ECLI:NL:RBGEL:2024:9001

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
12 december 2024
Publicatiedatum
15 december 2024
Zaaknummer
443328
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Kort geding over rechtsgeldig ontslag van statutair bestuurder en toegang tot bedrijfsystemen

In deze zaak, die op 12 december 2024 door de Rechtbank Gelderland is behandeld, staat de rechtsgeldigheid van het ontslag van een statutair bestuurder centraal. De eiseres, [eiseres in conv], stelt dat zij nooit rechtsgeldig is ontslagen als bestuurder van de besloten vennootschap [gedaagde in conv 1]. De gedaagden, bestaande uit [gedaagde in conv 1], [gedaagde in conv 2] en [gedaagde in conv 3], beweren dat het ontslag wel rechtsgeldig is. De eiseres heeft vorderingen ingesteld om toegang te krijgen tot de systemen van [gedaagde in conv 1] en om haar status als medebestuurder te herstellen.

De rechtbank oordeelt dat er geen rechtsgeldig ontslagbesluit is genomen, omdat de oproeping voor de aandeelhoudersvergadering (AVA) niet correct is uitgevoerd. De eiseres heeft niet de oproepingsbrief ontvangen en was daardoor niet op de vergadering aanwezig. Dit leidt tot de conclusie dat de eiseres nog steeds statutair bestuurder is en recht heeft op toegang tot de systemen van de vennootschap. De gedaagden worden veroordeeld om binnen 24 uur na betekening van het vonnis de eiseres toegang te verlenen tot alle systemen en om rekening en verantwoording af te leggen over de verplichtingen die zijn aangegaan namens [gedaagde in conv 1].

In reconventie vorderen de gedaagden de opheffing van de blokkade op de e-mailaccounts van de directeur en bestuurder van [gedaagde in conv 1]. De rechtbank oordeelt dat de eiseres niet gerechtigd was om deze blokkade op te leggen, maar dat er onvoldoende bewijs is dat de gedaagden recht hebben op toegang tot de digitale werkomgeving. De vorderingen in reconventie worden daarom afgewezen, terwijl de gedaagden in conventie in het ongelijk worden gesteld en de proceskosten moeten vergoeden.

Uitspraak

RECHTBANK Gelderland

Civiel recht
Zittingsplaats Arnhem
Zaaknummer: C/05/443328 / KG ZA 24-372
Vonnis in kort geding van 12 december 2024
in de zaak van
[eiseres in conv],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
advocaat: mr. H.J. van Amerongen,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in conv 1],
statutair gevestigd te [vestigingsplaats] , en
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in conv 2],
statutair gevestigd te [vestigingsplaats] , en
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in conv 3],
statutair gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde partijen in conventie,
eisende partijen in reconventie,
advocaat: mr. E. van Es.
Eisende partij in conventie zal hierna [eiseres in conv] worden genoemd. Gedaagde partijen in conventie zullen hierna gezamenlijk [gedaagden in conv] worden genoemd en ieder afzonderlijk respectievelijk [gedaagde in conv 1] , [gedaagde in conv 2] en [gedaagde in conv 3] .

1.De procedure

in conventie en in reconventie
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 19;
- de nagezonden productie 20 van [eiseres in conv] ;
- de eis in reconventie van [gedaagden in conv] ;
- de producties 1 tot en met 9 van [gedaagden in conv] ;
- de nagezonden producties 10 tot en met 15 van [gedaagden in conv] ;
- de mondelinge behandeling van 19 november 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;
- de pleitnota van [eiseres in conv] ;
- de pleitnota van [gedaagden in conv]

2.De feiten

in conventie en in reconventie
2.1.
De heer [naam 1] (hierna: [naam 1] ) is bestuurder en enig aandeelhouder van [eiseres in conv] . In 1986 is [naam 1] met een voormalig compagnon een vennootschap onder firma gestart. Deze vennootschap is op 27 november 1998 omgezet in [gedaagde in conv 1] (hierna: [gedaagde in conv 1] ). [eiseres in conv] en [gedaagde in conv 2] , met als bestuurder en enig aandeelhouder mevrouw [naam 2] (hierna: [naam 2] ), vormden tezamen het bestuur van [gedaagde in conv 1] en bezaten alle aandelen in de verhouding 60% voor [eiseres in conv] en 40% voor [gedaagde in conv 2] . De statuten van [gedaagde in conv 1] vermelden voor zover thans van belang het volgende:
‘(…)
Bestuur
Artikel 16
1. Het bestuur van de vennootschap is opgedragen aan de directie, bestaande uit één of meer directeuren.
2. (…)
3. De directeuren worden door de algemene vergadering benoemd en kunnen te allen tijde door deze vergadering worden geschorst en ontslagen. De algemene vergadering kan één of meer directeuren tot algemeen directeur benoemen.
