffen zegt verdachte geen weet te hebben. Zijn telefoon lag vaak op de bar in het restaurant en iedereen kon er gebruik van maken. Als anderen die afbeeldingen op de telefoon hebben geplaatst, dan kan verdachte daar geen strafrechtelijk verwijt van worden gemaakt. Dit geldt ook voor de werktelefoon ( [telefoon 2] ), die ook door medewerkers van het restaurant werd gebruikt.
De rechtbank stelt voorop dat, gelet op het voorgaande, niet aannemelijk is geworden dat iemand anders dan verdachte de beschikkingsmacht had over het telefoontoestel [telefoon 1] en de inhoud daarvan. Deze behoorde toe aan verdachte en er is uit het politieonderzoek niet gebleken van een andere gebruiker van de telefoon. Daarmee heeft verdachte het op deze telefoon aangetroffen kinderpornografische materiaal naar het oordeel van de rechtbank in bezit gehad en zich daar toegang toe verschaft zoals tenlastegelegd.
De politie heeft bovendien in de gegeven beschrijving van de op de [telefoon 1] aangetroffen foto’s van [slachtoffer 1] bij enkele van deze foto’s opgemerkt dat ze zijn genomen vanuit het perspectief van de man die de seksuele handelingen heeft gepleegd. De rechtbank heeft in het voorgaande reeds vastgesteld dat deze persoon verdachte betreft. Van de drie overige kinderpornografische bestanden blijkt uit het onderzoek van de politie dat deze zijn verworven via het gebruik van internetbrowser Google Chrome. Ook ten aanzien van deze foto’s is naar het oordeel van de rechtbank sprake van het verwerven van kinderporno door verdachte.
De rechtbank overweegt voorts dat [slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij via Snapchat foto’s van zichzelf heeft gestuurd aan verdachte omdat hij daarom vroeg. [18] Haar verklaring hieromtrent komt overeen met de beschrijving van (een deel van) de screenshots die de politie op de [telefoon 1] van verdachte heeft aangetroffen. Daarmee is naar het oordeel van de rechtbank sprake van het verwerven van kinderporno door verdachte. Doordat verdachte vervolgens screenshots heeft gemaakt van de afbeeldingen in Snapchat, heeft hij zich tevens schuldig gemaakt aan het vervaardigen van kinderporno.
Ten aanzien van de afbeelding die werd aangetroffen op de werktelefoon [telefoon 2] , overweegt de rechtbank dat deze overeenkomt met de foto’s van [slachtoffer 1] op de [telefoon 1] . Daarnaast constateert de rechtbank dat de werktelefoon (mede) in gebruik is geweest bij verdachte, nu deze telefoon werd gebruikt voor het restaurant van verdachte en zijn vrouw. Op de telefoon is bovendien berichtgeving aangetroffen met (de naam van) verdachte als afzender. In samenhang bezien met hetgeen hiervoor is overwogen ten aanzien van het seksueel misbruik van [slachtoffer 1] door verdachte, kan naar het oordeel van de rechtbank worden vastgesteld dat verdachte de beschikkingsmacht had over de telefoon en specifiek over de afbeelding die daarop is aangetroffen. Ook hiermee is sprake van het in bezit hebben en zich toegang verschaffen tot een kinderpornografische afbeelding.
Ten aanzien van de aangetroffen beelden op de Skyhawk harddisk overweegt de rechtbank als volgt. Anders dan door de verdediging is betoogd, is de rechtbank van oordeel dat verdachte, als eigenaar van het restaurant en van de camera’s ten tijde van het maken van de beelden, de beschikkingsmacht had over deze harddisk en de inhoud daarvan. Verdachte wist bovendien dat de camera’s altijd draaiden en dat de beelden werden opgeslagen op de harddisk. [19] Verdachte wist daarmee ook dat de seksuele handelingen die hij met een meisje van 12 jaar verrichtte in het zicht van deze camera’s werden opgenomen en opgeslagen. Daarmee heeft verdachte zich ook op dit punt schuldig gemaakt aan het vervaardigen en het in bezit hebben van kinderporno.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan onder feit 4 ten laste gelegde feit. De hoeveelheid afbeeldingen van verschillende meisjes en de periode van ruim een jaar waarin verdachte het tenlastegelegde heeft begaan brengen de rechtbank tot het oordeel dat verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het bezitten, vervaardigen, verwerven en zich toegang verschaffen tot kinderpornografisch materiaal.
Conclusie
De gedragingen en feitelijkheden zoals deze ten laste zijn gelegd onder de feiten 1 (primair), 3 en 4 zijn naar het oordeel van de rechtbank op grond van de bovenstaande bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen. Het standpunt van de verdediging dat het dossier meer aanknopingspunten biedt voor de alternatieve lezing van verdachte, wordt door al het voorgaande weerlegd en behoeft daarom geen verdere bespreking.
Ten aanzien van feit 5
De politie heeft de laptop van het merk HP, in beslag genomen onder verdachte, onderzocht en geanalyseerd. Uit de analyse volgt dat gesteld kan worden dat verdachte de gebruiker/eigenaar van de laptop is. Op de laptop heeft de politie twee video’s aangetroffen waarop mogelijke dierenporno te zien is. Op de eerste video is te zien dat een hond rondom de vagina van een vrouw likt. Op de tweede video is te zien dat een hond likt rondom de vagina van een meisje. [20]
De politie heeft tevens onderzoek gedaan naar de inhoud van de telefoon van het merk [telefoon 2] , in beslag genomen onder de echtgenote van verdachte. Uit het onderzoek volgt dat deze telefoon werd gebruikt als werktelefoon voor de [restaurant] . In het toestel zijn ongeveer 90 afbeeldingen van dierenporno aangetroffen. Vijf van deze afbeeldingen zijn door de politie beschreven. Daarop was – zakelijk weergegeven – het volgende te zien. Op de eerste afbeelding wordt een vrouw vaginaal gepenetreerd door een hond. Op de tweede afbeelding ligt een volwassen man met een ontbloot lichaam boven op een hond. De man ligt tussen de poten van een hond en op de hond. De man en de hond likken elkaar. Op de derde afbeelding wordt een vrouw van achteren vaginaal/anaal gepenetreerd door de hond. Op de vierde afbeelding penetreert een hond de vrouw vaginaal. Op de vijfde afbeelding ligt een volwassen vrouw op haar rug met haar benen in de lucht met een ontbloot lichaam. Een poes zit met haar kop tussen de benen van de vrouw ter hoogte van haar vagina.
Uit het onderzoek van de politie volgt verder dat de [telefoon 2] zich in de periode van 19 februari 2024 tot en met 20 maart 2024 heeft bevonden in of nabij het restaurant de [restaurant] te Voorthuizen, op of nabij het adres [adres 2] , [nummer 1] , [postcode 2] te [plaats 1] en op of nabij het adres [adres 3] [nummer 2] , [postcode 3] te [plaats 2] . De laatstgenoemde adressen zijn bekend als (voormalige) verblijfadressen van verdachte en zijn vrouw. De telefoon heeft zich in de genoemde periode niet op andere dan de genoemde (woon)adressen bevonden. In de genoemde periode en op alle genoemde adressen werden diverse opvallende webpagina's bezocht, onder andere bevattende dierenporno. Dit gebeurde op diverse data en tijden, ook buiten de openingstijden van het restaurant. [21]
Verdachte heeft ter terechtzitting ontkend dat hij de dierenporno in bezit heeft gehad. De HP laptop stond de hele dag open in het restaurant, iedereen kon erin. De werktelefoon ( [telefoon 2] ) werd volgens verdachte ook door andere medewerkers mee naar huis genomen.
Gelet op het voorgaande overweegt de rechtbank dat niet aannemelijk is geworden dat iemand anders dan verdachte de beschikkingsmacht had over de laptop van het merk HP en de inhoud daarvan. Deze behoorde toe aan verdachte en er is uit het politieonderzoek niet gebleken van een andere gebruiker van de laptop.
De rechtbank overweegt voorts dat uit het onderzoek van de politie volgt dat de werktelefoon ( [telefoon 2] ) zich in de ten laste gelegde periode van 20 februari 2024 tot en met 19 maart 2024 enkel op het adres van het restaurant en de (voormalige) verblijfadressen van verdachte heeft bevonden. Daarmee wordt de stelling van verdachte dat de telefoon door andere medewerkers van het restaurant mee naar huis werd genomen voor de ten laste gelegde periode weerlegd. Uit de bevindingen van de politie volgt bovendien dat de telefoon ook buiten de openingstijden en buiten het restaurant werd gebruikt voor het bezoeken van opvallende webpagina’s, (onder meer) gerelateerd aan dierenporno. Het is niet aannemelijk geworden dat anderen dan verdachte de werktelefoon voor dit doeleinde hebben gebruikt. Uit deze omstandigheden, in samenhang bezien, leidt de rechtbank af dat de werktelefoon voor het onderdeel dierenporno werd gebruikt door verdachte en dat verdachte de beschikkingsmacht had over de aangetroffen dierenpornografische bestanden.
De rechtbank acht daarmee wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 5 ten laste gelegde feit.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1 t/m 5 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van 1 februari 2023 tot en met 31 juli 2023 te Voorthuizen
, althans in Nederland,met [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007)
die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, zijnde een aan zijn opleiding toevertrouwde minderjarige en
/ofzijn minderjarige ondergeschikte, aangezien die [slachtoffer 1] stage liep en
/ofwerkzaam was in de [restaurant] , zijnde het restaurant van verdachte en
/ofzijn vrouw
/partner, buiten echt,
een of meerontuchtige handelingen heeft gepleegd, die
bestonden uit ofmede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten
- het brengen van zijn penis in de vagina
, althans tussen de schaamlippenen
/ofin de anus en
/ofin de mond van die [slachtoffer 1] en
/of
- het brengen van zijn vingers in de vagina
en/of tussen de schaamlippenvan die [slachtoffer 1] en
/of
- het brengen van zijn tong tussen en
/ofover de schaamlippen van die [slachtoffer 1] en
/of
- het betasten van de borsten en
/ofde vulva met zijn vingers en
/ofzijn penis van die [slachtoffer 1] en
/of
- het kussen van de nek van die [slachtoffer 1] ;
2.
hij op
of omstreeks17 juni 2023 te Voorthuizen met [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedag 3] 2011) die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt,
een of meerontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
- het betasten van de borsten van die [slachtoffer 2] en
/of
- het ontbloten en
/ofaftrekken
, althans betastenvan zijn eigen penis ten overstaan van die [slachtoffer 2] ;
3.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van [geboortedag 4] 2023 tot en met 31 oktober 2023 en
/ofop 11 februari 2024 te Voorthuizen en
/ofte Arnhem
, althans in Nederland
een afbeelding, een voorwerp of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk te achten is voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, te weten
een ofmeerdere foto’s en
/offilmpjes waarop te zien was dat hij, verdachte
, althans een man, zijn penis in de mond en
/ofde vagina
, althans tussen/tegen de schaamlippenvan [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007)
, althans een (minderjarige) vrouw,bracht, aan
een ofmeerdere minderjarigen, te weten [slachtoffer 2] (geboren op [geboortedag 3] 2011) en
/of[slachtoffer 3] (geboren op [geboortedag 4] 2009), van wie hij wist
of redelijkerwijs moest vermoedendat deze jonger
was/waren dan zestien jaar, heeft verstrekt, aangeboden of vertoond;
4.
hij op
een of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van 1 februari 2023 tot en met 19 maart 2024 te Voorthuizen
, althans in Nederland,een aantal afbeeldingen en
/ofeen aantal gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten een [telefoon 1] en
/ofeen [telefoon 2] en
/ofeen Skyhawk harde schijf, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken
of schijnbaar is betrokken,
te weten [slachtoffer 1] (geboren op [geboortedag 2] 2007) en
/of[slachtoffer 2] (geboren op [geboortedag 3] 2011) en
/of een ofmeerdere andere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt, heeft vervaardigd en
/ofverworven en
/ofin bezit gehad en
/ofzich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en
/ofmet gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedragingen — zakelijk weergegeven — bestonden uit:
het met de
/eenpenis oraal en
/ofvaginaal penetreren van het lichaam van die [slachtoffer 1]
en
/ofhet met
de/een dildo vaginaal penetreren van het eigen lichaam van een onbekend persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt
(foto’s 2 en
/of3 en
/of6 van de toonmap)
en
/of
het met de
/eenpenis betasten en
/ofaanraken van de vulva van die [slachtoffer 1] en
/of
het met de
/eenvingers betasten en
/ofaanraken van de borsten van die [slachtoffer 2] en
/of
het met de
/eenvingers betasten en
/ofaanraken van de eigen borsten en/of vulva door
een ofmeerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt
(foto’s 1 en
/of8 en
/of9 van de toonmap en
/ofde camerabeelden zoals beschreven in PV 240426.0925)
en
/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van
/doordie [slachtoffer 1] en
/of een ofmeerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt, waarbij deze persoon poseert met een dildo en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij
zijn/haar leeftijd past
/passenen
/of(waarna) door het camerastandpunt en
/ofde (onnatuurlijke) pose en
/ofde wijze van kleden van die [slachtoffer 1] en
/ofdie
een of meerdereonbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt en
/ofde uitsnede van de foto's nadrukkelijk het
(ontblote
)geslachtsdeel, de borsten en
/ofbillen van die [slachtoffer 1] en
/ofdie een of meerdere onbekende personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt in beeld gebracht worden, (waarbij) de afbeelding (aldus)
(telkens
)een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en
/ofstrekt tot seksuele prikkeling
(foto's 1 en
/of2 en
/of é en/of4 en
/of5 en
/of7 en
/of8 en
/of9 van de toonmap)
en/of
het masturberen boven/bij en
/ofejaculeren op het
gezicht en/oflichaam van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2]
en/of en
/ofeen onbekend persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en
/ofhet houden van een (stijve) penis bij
/naasthet gezicht
en/of lichaamvan
die onbekende persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is, (waarbij) de afbeelding (aldus)
(telkens
)een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en
/ofstrekt tot seksuele prikkeling
(foto’s 1 en
/of10 van de toonmap en
/ofde camerabeelden zoals beschreven in PV 240426.0925)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
5.
hij in
of omstreeksde periode van 20 februari 2024 tot en met 19 maart 2024 te Voorthuizen, althans in Nederland een aantal afbeeldingen en
/of een of meerderegegevensdragers
bevattende een aantal afbeeldingen, te weten een HP laptop en
/ofeen [telefoon 2] , in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeeldingen een ontuchtige handeling zichtbaar is waarbij een mens en dier
is/zijn betrokken of schijnbaar
is/zijn betrokken, welke ontuchtige handelingen — zakelijk weergegeven — bestonden uit:
- het likken van de vulva van een vrouw/meisje door een hond en
/ofeen kat en
/of
- het brengen van de penis van een hond in de vagina en
/ofde anus van een vrouw en
/of
- het likken van de penis van een hond door een man en
/ofhet likken van de penis van een man door een hond.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, terwijl de schuldige het feit begaat tegen een aan zijn opleiding toevertrouwde minderjarige en zijn minderjarige ondergeschikte, meermaals gepleegd;
feit 2:
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen;
feit 3:
een afbeelding/gegevensdrager, bevattende een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, verstrekken en aanbieden en vertonen aan een minderjarige van wie hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden, dat deze jonger is dan zestien jaar, meermaals gepleegd;
feit 4:
een afbeelding/gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen/verwerven/in bezit hebben/zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een beroep of gewoonte wordt gemaakt;
feit 5:
een afbeelding en een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een ontuchtige handeling, waarbij een mens en een dier zijn betrokken of schijnbaar zijn betrokken, in bezit hebben.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 jaren. De tijd die verdachte al in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, dient op deze straf in mindering te worden gebracht. Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat aan verdachte de maatregel van tbs met dwangverpleging wordt opgelegd.
