Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding;
- de akte overlegging producties;
- het tegen gedaagden verleende verstek.
2.De beoordeling
1.929,00(1,0 punt × tarief € 1.929,00)
1.929,00(1,0 punt × tarief € 1.929,00)
Rechtbank Gelderland
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Gelderland, is op 18 september 2024 een verstekvonnis uitgesproken in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. K.W.A. Wools, en gedaagden die niet verschenen zijn. Eiseres heeft gevorderd dat gedaagden hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 114.000,00, vermeerderd met wettelijke rente, en bijkomende kosten zoals beslagkosten en buitengerechtelijke incassokosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gevorderde wettelijke handelsrente niet toewijsbaar is, omdat de overeenkomst van geldlening niet kwalificeert als een handelsovereenkomst. Echter, de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW is wel toewijsbaar, aangezien deze betrekking heeft op de geldelijke tegenprestatie voor geleverde diensten.
De rechtbank heeft de vorderingen van eiseres in grote lijnen toegewezen, met uitzondering van de wettelijke handelsrente. De beslagkosten zijn begroot op € 3.330,41 en de proceskosten aan de zijde van eiseres op € 4.371,71. De rechtbank heeft gedaagden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van de gevorderde bedragen, inclusief de wettelijke rente en bijkomende kosten, en heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. G.F. van den Berg.