4. (…)
Vertegenwoordiging
Artikel 17
1. De directie vertegenwoordigt de vennootschap. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging komt mede toe aan:
a. iedere algemeen directeur afzonderlijk;
b. twee gezamenlijk handelende directeuren.
(…)
Algemene vergadering van aandeelhouders
Artikel 22
1. Algemene vergaderingen worden gehouden in de gemeente waar de vennootschap haar woonplaats heeft. In een algemene vergadering, gehouden elders dan behoort, kunnen wettige besluiten slechts worden genomen indien het gehele geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is.
2. (…)
3. (…)
4. Algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls daartoe door de directie wordt opgeroepen. De directie is tot zodanige oproeping verplicht wanneer een of meer aandeelhouders en/of certificaathouders, ten minste één/tiende van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigende, zulks schriftelijk, met nauwkeurige opgave van de te behandelen onderwerpen, aan de directie verzoeken.
Oproeping
Artikel 23
1. (…)
2. De oproeping van aandeelhouders en certificaathouders tot een algemene vergadering geschiedt schriftelijk op een termijn van ten minste veertien dagen, de dag van de oproeping en de dag van de vergadering niet medegerekend. De oproepingen worden verzonden aan de in het aandeelhoudersregister vermelde adressen van aandeelhouders en certificaathouders.
3. (…)
4. Is de oproepingstermijn niet in acht genomen of heeft geen oproeping plaats gehad, dan kunnen geen wettige besluiten worden genomen, tenzij met algemene stemmen in een vergadering, waarin alle aandeelhouders en certificaathouders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
(…)
Slotverklaringen
De comparanten, handelend als gemeld, verklaarden tenslotte:
A.
Directie, boekjaar en geplaatst kapitaal
1. Voor de eerste maal worden tot directeuren van de vennootschap benoemd de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid [eiseres in conv] en [gedaagde in conv 2] , voormeld.
2. (…)’
2.2.
Op 18 december 2001 heeft [eiseres in conv] 36 van haar aandelen verkocht en geleverd aan [gedaagde in conv 2] . De verdeling van de aandelen wijzigde daarmee naar 51% voor [eiseres in conv] en 49% voor [gedaagde in conv 2] . De administratie en boekhouding van [gedaagde in conv 1] werd vanaf 2008 (mede) verzorgd door de heer [naam 3] (hierna: [naam 3] ).
2.3.
Een aantal jaren later, op 8 april 2014, hebben [eiseres in conv] en [gedaagde in conv 2] een deel van hun aandelen in [gedaagde in conv 1] verkocht aan [bedrijf 1] (hierna: [bedrijf 1] ). [bedrijf 1] was de vennootschap van de heer [naam 4] (hierna: [naam 4] ), de partner en latere echtgenoot van [naam 2] . Vanaf het moment van deze aandelenoverdracht hielden [eiseres in conv] , [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] ieder 1/3e van de aandelen in [gedaagde in conv 1] .
2.4.
In 2019 is [naam 4] overleden. [naam 2] erfde op dat moment indirect de door [bedrijf 1] gehouden aandelen in [gedaagde in conv 1] en werd daarmee feitelijk meerderheidsaandeelhouder (2/3e). [eiseres in conv] heeft meermalen gepoogd de aandelen in [gedaagde in conv 1] van [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] (terug) te kopen, maar daartoe was [naam 2] op dat moment niet bereid.
2.5.
Op 23 april 2024 heeft de directie van [gedaagde in conv 1] een brief ontvangen van de financieel adviseur van [naam 2] , de heer [naam 5] (hierna: [naam 5] ). In die brief werd medegedeeld dat zich een koper voor de aandelen van [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] in [gedaagde in conv 1] had gemeld en [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] hun aandelen daarom wensten te verkopen. In het kader van het voorkeursrecht van [eiseres in conv] zijn de aandelen eerst aan haar aangeboden. [eiseres in conv] vond de vraagprijs van de aandelen bovenmatig en heeft daarom geen gebruik gemaakt van dat voorkeursrecht.
