ECLI:NL:RBGEL:2024:8062

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
13 augustus 2024
Publicatiedatum
19 november 2024
Zaaknummer
C/05/439828 / JE RK 24-856
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Tussenbeschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, op 13 augustus 2024 een tussenbeschikking uitgesproken in het kader van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige. De kinderrechter heeft vastgesteld dat, door organisatorische redenen, het niet mogelijk was om voor het verstrijken van de huidige ondertoezichtstelling en machtiging een mondelinge behandeling te plannen. Gezien de urgentie van de situatie, waarbij de ondertoezichtstelling en machtiging op korte termijn zouden aflopen, heeft de kinderrechter besloten om deze ambtshalve te verlengen voor een periode van twee weken. Dit biedt de mogelijkheid om de bestaande situatie voor de minderjarige voort te zetten terwijl het resterende deel van het verzoek wordt aangehouden voor verdere behandeling tijdens een geplande mondelinge behandeling op 23 augustus 2024.

De kinderrechter heeft ook bepaald dat de beslissing uitvoerbaar bij voorraad is, wat betekent dat de maatregelen onmiddellijk van kracht zijn, ongeacht een eventueel hoger beroep. De kinderrechter heeft de ouders, de gecertificeerde instelling (GI) en de pleegouders opgeroepen om te verschijnen tijdens de mondelinge behandeling, waar zij verder gehoord zullen worden over het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige verlengd tot 28 augustus 2024, zodat de ontwikkeling van de minderjarige gewaarborgd blijft.

Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, F. Dijkstra, en biedt de mogelijkheid voor hoger beroep binnen de gestelde termijn van drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Arnhem
Zaaknummer: C/05/439828 / JE RK 24-856
Datum uitspraak: 13 augustus 2024
Beschikking van de kinderrechter over een verlenging ondertoezichtstelling en verlenging machtiging tot uithuisplaatsing
in de zaak van
de gecertificeerde instelling
William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, gevestigd te Amsterdam Zuidoost,
hierna te noemen de GI,
over
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2016 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen [minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[moeder],
hierna te noemen de moeder,
wonende in [woonplaats] ,
[vader],
hierna te noemen de vader,
wonende in [woonplaats] ,
[pleegouder],
hierna te noemen de pleegouder,
wonende in [woonplaats] .

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, ontvangen op 8 augustus 2024.

2.De feiten

2.1.
De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag over [minderjarige] .
2.2.
[minderjarige] verblijft in een pleeggezin.
2.3.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 10 augustus 2023 de ondertoezichtstelling van [minderjarige] verlengd tot 14 augustus 2024.
2.4.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 10 augustus 2023 de machtiging verlengd [minderjarige] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een voorziening voor pleegzorg tot 14 augustus 2024.

3.Het verzoek

3.1.
De GI heeft op 8 augustus 2024 verzocht de ondertoezichtstelling van [minderjarige] te verlengen voor de duur van een jaar. Ook heeft de GI een verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige] in een voorziening voor pleegzorg voor de duur van de ondertoezichtstelling. De GI heeft verzocht de beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.

4.De beoordeling

4.1.
De kinderrechter stelt vast dat door redenen van organisatorische aard het niet mogelijk is gebleken om voor afloop van de huidige ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing een mondelinge behandeling te plannen.
4.2.
Nu de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing op zeer korte termijn expireert, ziet de kinderrechter zich genoodzaakt om de bestaande situatie ten aanzien van [minderjarige] voor een korte periode te laten voortduren en de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing ambtshalve te verlengen voor de duur van twee weken. Het resterende deel van het verzoek zal worden aangehouden en nader worden behandeld tijdens de mondelinge behandeling van 23 augustus 2024 te 15:15 uur.
4.3.
De kinderrechter zal deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaren, omdat het voor de ontwikkeling van de minderjarig noodzakelijk is dat de beslissing ondanks een eventueel hoger beroep meteen uitgevoerd kan worden.

5.De beslissing

De kinderrechter:
5.1.
verlengt de ondertoezichtstelling van:
-
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2016 in [geboorteplaats]
tot 28 augustus 2024;
5.2.
verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige] in een voorziening voor pleegzorg tot 28 augustus 2024;
5.3.
houdt de behandeling van het verzoek voor het overige aan en roept de GI, de vader, de moeder en de pleegouders op te verschijnen tijdens de mondelinge behandeling van de
rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, in het gerechtsgebouw aan Walburgstraat 2 - 4 te Arnhem, op
23 augustus 2024te
15:15uur, teneinde nader op het verzoek te worden gehoord;
5.4.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.J.C. Cremers, kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken op 13 augustus 2024, in aanwezigheid van F. Dijkstra als griffier.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
  • door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden.