Primair:
I. voor recht verklaart dat tussen partijen een koopovereenkomst tot stand is gekomen met betrekking tot het perceel landbouwgrond, gelegen te [perceelnr.] , groot 97.880 m² (hierna: het perceel),
II. [gezamenlijke gedaagden] hoofdelijk veroordeelt tot nakoming van de onder I genoemde koopovereenkomst door het perceel aan [gezamenlijke eisers] te leveren tegen ontvangst van de in de koopovereenkomst bepaalde koopprijs en [gezamenlijke eisers] toe te laten de benodigde onderzoeken te verrichten,
III. bepaalt dat – indien [gezamenlijke gedaagden] niet aan de onder II genoemde veroordeling voldoet – het vonnis op grond van artikel 3:300 lid 2 BW in de plaats treedt van de wilsverklaring van [gezamenlijke gedaagden] voor de medewerking aan het opmaken en passeren van de notariële leveringsakte en de toestemming om het perceel te betreden voor de benodigde onderzoeken,
Subsidiair:
IV. [gezamenlijke gedaagden] hoofdelijk veroordeelt om binnen veertien dagen na het vonnis met [gezamenlijke eisers] de koopovereenkomst te sluiten, zoals deze als productie 12A bij dagvaarding is overgelegd, op straffe van een dwangsom,
Meer subsidiair:
V. voor recht verklaart dat de onderhandelingen tussen partijen in een zodanig stadium zijn geraakt dat het [gezamenlijke gedaagden] niet langer vrij stond de onderhandelingen af te breken en [gezamenlijke gedaagden] hoofdelijk te veroordelen om met [gezamenlijke eisers] door te onderhandelen over de koopovereenkomst tot aankoop van het perceel, waarbij de door partijen op 25 november 2021 gemaakte afspraken (zoals woordelijk opgenomen in productie 9 bij dagvaarding) reeds vaststaan, op straffe van een dwangsom,
Meest subsidiair:
VI. voor recht verklaart dat de onderhandelingen tussen partijen in een zodanig stadium zijn geraakt dat het [gezamenlijke gedaagden] niet langer vrij stond de onderhandelingen af te breken, althans niet zonder (schade)vergoeding, met veroordeling van [gezamenlijke gedaagden] tot vergoeding van de door [gezamenlijke eisers] geleden en nog te lijden schade, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, te vermeerderen met de wettelijke rente,
Zowel primair, subsidiair, meer subsidiair en meest subsidiair:
VII. [gezamenlijke gedaagden] hoofdelijk veroordeelt in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.