2.6.
Kort daarna heeft [naam 3] [eiseres in conv] geïnformeerd dat hij, via zijn vennootschap [gedaagde in conv 3] (hierna: [gedaagde in conv 3] ), de potentiële koper van de aandelen was. Op 4 juni 2024 heeft vervolgens een gesprek plaatsgevonden waarbij onder meer [naam 1] en [naam 3] aanwezig waren. Tijdens dit gesprek heeft [naam 3] aan [naam 1] een brief met de volgende inhoud overhandigd:
‘(…)
Ongeacht de toekomstige samenstelling van het bestuur binnen [gedaagde in conv 1] , wil ik je geruststellen dat er geen ontslagen zullen plaatsvinden binnen het management en de uitvoerende diensten. Jouw positie binnen het bedrijf is veilig en gewaarborgd.
(…)’
2.7.
Op 22 juli 2024 heeft [naam 3] een aantal wijzigingen laten doorvoeren in het handelsregister. Daarbij heeft hij (onder meer) [eiseres in conv] en [gedaagde in conv 2] per
1 juli 2024 uitgeschreven als bestuurder van [gedaagde in conv 1] en [gedaagde in conv 3] als bestuurder met de titel algemeen directeur met zelfstandige bevoegdheid ingeschreven.
2.8.
Volgens [gedaagden in conv] heeft vervolgens op 16 augustus 2024 een AVA plaatsgevonden, opgeroepen door [gedaagde in conv 2] . De oproepingsbrief voor deze AVA dateert van 29 juli 2024. Op de agenda stond
‘Ontslagbesluit bestuurder [eiseres in conv] ’. [eiseres in conv] is niet op deze AVA verschenen, omdat zij naar eigen zeggen de uitnodiging voor deze vergadering niet heeft ontvangen en dus niet van de AVA afwist. In de notulen die van deze AVA zijn opgesteld door [naam 3] is vermeld dat [eiseres in conv] als bestuurder van [gedaagde in conv 1] is ontslagen. Een dag later, op 17 augustus 2024, is door [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] een aandeelhoudersbesluit buiten vergadering genomen dat luidt dat ingevolge de aandeelhoudersvergadering van 16 augustus 2024 [eiseres in conv] per die datum als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] is ontslagen.
2.9.
Op 2 oktober 2024 is [eiseres in conv] door [gedaagde in conv 3] - vertegenwoordigd door [naam 3] - bij deurwaardersexploot opgeroepen voor een AVA op 17 oktober 2024 met als agendapunt
‘Bekrachtiging besluit ontslag [eiseres in conv] ’. Wanneer [naam 1] namens [eiseres in conv] op de vergadering verschijnt, blijkt niemand aanwezig te zijn en deze (kennelijk) geen doorgang te vinden.
2.10.
Op 15 oktober 2024 is [eiseres in conv] nogmaals bij deurwaardersexploot opgeroepen voor een AVA te houden op 4 november 2024, dit keer opgeroepen door [naam 2] namens [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] . De agendapunten voor deze AVA waren
‘Benoeming (bekrachtiging) [gedaagde in conv 3] tot bestuurder van [gedaagde in conv 1] ’en
‘Bekrachtiging besluit ontslag [eiseres in conv] ’. Ook op die vergadering bleek, toen [naam 1] namens [eiseres in conv] met zijn advocaat verscheen, niemand aanwezig.
2.11.
Op 6 november 2024 is [eiseres in conv] opnieuw bij deurwaardersexploot opgeroepen voor een AVA te houden op 27 november 2024. Deze AVA is opgeroepen door [gedaagde in conv 3] en [gedaagde in conv 2] . Op de agenda van deze AVA staat
‘Benoeming (bekrachtiging) [gedaagde in conv 3] tot bestuurder [gedaagde in conv 1] ’en
‘Bekrachtiging besluit ontslag [eiseres in conv] ’. Deze AVA had ten tijde van de zitting in onderhavig kort geding nog geen plaats gevonden.
2.12.