Ook heeft de officier van justitie de rechtbank verzocht om verdachte een vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht (Sr) op te leggen voor de duur van 3 jaren, inhoudende een contactverbod met de drie slachtoffers ( [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] ) en een locatieverbod voor de straten waar de slachtoffers wonen. Daarbij dient vervangende hechtenis te worden toegepast voor iedere keer dat aan één van de maatregelen niet wordt voldaan, met een totale duur van ten hoogste 36 maanden. De officier van justitie heeft tevens verzocht om deze maatregel dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit. Subsidiair heeft hij bepleit dat bij een veroordeling geen tbs met dwangverpleging wordt opgelegd, nu uit de rapportages van de deskundigen niet naar voren komt dat bij verdachte sprake is van een stoornis. Aan het opleggen van de tbs-maatregel kan de rechtbank dan niet toekomen.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft de vijftienjarige [slachtoffer 1] , een meisje met een licht verstandelijke beperking dat stage liep en werkzaam was bij het restaurant van verdachte, over een periode van meerdere maanden seksueel misbruikt. Verdachte, destijds 57 jaar oud, is meermaals bij [slachtoffer 1] binnengedrongen, heeft haar gedwongen hem te pijpen en dwong haar om naaktfoto’s van zichzelf aan hem te sturen. Hij maakte opnames van het seksueel misbruik en liet de afbeeldingen zien aan andere minderjarige meisjes, te weten de veertienjarige [slachtoffer 3] en de twaalfjarige [slachtoffer 2] . Verdachte heeft daarmee een ernstige inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van [slachtoffer 1] . Hij heeft daarnaast haar normale en gezonde seksuele ontwikkeling beschadigd. Ter terechtzitting hebben [slachtoffer 1] en haar moeder (via hun advocaat) op treffende wijze verwoord wat het misbruik met het meisje en haar gezin heeft gedaan en hoe groot de impact van dat misbruik nog altijd is.
Ook de destijds pas twaalfjarige [slachtoffer 2] is slachtoffer geworden van verdachte. Pas toen het misbruik van [slachtoffer 1] aan het licht was gekomen en bleek dat er camerabeelden uit het restaurant waren gevonden, durfde [slachtoffer 2] te vertellen dat verdachte zich ook aan haar had vergrepen. Hij heeft haar - de jonge dochter van de vriendin van zijn echtgenote - opgehaald en meegenomen naar het restaurant onder het mom van ‘een dagje meehelpen’ terwijl zijn echtgenote in Spanje verbleef. Verdachte heeft aan haar borsten gezeten en zich naast haar afgetrokken. Ook de normale seksuele ontwikkeling van dit jonge meisje heeft verdachte daarmee beschadigd. Daarbij heeft verdachte misbruik gemaakt van het vertrouwen van [slachtoffer 2] en van haar ouders, die haar aan de zorg van verdachte hadden toevertrouwd en in de veronderstelling waren dat zij daar veilig was.
Op de telefoon en andere gegevensdragers toebehorend aan verdachte zijn bovendien diverse kinderpornografische en dierenpornografische video’s en foto’s aangetroffen. Daarop is onder meer het seksueel misbruik van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te zien.
Verdachte heeft deze ernstige feiten in het voorbereidend onderzoek voortdurend stellig ontkend en buiten zichzelf gelegd. Pas ter terechtzitting heeft hij alleen het plegen van ontuchtige handelingen met [slachtoffer 2] bekend. De overige feiten blijft hij – tegen beter weten in – ontkennen. Verdachte gaat daarmee volledig voorbij aan de enorme gevolgen voor de meerdere minderjarige slachtoffers van zijn handelen.
Dit rekent de rechtbank verdachte zwaar aan.
De op te leggen straf en maatregel
De rechtbank zal aan verdachte opleggen de maatregel van terbeschikkingstelling met dwangverpleging en daarnaast een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren. De rechtbank acht dit allebei noodzakelijk en legt hieronder uit waarom.
Voor het opleggen van een tbs-maatregel met dwangverpleging moet op de voet van de artikelen 37a en 37b Sr aan een aantal eisen worden voldaan. In de eerste plaats moet de rechtbank vaststellen dat verdachte een misdrijf heeft begaan waarop ten minste vier jaar gevangenisstraf is gesteld. Met de bewezenverklaring van de feiten 1, 2 en 4 is aan die eis voldaan. Als tweede eis geldt dat de rechtbank dient te beschikken over een (recent) schriftelijk advies van ten minste twee gedragsdeskundigen van verschillende disciplines, waaronder een psychiater, die verdachte hebben onderzocht. Verdachte is ten behoeve van deze strafzaak onderzocht door prof. dr. R.J. Verkes (psychiater) en drs. J.J. Mult (arts in opleiding tot psychiater) (hierna gezamenlijk: de psychiaters) die op 13 februari 2025 aan de rechtbank hebben gerapporteerd. Ook drs. T. ’t Hoen, GZ-psycholoog, heeft een rapportage opgemaakt, die eveneens dateert van 13 februari 2025. Ten slotte heeft ook de reclassering een advies opgesteld op 11 februari 2025. De rechtbank beschikt daarmee over de noodzakelijke recente gedragskundige rapportages.
Vervolgens dient de rechtbank tot het oordeel te komen dat verdachte ten tijde van het begaan van de bewezenverklaarde feiten leed aan een ziekelijke stoornis van de geestesvermogens (of een gebrekkige ontwikkeling). Dat oordeel is aan de rechtbank zelf; zij is daarin niet gebonden aan de door deskundigen uitgebrachte adviezen (laatstelijk: Hoge Raad 17 oktober 2023, ECLI:NL:HR:2023:1295, r.o. 5.4.1). Met betrekking tot deze eis overweegt de rechtbank als volgt.
Ter zake de aanwezigheid van een stoornis zoals hierboven bedoeld rapporteren de psychiaters en de psycholoog dat zij onvoldoende informatie hadden om een definitieve uitspraak te doen over de aan- of afwezigheid van een persoonlijkheidsstoornis bij verdachte ten tijde van de feiten. De psychiaters schrijven in dat kader dat het onderzoek aanzienlijke beperkingen kende. Wegens de ontkenning door verdachte konden de verdenkingen niet worden besproken. Ook waren er waren meermaals opmerkelijke discrepanties tussen het verhaal van verdachte en de informatie uit de stukken. Eventuele collaterale informatie konden de psychiaters niet verkrijgen omdat betrokkene geen medewerking verleende aan het ondervragen van mensen uit zijn directe omgeving. Ook de psycholoog liep aan tegen gelijksoortige beperkingen omdat hij geen referenten heeft kunnen spreken over het (vroegere) leven van verdachte. Informatie is zodoende louter en eenzijdig afkomstig van verdachte, waarbij verdachte de neiging heeft een steviger en meer rooskleurig beeld van zichzelf en zijn leven te schetsen, aldus de psycholoog. Uit de aangeleverde documentatie, de aangiftes en de getuigenverhoren komt volgens de rapporteurs echter wel een beeld naar voren van een man met een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische kenmerken. Zo is er, aldus de psycholoog, sprake van een lacunaire gewetensontwikkeling en beperkingen in de empathische vermogens van verdachte. Hij is geneigd om zijn eigen probleemgedrag te ontkennen, rechtvaardigen, bagatelliseren dan wel te externaliseren. Hij neemt maar beperkt verantwoordelijkheid voor dergelijk probleemgedrag en is geneigd dit buiten zichzelf te leggen. Er zijn er aanwijzingen voor een hardnekkig patroon van antisociaal gedrag en ernstig seksueel grensoverschrijdend gedrag naar minderjarigen. Er komt een beeld naar voren dat verdachte zich regelmatig niet conformeert aan sociale normen, voorbijgaat aan het welzijn van anderen, zich onbetrouwbaar toont en weinig berouw laat zien. Anderen zijn de bron van de problemen. De psychiaters benoemen dat verdachte misbruik lijkt te maken van de kwetsbare positie van de (minderjarige) jonge vrouwen met wie hij op seksueel contact uit is. Hij exploiteert anderen en toont weinig bereidheid de gevoelens van anderen te erkennen. De ten laste gelegde gedragingen passen binnen een patroon van gedragingen die men zou kunnen duiden als kenmerkend voor een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische trekken. De rapporteurs concluderen dat zij onvoldoende objectieve gegevens voorhanden hebben om de aanwezigheid daarvan te onderbouwen, dan wel deze stoornis uit te sluiten. Er is meermaals overleg geweest tussen de rapporteurs. Hun conclusies en adviezen komen overeen.
De rechtbank overweegt dat, naast voornoemde aanwijzingen voor een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische trekken, ook uit het onderzoek door de rechtbank voldoende aanknopingspunten naar voren zijn gekomen om te kunnen concluderen dat verdachte lijdt aan een stoornis zoals bedoeld in de wet.
In de eerste plaats neemt de rechtbank daartoe de aard van de in dit vonnis bewezenverklaarde gedragingen in aanmerking. Het meermalen plegen van zéér vergaande ontucht met een vijftienjarige stagiaire met een licht verstandelijke beperking die in de onderneming van verdachte werkzaam was, het betasten van een twaalfjarig meisje en, naast het vervaardigen van en in bezit hebben van kinder- en dierenporno, het door verdachte - deels op een wervende wijze - laten zien van beeldmateriaal van het misbruik aan andere minderjarigen, laten zien dat verdachte zeer vergaand lak heeft aan de in de maatschappij geldende regels. Verdachte denkt slechts aan zijn eigen behoeften en handelt daar ook naar, ongeacht de schade voor (minderjarige) anderen. De rechtbank ziet daarin een aanwijzing voor het bestaan van een (persoonlijkheids)stoornis zoals bedoeld in de wet.
De rechtbank heeft er verder op gelet dat verdachte, zoals blijkt uit zijn justitiële documentatie d.d. 19 februari 2025, sinds (ongeveer) 20-jarige leeftijd meermalen in aanraking is gekomen met justitie en onder meer is veroordeeld voor vermogens- en geweldsdelicten. Hieruit blijkt dat het delictgedrag ook na de adolescentie van verdachte min of meer een constante in zijn leven is geweest. Verdachte is daarnaast zowel in 1988 (medeplegen van verkrachting) als in december 2019 (ontucht met een minderjarige) veroordeeld tot een gevangenisstraf voor een zedendelict. Deze veroordelingen (en andere sancties) geven een aanwijzing voor een - lang bestaand - patroon van ernstig normoverschrijdend en antisociaal gedrag dat zich tot op heden voortzet. Ook hierin ziet de rechtbank een aanwijzing voor de bedoelde persoonlijkheidsstoornis.
