ECLI:NL:RBGEL:2024:8228
Rechtbank Gelderland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over beëindiging arbeidsovereenkomst en toewijzing van vergoedingen
In deze zaak heeft de kantonrechter op 25 november 2024 een beschikking gegeven in een arbeidsrechtelijke kwestie tussen een werknemer en Stichting Waalhalla. De werknemer had in een eerdere tussenbeschikking van 24 september 2024 de opdracht gekregen om te bewijzen dat er een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd was ontstaan. Echter, de werknemer heeft aangegeven af te zien van bewijslevering, wat leidt tot de conclusie dat de arbeidsovereenkomst per 31 mei 2024 is geëindigd. De kantonrechter heeft vervolgens de subsidiaire verzoeken van de werknemer beoordeeld, waaronder een transitievergoeding van € 2.097,14 en een aanzegvergoeding van € 1.854,26, die beide door de werkgever niet zijn betwist en terecht zijn geacht. Deze verzoeken zijn toegewezen.
Daarnaast heeft de werkgever een tegenverzoek ingediend tot terugbetaling van vermeend teveel betaald loon, maar dit verzoek is afgewezen. De kantonrechter heeft ook de proceskosten in de zaak beoordeeld. De werknemer had verzocht om de werkgever te veroordelen in de proceskosten, maar gezien de primaire stellingname van de werknemer, die niet is toegewezen, heeft de kantonrechter de proceskosten gecompenseerd. De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de werkgever de transitievergoeding en aanzegvergoeding moet betalen, evenals de proceskosten, terwijl het tegenverzoek van de werkgever is afgewezen.