[eiseres in conv] is hoofdbeheerder van het Google Workspace domein van [gedaagde in conv 1] . Op 16 november 2024 heeft [eiseres in conv] de zakelijke e-mailadressen van [gedaagde in conv 2] en [naam 3] geblokkeerd, waardoor een aantal online werkportalen van [gedaagde in conv 1] voor hen niet langer bereikbaar zijn.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
[eiseres in conv] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I [gedaagden in conv] hoofdelijk te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis:
a. [eiseres in conv] actief toegang te verlenen tot alle systemen van [gedaagde in conv 1] , door zo nodig het toezenden van de juiste inloggegevens van die systemen en die toegang niet te blokkeren of onbereikbaar te maken op welke wijze dan ook, zulks voor de duur dat het bestuurderschap van [eiseres in conv] voortduurt;
b. primair: op eerste verzoek van [eiseres in conv] aan de accountant en door nog aan te wijzen leveranciers kenbaar te maken dat [eiseres in conv] nog steeds medebestuurder is en dat zij mogen en dienen te communiceren met [eiseres in conv] in haar hoedanigheid van medebestuurder terzake van [gedaagde in conv 1] ;
c. rekening en verantwoording af te leggen over alle verplichtingen die zijn aangegaan namens [gedaagde in conv 1] vanaf 1 juli 2024, waaronder een volledig overzicht van de afgesloten contracten en geldtransacties;
d. volledige medewerking te verlenen aan het opnieuw inschrijven van [eiseres in conv] als medebestuurder met gezamenlijk bevoegdheid van [gedaagde in conv 1] en het uitschrijven van [gedaagde in conv 3] als medebestuurder van [gedaagde in conv 1] in het handelsregister;
II te bepalen dat voor het geval [gedaagden in conv] zich niet houden aan een of meerdere veroordelingen onder I, zij hoofdelijk een dwangsom verbeuren van € 10.000,00 per dag(deel) en per overtreding, met een maximum van € 300.000,00;
III [gedaagden in conv] te veroordelen in de proces- en nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
3.2.
[gedaagden in conv] voeren verweer en concluderen tot afwijzing van de vorderingen.
in reconventie
3.3.
[gedaagden in conv] vorderen bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I [eiseres in conv] te gebieden om zorg te dragen voor de onmiddellijke opheffing van de blokkade van het e-mailadres van de directeur alsook bestuurder van [gedaagde in conv 1] , meer specifiek opheffing van de blokkade die nu rust op de accounts [e-mailadres 1] , [e-mailadres 2] en [e-mailadres 3] ;
II [eiseres in conv] te veroordelen om [gedaagde in conv 2] met het e-mailadres van [e-mailadres 3] , hoofdbeheerder te maken van het Google Domein van Workspace;
III [eiseres in conv] te veroordelen tot betaling van een dwangsom voor iedere dag dat deze onterecht ingevoerde blokkade voortduurt van € 5.000,00 per dag, met een maximum van € 50.000,00;
IV [eiseres in conv] te veroordelen in de proces- en nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
3.4.
[eiseres in conv] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen.
in conventie en in reconventie
3.5.
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover voor de beoordeling van dit geschil van belang, worden ingegaan.

4.De beoordeling van het geschil

in conventie en in reconventie
4.1.
De spoedeisendheid van de vorderingen vloeit voort uit de aard daarvan. Hoewel [gedaagden in conv] ter zitting hebben aangevoerd dat de inschrijving van [gedaagde in conv 1] in het handelsregister van de KvK inmiddels weer overeenkomt met de werkelijke situatie en een spoedeisend belang bij de vorderingen van [eiseres in conv] daarom ontbreekt, kan dat in het kader van dit kort geding niet worden gecontroleerd en vastgesteld nu de beweerdelijke correctie ten tijde van de mondelinge behandeling nog niet zichtbaar was. Dit verweer van [gedaagden in conv] zal daarom worden gepasseerd.
4.2.
[eiseres in conv] heeft allereerst bezwaar gemaakt tegen de vertegenwoordiging door mr. Van Es van zowel [gedaagde in conv 1] als [gedaagde in conv 2] en [gedaagde in conv 3] . Enerzijds omdat Van Es door een daartoe onbevoegde is gevraagd om op te treden namens [gedaagde in conv 1] en anderzijds omdat er sprake is van een tegenstrijdig belang tussen [gedaagde in conv 1] enerzijds en [gedaagde in conv 2] en/of [gedaagde in conv 3] als gedaagden anderzijds.