Ten slotte speelt de houding van verdachte een rol bij het oordeel van de rechtbank. Zoals hiervoor al overwogen, is verdachte tot en met de zitting voor het overgrote deel blijven volharden in zijn ontkennende, bagatelliserende en zijn, ‘verheven’ bijna minachtende houding ten opzichte van de feiten en/of de slachtoffers en op momenten ook ten opzichte van kritische bevraging door de rechtbank. Verdachte deinst er niet voor terug om de minderjarige slachtoffers de schuld te geven van hetgeen is gebeurd, dan wel blijft hij hangen in het verhaal dat zij samenspanden om verdachte ‘erin te luizen’. Spijt of berouw heeft verdachte eigenlijk niet getoond, ook niet voor het misbruik van [slachtoffer 2] . Deze observatie van de rechtbank sluit aan bij de al door de psycholoog beschreven lacunaire gewetensontwikkeling en beperkingen in de empathische vermogens van verdachte.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande dan ook tot de conclusie dat er bij verdachte sprake is van een ziekelijke stoornis in de geestesvermogens, naar de rechtbank vermoedt bestaande uit een (al langdurig bestaande) persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische trekken.
De rechtbank zal met die conclusie niet overgaan tot de door de psychiaters en psycholoog geopperde mogelijkheid om nader onderzoek te doen middels een bevel klinische observatie in combinatie met een milieuonderzoek in het Pieter Baan Centrum. Zij kan zoals hiervoor overwogen namelijk ook zonder zo’n onderzoek tot een oordeel komen over de aanwezigheid van een stoornis bij verdachte. Bij die beslissing neemt de rechtbank mede in aanmerking dat verdachte onder meer ter zitting heeft aangegeven aan een dergelijke observatieplaatsing niet te zullen meewerken. De rapporteurs hebben aangegeven dat in dat geval ook een klinische observatie in combinatie met milieuonderzoek dezelfde beperkingen zal kennen als hun eigen onderzoek. En dergelijk nader onderzoek naar de precieze(re) aard van de stoornis(sen) van verdachte acht de rechtbank om die reden dan ook niet zinvol.
Een bevel tot tbs met dwangverpleging kan op basis van artikel 37b lid 1 Sr enkel worden gegeven indien de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verpleging eist. In dat kader overweegt de rechtbank dat de rapporteurs op basis van een actuarieel risicotaxatie-instrument tot de inschatting zijn gekomen dat er voor verdachte een matig-hoog risico is op herhaling van een seksueel delict. Zij schrijven ook dat voor verdachte een verplicht kader noodzakelijk is waarbinnen behandeling en begeleiding kan worden georganiseerd. De rapporteurs noemen daarin dat de maatregel tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking met reclasseringstoezicht, maar ook een tbs-maatregel met dwangbehandeling kunnen worden overwogen. De rechtbank maakt op uit de rapportages dat eerdere behandelingen van verdachte in een GGZ-instelling, dan wel in het kader van de voorwaardelijke invrijheidsstelling van de eerdere veroordeling uit 2019, onvoldoende van de grond zijn gekomen en ieder geval recidive ter zake een seksueel delict niet hebben kunnen voorkomen. In het advies van de reclassering, waarin de bevindingen van de PJ-rapporteurs zijn meegenomen, is ook benoemd dat er bij verdachte sprake is van een langdurig en divers justitieel verleden met diverse en meermaals verrichtte seksuele strafbare gedragingen. De reclassering geeft aan dat dit een zorgelijk beeld geeft met betrekking tot eventuele risico’s op recidive. Een adequate inschatting van het recidiverisico kan de reclassering niet geven, mede gelet op de ontkennende houding van verdachte. De forensische polikliniek Kairos heeft in algemene zin aan de reclassering laten weten dat er geen of onvoldoende behandelmogelijkheden zijn bij een dergelijke proceshouding. Hierdoor ziet de reclassering in het kader van een voorwaardelijke veroordeling geen mogelijkheden (tot behandeling).
De rechtbank ziet gelet op de vastgestelde stoornis, te weten vermoede langdurige en hardnekkige (persoonlijkheids)problematiek, het recidiverisico en het ontbreken van probleembesef en behandelbereidheid bij verdachte, in het opleggen van een tbs-maatregel met dwangverpleging de enige passende reactie. Enerzijds om verdachte een zo optimaal mogelijke kans te bieden op behandeling en daarna resocialisatie, maar anderzijds ook om - totdat behandeling het recidiverisico heeft kunnen terugbrengen - de maatschappij tegen soortgelijk delictgedrag van verdachte te beschermen. Daarbij houdt de rechtbank nadrukkelijk rekening met het aantal en de ernst van de in dit vonnis bewezenverklaarde feiten en de aard van de (zeden)feiten waarvoor verdachte in het verleden is veroordeeld, zoals bedoeld in artikel 37a lid 5 Sr.
Ten slotte overweegt de rechtbank dat het delictgedrag van verdachte zoals dat bewezen is verklaard moet zijn beïnvloed door de hiervoor vastgestelde stoornis. De rechtbank rekent verdachte de feiten om die reden dan ook in verminderde mate toe. De ernst van de feiten en het strafblad van verdachte rechtvaardigen naar het oordeel van de rechtbank echter zonder meer de oplegging van een gevangenisstraf van lange duur. De rechtbank zal aan verdachte, naast de tbs-maatregel, daarom een gevangenisstraf opleggen voor de geëiste duur van vier jaren.
