ECLI:NL:RBGEL:2024:6798
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanmaningskosten parkeerbelasting niet-ontvankelijk verklaard
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank Gelderland het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de invorderingsambtenaar van 8 maart 2023. De invorderingsambtenaar had aan [bedrijf] een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd. Na het uitblijven van betaling heeft de invorderingsambtenaar op 13 december 2022 een aanmaning gestuurd, waarbij € 8 aanmaningskosten in rekening zijn gebracht. Het bezwaar van belanghebbende werd door de invorderingsambtenaar ongegrond verklaard, wat leidde tot het beroep bij de rechtbank.
De rechtbank heeft op 12 september 2024 de zaak behandeld. Belanghebbende was vertegenwoordigd door [persoon A], terwijl de invorderingsambtenaar werd vertegenwoordigd door [persoon B] en [persoon C]. De rechtbank oordeelt dat de ontvankelijkheid van het beroep van openbare orde is en dat alleen de belanghebbende aan wie de belastingaanslag is opgelegd, beroep kan instellen. In dit geval is de naheffingsaanslag opgelegd aan [bedrijf] en zijn de aanmaningskosten ook aan haar in rekening gebracht. De rechtbank concludeert dat belanghebbende niet beroepsgerechtigd is, omdat niet is aangetoond dat zij namens [bedrijf] heeft gehandeld of dat de kosten op haar verhaald zouden worden.
Daarom verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk, zonder inhoudelijke beoordeling van de beroepsgronden. De uitspraak is gedaan door mr. J.A.L. Heldens, rechter, in aanwezigheid van mr. T.J.P. Wientjens, griffier. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om hoger beroep in te stellen binnen zes weken na verzending van de uitspraak.