Zoals hierna zal blijken, is de voorzieningenrechter van oordeel dat niet aannemelijk is geworden dat [eiseres in conv] rechtsgeldig is ontslagen als statutair bestuurder (in artikel 17 statuten genoemd: directeur) (r.o. 4.14.) en dat evenmin is gebleken dat [gedaagde in conv 3] (rechtsgeldig) is benoemd tot bestuurder (r.o. 4.7.). Dat betekent dat [gedaagde in conv 1] alleen rechtsgeldig vertegenwoordigd kan worden door [gedaagde in conv 2] en [eiseres in conv] gezamenlijk. Dat geldt in beginsel ook voor de situatie dat [gedaagde in conv 1] opdracht geeft aan een advocaat om haar in rechte bij te staan. Gesteld noch gebleken is dat [eiseres in conv] door [gedaagde in conv 2] is gevraagd in te stemmen met het geven van een opdracht namens [gedaagde in conv 1] aan mr. Van Es.
4.3.
[eiseres in conv] heeft evenwel niet de nietigheid van de onbevoegd gegeven opdracht aan mr. Van Es om namens [gedaagde in conv 1] verweer te voeren, ingeroepen. Bovendien brengt - zo onderliggend al geen sprake is van een tegenstrijdig belang als bedoeld in artikel 2:129 lid 6 BW - artikel 2:8 lid 2 BW met zich mee dat, gelet op de aard en inhoud van het onderliggende conflict, artikel 17 lid 1 onder b van de statuten buiten toepassing dient te blijven. In dit laatste artikel is bepaald dat alleen twee directeuren gezamenlijk vertegenwoordigingsbevoegd zijn (thans [gedaagde in conv 2] en [eiseres in conv] ). Dit leidt ertoe dat de voorzieningenrechter van oordeel is dat mr. Van Es bevoegd is [gedaagde in conv 1] in deze procedure bij te staan. Het verweer van [eiseres in conv] ter zake wordt verworpen.
4.4.
Voor zover [eiseres in conv] heeft aangevoerd dat mr. Van Es niet én [gedaagde in conv 1] én [gedaagde in conv 2] en/of [gedaagde in conv 3] kan bijstaan vanwege een (mogelijk) tegenstrijdig belang, kan dat niet tot een ander oordeel leiden. [eiseres in conv] beroept zich kennelijk op de voor advocaten geldende Gedragsregels die er in beginsel aan in de weg staan dat een advocaat voor partijen optreedt die (mogelijk) een tegenstrijdig belang hebben. Het is evenwel aan de tuchtrechter en niet aan de voorzieningenrechter om daarover te oordelen.
in conventie
kern van het geschil
4.5.
In de kern is tussen partijen in geschil of [eiseres in conv] al dan niet op enig moment rechtsgeldig is ontslagen als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] .
[eiseres in conv] , benoemd tot statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] , stelt dat van een rechtsgeldig ontslag nimmer sprake is geweest. Zij vordert daarom in deze procedure, kort gezegd, om weer in de gelegenheid te worden gesteld om haar taken en werkzaamheden als bestuurder van [gedaagde in conv 1] te kunnen uitvoeren. Omdat [gedaagden in conv] de gevolgen die zij aan het vermeende ontslag van [eiseres in conv] als statutair bestuurder hebben verbonden niet vrijwillig ongedaan willen maken, dienen zij daartoe in dit kort geding te worden veroordeeld, aldus [eiseres in conv] .
[gedaagden in conv] concluderen tot afwijzing en voeren daartoe aan dat het besluit tot ontslag van [eiseres in conv] als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] rechtsgeldig is genomen, zodat [eiseres in conv] geen statutair bestuurder meer is.
De voorzieningenrechter overweegt als volgt.
regeling benoeming, ontslag en vertegenwoordigingsbevoegdheid volgens statuten
4.6.
In artikel 16 lid 1 van de statuten is bepaald dat het bestuur van de vennootschap is opgedragen aan de directie, bestaande uit één of meer directeuren. Lid 3 van dit artikel bepaalt dat de directeuren door de algemene vergadering van aandeelhouders (AVA) worden benoemd en te allen tijde door deze vergadering kunnen worden geschorst en ontslagen. De algemene vergadering van aandeelhouders kan daarnaast één of meer directeuren tot algemeen directeur benoemen.
Volgens artikel 17 lid 1 van de statuten vertegenwoordigt de directie de vennootschap en komt die vertegenwoordigingsbevoegdheid mede toe aan iedere algemeen directeur afzonderlijk of twee gezamenlijk handelende directeuren.
bestuurders van [gedaagde in conv 1]
4.7.