Gelet op de opgelegde straf en tbs-maatregel en de lange tijd die verdachte hiermee in detentie zal doorbrengen, ziet de rechtbank geen aanleiding voor het opleggen van een vrijheidsbeperkende maatregel in de vorm van een contact- en locatieverbod als bedoeld in artikel 38v.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

De volgende benadeelde partijen hebben zich in het strafproces gevoegd en een vordering tot schadevergoeding ingediend:
[slachtoffer 1] vordert € 6.196,63 aan materiële schade (reiskosten en gederfde inkomsten) en € 8.000,00 aan immateriële schade, met de bepaling dat dit bedrag zal worden gestort op een ten behoeve van de benadeelde partij te openen spaarrekening met een zogenoemde BEM-clausule;
[slachtoffer 2] vordert € 5.000,00 aan immateriële schade,
telkens vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de benadeelde partijen in het geheel kunnen worden toegewezen, met toekenning van de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De verdediging heeft zich ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 1] primair op het standpunt gesteld dat de vordering dient te worden afgewezen, gelet op de bepleite vrijspraak. Subsidiair is ten aanzien van de gederfde inkomsten aangevoerd dat niet verdachte de werkgever van [slachtoffer 1] was, maar de [restaurant] . Tevens is aangevoerd dat [slachtoffer 1] ten tijde van de ziekmelding al een nieuwe baan had waar ze in september aan het werk kon maar dat kennelijk niet heeft gedaan. Zij heeft daarom niet voldaan aan haar schadebeperkingsplicht.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 2] heeft de verdediging geen verweer gevoerd.
Overweging van de rechtbank
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 1]
Materiële schade
Uit de bewezenverklaarde gedragingen van verdachte en het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden.
De rechtbank stelt voorop dat de benadeelde bij de vergoeding van de schade zoveel mogelijk in de positie waarin zij zou hebben verkeerd wanneer het onrechtmatige handelen van verdachte jegens haar niet zou hebben plaatsgevonden.
De gevorderde reiskosten zijn door de verdediging niet betwist. Deze reiskosten zijn gevorderd als verplaatste schade, omdat deze feitelijk door de ouders van de benadeelde zijn gemaakt. Dit betreft schade die naar het oordeel van de rechtbank in rechtstreeks verband staat met het schadeveroorzakende feit. Het gevorderde bedrag komt de rechtbank bovendien redelijk voor, zodat een bedrag van € 425,70 zal worden toegewezen.
Ten aanzien van de gederfde inkomsten heeft de benadeelde gesteld dat zij zich vanwege het misbruik heeft ziek gemeld bij de [restaurant] , waar zij nog een arbeidscontract had voor de duur van 23 maanden. Bovendien heeft zij gesteld dat het misbruik door verdachte en zijn detentie als gevolg daarvan de (hoofd)reden is geweest van het latere faillissement van de [restaurant] . Deze beide stellingen zijn onvoldoende gemotiveerd betwist. De rechtbank is van oordeel dat de korting van 30% op het salaris van de benadeelde voor haar resterende contractuele arbeidsduur daarom schade is die in rechtstreeks verband staat met het strafbare feit. Deze schade komt voor vergoeding in aanmerking. Dat niet verdachte, maar de [restaurant] de werkgever van [slachtoffer 1] was, doet daar niets aan af. De rechtbank neemt voorts in overweging dat, zoals onvoldoende is betwist en daarmee vast staat, [slachtoffer 1] in september 2023 wel aan haar nieuwe baan is begonnen, maar dat werken niet lukte door de gevolgen van het misbruik. Zij was door het handelen van verdachte daarmee niet in staat haar schade te beperken in de door de raadsman bepleite zin. Het gevorderde bedrag komt de rechtbank bovendien redelijk voor, zodat een bedrag van € 5.770,93 zal worden toegewezen.
Immateriële schade
Naar het oordeel van de rechtbank is vast komen te staan dat de benadeelde als gevolg van de bewezenverklaarde feiten immateriële schade heeft geleden. De rechtbank stelt vast dat de [slachtoffer 1] door het bewezenverklaarde op andere wijze in de persoon is aangetast. Blijkens de bij de vordering gevoegde doorverwijzing van de huisarts en de brief van [instelling] is bij [slachtoffer 1] een posttraumatische stressstoornis vastgesteld en wordt zij behandeld door middel van traumabehandeling middels EMDR. Mede rekening houdend met de aard en ernst van de bewezenverklaarde feiten en gelet op de bedragen die Nederlandse rechters in vergelijkbare gevallen toewijzen, zal de rechtbank de immateriële schadevergoeding als onbetwist vaststellen op € 8.000,00.
Conclusie
In totaal zal de rechtbank een bedrag toewijzen van € 6.196,63 aan materiële schade en € 8.000,00 aan smartengeld.
Verdachte is ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 1] wettelijke rente verschuldigd. Deze wordt als volgt berekend:
  • ten aanzien van de gevorderde reiskosten wordt de schadevergoeding vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 februari 2024;
  • ten aanzien van de gederfde inkomsten wordt de schadevergoeding vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 juni 2024, de datum gelegen ongeveer in het midden van de gevorderde termijnbedragen;
  • ten aanzien van de gevorderde immateriële schade wordt de schadevergoeding vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 februari 2023, het begin van de periode van misbruik.
De rechtbank ziet aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen.