In de ‘slotverklaringen’ opgenomen in de statuten zijn [eiseres in conv] en [gedaagde in conv 2] beiden benoemd tot directeur. Met inachtneming van de hiervoor onder 4.6. aangehaalde artikelen, moet worden geconstateerd dat [gedaagde in conv 2] als directeur [gedaagde in conv 1] enkel gezamenlijk met een andere directeur rechtsgeldig kan vertegenwoordigen. Gesteld noch gebleken is immers dat [gedaagde in conv 2] op enig moment door de AVA is benoemd tot algemeen directeur, waardoor zij alleen vertegenwoordigingsbevoegd zou zijn geworden. Dat [naam 3] , danwel zijn vennootschap [gedaagde in conv 3] , op enig moment rechtsgeldig tot algemeen directeur van [gedaagde in conv 1] is benoemd, is in het kader van dit kort geding niet aannemelijk geworden. Hoewel [naam 3] zichzelf begin juli 2024 die titel wel heeft toegedicht, is gesteld noch gebleken dat die benoeming tijdens een AVA, conform artikel 16 lid 3 van de statuten, en derhalve rechtsgeldig heeft plaatsgevonden. Daarnaast kan niet worden vastgesteld dat een AVA heeft plaatsgevonden waarin [gedaagde in conv 3] , danwel [naam 3] , tot directeur van [gedaagde in conv 1] is benoemd en daarmee is toegetreden tot het bestuur van [gedaagde in conv 1] . Daarom moet het er voor worden gehouden dat het bestuur van [gedaagde in conv 1] wordt gevormd door [gedaagde in conv 2] en [eiseres in conv] , behoudens voor zover hierna mocht worden geoordeeld dat [eiseres in conv] inmiddels rechtsgeldig is ontslagen als directeur zoals bedoeld in artikel 17 van de statuten (statutair bestuurder). Of daarvan sprake is geweest, wordt hierna beoordeeld.
[eiseres in conv] rechtsgeldig ontslagen als statutair bestuurder?
4.8.
De artikelen 22 en 23 van de statuten zien op de (oproeping van de) AVA. De directie kan zelfstandig tot een AVA oproepen (artikel 22 lid 4, eerste zin statuten). De directie is verplicht tot oproeping van een AVA als aandeelhouders die tenminste 10% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen daartoe aan de directie en verzoek doen (artikel 22 lid 4, tweede zin statuten). Alle aandeelhouders moeten voor een AVA worden opgeroepen. Oproeping geschiedt schriftelijk, tenminste veertien dagen voor de te houden AVA. Als de oproepingstemrijn niet in acht is genomen of oproeping niet heeft plaatsgevonden, kunnen geen wettige besluiten worden genomen (artikel 23 statuten).
4.9.
Gesteld noch gebleken is dat de beoogde aandelentransactie tussen [gedaagde in conv 2] en [bedrijf 1] als vervreemders en [gedaagde in conv 3] als verkrijger inmiddels heeft plaatsgevonden. Derhalve is niet aannemelijk geworden dat [gedaagde in conv 3] de directie kan verzoeken op te roepen voor een AVA. Vaststaat wel dat [eiseres in conv] , die 1/3e van de aandelen in [gedaagde in conv 1] houdt, voor iedere AVA moet worden opgeroepen. Gelet op de artikelen 2:8 en 2:15 BW eens temeer als tijdens die AVA haar ontslag als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] staat geagendeerd.
4.10.
De eerste AVA waarop het besluit tot ontslag van [eiseres in conv] als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] stond geagendeerd, stond gepland op 16 augustus 2024. De oproeping voor deze AVA zou hebben plaatsgevonden door [gedaagde in conv 2] . [gedaagde in conv 2] komt ingevolge artikel 2:219 BW niet zelfstandig de bevoegdheid toe tot oproeping van een AVA, nu ook de statuten niet anders bepalen. Daarvoor is een daaraan voorafgaand bestuursbesluit noodzakelijk. In de statuten is de bevoegdheid tot oproeping immers toegekend aan een meerhoofdig orgaan, de directie. Dat betekent dat het besluit tot stand dient te komen als vrucht van onderling overleg van alle leden van dat orgaan, die, na daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld, aan dat overleg wensen deel te nemen (HR 15 juli 1968,
NJ1969/101 (
Wijsmuller)). [gedaagde in conv 2] mocht in haar hoedanigheid van aandeelhouder met tenminste 10% van het gestorte kapitaal wel de directie verzoeken om een algemene vergadering bijeen te roepen. Dat moet schriftelijk, onder nauwkeurige opgave van de te behandelen onderwerpen. Dat daarvan sprake is geweest is gesteld noch gebleken. En als daarvan al sprake is, dan had, in geval de directie aan het verzoek geen gehoor zou hebben gegeven de aandeelhouder de voorzieningenrechter kunnen verzoeken machtiging te verlenen om een AVA bijeen te roepen (art 2:220 lid 1 BW). Kort en goed, dat van een rechtsgeldig bijeengeroepen AVA sprake is geweest is niet gebleken. Reeds om die reden is ene eventueel op de vergadering van 16 augustus 2024 genomen ontslagbesluit nietig.