De rechtbank bepaalt dat de als gevolg van deze uitspraak te betalen schadevergoeding zal worden gestort op een ten behoeve van de minderjarige benadeelde partij te openen spaarrekening met een zogenoemde BEM-clausule. Een dergelijke BEM-clausule is bedoeld ter bescherming van de belangen van de minderjarige. De minderjarige en haar wettelijk vertegenwoordiger kunnen aldus slechts met toestemming van de kantonrechter over het saldo van deze rekening van de minderjarige benadeelde partij beschikken.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 2]
Naar het oordeel van de rechtbank is vast komen te staan dat de benadeelde als gevolg van de bewezenverklaarde feiten immateriële schade heeft geleden. De vordering is door de verdediging niet betwist. De rechtbank stelt vast dat [slachtoffer 2] door het bewezenverklaarde op andere wijze in de persoon is aangetast, nu de aard en de ernst van de normschending en de gevolgen daarvoor voor de benadeelde die conclusie rechtvaardigen. Er is sprake van een zedendelict, waarmee een ernstige inbreuk op de persoonlijke integriteit is gemaakt. Bovendien zijn de ernstige gevolgen daarvan gesteld en voorstelbaar. Mede rekening houdend met de aard en ernst van de bewezenverklaarde feiten en gelet op de bedragen die Nederlandse rechters in vergelijkbare gevallen toewijzen, zal de rechtbank de immateriële schadevergoeding als onbetwist vaststellen op € 5.000,00.
Verdachte is ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 2] wettelijke rente verschuldigd vanaf 17 juni 2023.
De rechtbank ziet aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen.

9.De beoordeling van het beslag

Ten aanzien van de ten laste gelegde feiten is onder verdachte beslag gelegd op:
  • 1 telefoontoestel merk Samsung ( [nummer 3] );
  • 1 computer merk HP ( [nummer 4] );
  • 1 telefoontoestel merk Samsung ( [nummer 5] );
  • 1 harddisk merk Skyhawk ( [nummer 6] ).
De officier van justitie heeft verzocht om de voorwerpen te onttrekken aan het verkeer, nu deze kinderporno en/of dierenporno bevatten.
De raadsman heeft bepleit dat de [telefoon 1] en de HP-laptop worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaar.
De rechtbank zal beslissen dat de inbeslaggenomen voorwerpen worden onttrokken aan het verkeer, nu er sprake is van voorwerpen met behulp van welke het tenlastegelegde is begaan.

10.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 36b, 36c, 36f, 37a, 37b, 57, 240a, 240b, 245, 247, 248, 249 en 254a van het Wetboek van Strafrecht zoals die golden ten tijde van de bewezenverklaarde feiten.

11.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 gelast dat verdachte ter beschikking wordt gesteld en beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
 veroordeelt verdachte in verband met feit 1, feit 3 en feit 4 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] van € 6.196,63 aan materiële schade, waarvan:
- € 425,70 wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 februari 2024, tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald, en
- € 5.770,93 wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 juni 2024, tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
en € 8.000,00 aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 februari 2023, tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
 legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 1] een bedrag te betalen van € 6.196,63 aan materiële schade, waarvan:
- € 425,70 wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 februari 2024, tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald, en
- € 5.770,93 wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 juni 2024, tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
en € 8.000,00 aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 februari 2023, tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 105 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
 bepaalt dat de als gevolg van deze uitspraak te betalen schadevergoeding zal worden gestort op een ten behoeve van [slachtoffer 1] te openen spaarrekening met een BEM-clausule;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
  • veroordeelt verdachte in verband met feit 2 en 3 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] van € 5.000,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 juni 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
  • veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
  • legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 2] , een bedrag te betalen van € 5.000,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 juni 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 60 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
  • bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
Beslissing op het beslag
 beveelt de onttrekking aan het verkeer van de inbeslaggenomen telefoontoestellen van het merk Samsung, de computer van het merk HP en de harddisk van het merk Skyhawk.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. Gerritsen (voorzitter), mr. M. Rietveld en mr. R.P.W. van de Meerakker, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.K. Verberkt, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 4 maart 2025.
mr. M.C. Gerritsen, mr. R.P.W. van de Meerakker en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Oost-Nederland opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer BVH2024082324 / ONRBC24609 ORTLER, gesloten op 7 augustus 2024 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden, p. 126-127
3.Proces-verbaal van aangifte [aangeefster] , p. 130-132, 134.
4.Proces-verbaal verbatim uitwerking studioverhoor [slachtoffer 1] , p. 167-173, 175-186, 191-193, 195-198.
5.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 3] , p. 228-234.
6.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 3] , p. 511-512 en 516.
7.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 2] , p. 355, 357-359.
8.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 520-522.
9.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 18 februari 2025.
10.Proces-verbaal van bevindingen analyse [telefoon 1] , p. 584-585, en de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 18 februari 2025.
11.Proces-verbaal van bevindingen beschrijving multimediafiles [telefoon 1] , p. 614-617.
12.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 954.
13.Proces-verbaal van bevindingen beschrijving multimediafiles [telefoon 1] , p. 614-618.
14.Proces-verbaal van bevindingen foto’s [telefoon 1] , p. 911.
15.Proces-verbaal van bevindingen screenshots afbeeldingen vermoedelijk [slachtoffer 1] , p. 598, 600-605.
16.Proces-verbaal van bevindingen analyse [telefoon 2] , p. 632, 637-638.
17.Proces-verbaal van bevindingen camerabeelden 17 juni 2023, p. 730-733.
18.Proces-verbaal uitwerking studioverhoor [slachtoffer 1] , p. 196.
19.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 18 februari 2025.
20.Proces-verbaal van bevindingen analyse laptop HP ( [nummer 4] ), p. 625
21.Proces-verbaal van bevindingen analyse [telefoon 2] , p. 632-637.