Wat daar ook van zij, [eiseres in conv] heeft betwist dat zij de oproepingsbrief, gedateerd 29 juli 2024, heeft ontvangen en is niet op de AVA verschenen. [gedaagden in conv] hebben in het kader van dit kort geding niet aannemelijk gemaakt dat [eiseres in conv] die oproepingsbrief wél heeft ontvangen, dan wel anderszins van de AVA en de agenda op de hoogte was. Dit heeft tot gevolg dat op de AVA van 16 augustus 2024 ingevolge artikel 23 van de statuten geen rechtsgeldig ontslagbesluit kon worden genomen. Voor zover op die vergadering tot ontslag van [eiseres in conv] als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] is besloten, is ook om deze reden dat besluit nietig. Nu op grond van artikel 22 lid 1 van de statuten (de bekrachtiging van) een besluit buiten vergadering slechts kan worden genomen indien het gehele geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is, en niet in geschil is dat daarvan op 17 augustus 2024 geen sprake was, is ook op 17 augustus 2024 geen rechtsgeldig ontslagbesluit genomen.
4.11.
De AVA van 17 oktober 2024 is opgeroepen door [gedaagde in conv 3] . Niet is komen vast te staan dat [gedaagde in conv 3] inmiddels aandeelhouder is van [gedaagde in conv 1] noch dat [gedaagde in conv 3] danwel [naam 3] rechtsgeldig tot algemeen directeur (als bedoeld in artikel 16 lid 3 van de statuten) is benoemd. Dat [gedaagde in conv 3] (zelfstandig) bevoegd was tot oproeping van de AVA is derhalve niet gebleken, met als gevolg dat ook aan de AVA van 17 oktober 2024 een oproepingsgebrek kleeft. Enig ontslagbesluit op die vergadering genomen, is daarom eveneens nietig.
4.12.
Daargelaten de vraag of de AVA die gehouden zou worden op 4 november 2024 rechtsgeldig is uitgeschreven, hebben [gedaagden in conv] in het kader van onderhavig kort geding niet weersproken dat deze AVA geen doorgang heeft gevonden. Het moet er dan ook voor worden gehouden dat [eiseres in conv] op dat moment niet is gehoord over haar mogelijke ontslag als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] en dat overigens in het geheel geen ontslagbesluit is genomen. Er is ook niet gebleken van notulen van deze AvA.
4.13.
De op 27 november 2024 geplande AVA had ten tijde van de zitting in dit kort geding nog niet plaatsgevonden, zodat (de eventuele nietigheid van) tijdens die AVA genomen besluiten niet ter toetsing aan de voorzieningenrechter voorligt.
conclusie
4.14.
Bij deze stand van zaken moet, vooralsnog oordelend, worden geconcludeerd dat [eiseres in conv] tot op heden nimmer rechtsgeldig is ontslagen als statutair bestuurder van [gedaagde in conv 1] . Nu daar door [gedaagden in conv] wel naar is gehandeld, heeft [eiseres in conv] recht en belang bij herstel van deze situatie. De vorderingen strekkende tot het verlenen van toegang tot alle systemen van [gedaagde in conv 1] , het aan derden kenbaar maken dat [eiseres in conv] nog altijd medebestuurder van [gedaagde in conv 1] is, het afleggen van rekening en verantwoording vanaf
1 juli 2024 alsmede het meewerken aan het opnieuw inschrijven van [eiseres in conv] als medebestuurder van [gedaagde in conv 1] , zullen daarom worden toegewezen.
4.15.
De gevorderde dwangsommen over deze veroordelingen zal op de voet van artikel 611a Rv worden toegewezen als na te melden.
proceskosten
4.16.
[gedaagden in conv] zijn in het ongelijk gesteld in conventie en moeten daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [eiseres in conv] worden begroot op:
- griffierecht
688,00
- salaris advocaat
1.107,00
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.973,00
4.17.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.
in reconventie
4.18.
In reconventie hebben [gedaagden in conv] in de eerste plaats veroordeling van [eiseres in conv] gevorderd tot onmiddellijke opheffing van de blokkade die nu rust op de Google Workspace accounts van [naam 3] en [gedaagde in conv 2] . Hoewel in conventie is geoordeeld dat [eiseres in conv] nog altijd deel uitmaakt van het bestuur van [gedaagde in conv 1] , is door haar geen grond aangevoerd op basis waarvan zij gerechtigd was het account van [gedaagde in conv 2] als medebestuurder van [gedaagde in conv 1] te blokkeren. [eiseres in conv] zal daarom worden veroordeeld om die blokkade ongedaan te maken.
4.19.
In conventie is echter tevens geoordeeld dat niet duidelijk is welke positie [naam 3] op dit moment binnen [gedaagde in conv 1] vertegenwoordigd. Nu in het kader van dit kort geding niet kan worden vastgesteld dat [naam 3] , dan wel zijn onderneming [gedaagde in conv 3] , rechtsgeldig als bestuurder of directeur van [gedaagde in conv 1] kan worden aangemerkt, bestaat geen grond om [naam 3] toegang tot de digitale werkomgeving van [gedaagde in conv 1] te verstrekken. Dat gedeelte van de ingestelde vordering zal daarom worden afgewezen.
4.20.
Ervan uitgaande dat [eiseres in conv] nog altijd medebestuurder van [gedaagde in conv 1] is, bestaat op dit moment geen aanleiding om het hoofdbeheer van het Google Workspace domein van [gedaagde in conv 1] over te dragen aan [gedaagde in conv 2] . Waarom dat in deze situatie noodzakelijk zou zijn, is niet aannemelijk gemaakt, met als gevolg dat ook die vordering zal worden afgewezen.
4.21.
Nu partijen in reconventie over en weer zowel in het gelijk als in het ongelijk zijn gesteld, zullen de proceskosten in reconventie worden gecompenseerd als na te melden.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter,
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagden in conv] hoofdelijk om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis:
[eiseres in conv] actief toegang te verlenen tot alle systemen van [gedaagde in conv 1] , door zo nodig het toezenden van de juiste inloggegevens van die systemen en die toegang niet te blokkeren of onbereikbaar te maken op welke wijze dan ook, zulks voor de duur dat het bestuurderschap van [eiseres in conv] voortduurt;
op eerste verzoek van [eiseres in conv] aan de accountant en door nog aan te wijzen leveranciers kenbaar te maken dat [eiseres in conv] nog steeds medebestuurder is en dat zij mogen en dienen te communiceren met [eiseres in conv] in haar hoedanigheid van medebestuurder terzake van [gedaagde in conv 1] ;
rekening en verantwoording af te leggen over alle verplichtingen die zijn aangegaan namens [gedaagde in conv 1] vanaf 1 juli 2024, waaronder een volledig overzicht van de afgesloten contracten en geldtransacties;
volledige medewerking te verlenen aan het opnieuw inschrijven van [eiseres in conv] als medebestuurder met gezamenlijk bevoegdheid van [gedaagde in conv 1] en het uitschrijven van [gedaagde in conv 3] als medebestuurder van [gedaagde in conv 1] in het handelsregister,
5.2.
veroordeelt [gedaagden in conv] om aan [eiseres in conv] een dwangsom te betalen van € 2.500,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de veroordelingen onder 5.1. voldoen, tot een maximum van € 100.000,00 is bereikt,
5.3.
veroordeelt [gedaagden in conv] in de proceskosten van € 1.973,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als [gedaagden in conv] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.4.
veroordeelt [gedaagden in conv] tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
in reconventie
5.5.
veroordeelt [eiseres in conv] zorg te dragen voor de onmiddellijke opheffing van de blokkade die nu rust op het account [e-mailadres 3] ;
5.6.
veroordeelt [eiseres in conv] om aan [gedaagden in conv] een dwangsom te betalen van
€ 2.500,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de veroordeling onder 5.5. voldoet, tot een maximum van€ 50.000,00 is bereikt,
5.7.
compenseert de proceskosten in reconventie in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt,
in conventie en in reconventie
5.8.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.W. de Groot en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. E.H.J. Krijnen op 12 december 2024.