Uitspraak
GEMEENTE WEST MAAS EN WAAL,
1.De procedure
- de producties 22 en 23 aan de zijde van Jasmin;
- de productie 1 tot en met 5 aan de zijde van de Gemeente.
2.De feiten
- Partijen komen overeen dat verhuurder met het oog op het realiseren van het hiervoor genoemde doel twee panden koopt, te weten [adres 2] en [adres 3] en voor eigen rekening en risico verbouwt zodanig dat zij onderdak kunnen bieden aan 85 personen;
- ten behoeve van de verbouw van de aan te kopen panden spant de gemeente zich in de vergunningverlening zo spoedig mogelijk te laten verlopen;
- Ten behoeve van de verbouw kan huurder aan verhuurder een geldlening beschikbaar stellen, waarover partijen als dan een aparte nadere geldleningsovereenkomst aan kunnen gaan, een en ander onder de voorwaarde van goedkeuring door de raad;(…)
(…)
om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis, alle (rechts)handelingen te verrichten die nodig zijn om te komen tot nakoming van de huurovereenkomst (waarvan de tekst dateert van 21 augustus 2023), voor zover het de opvanglocatie aan de [adres 3] te Maasbommel betreft.”
“(…)
- € 177.388,20 (29 november 2023)
- € 177.388,20 (21 december 2023)
- € 50.000,- (12 januari 2024)
- € 165.943,80 (20 januari 2024)
- € 23.606,- (1 februari 2024)
- € 180.944,10 (15 maart 2024).
3.Het geschil
4.De beoordeling
22 december 2023 is geen hoger beroep ingesteld, zodat dit vonnis gezag van gewijsde heeft. In dat vonnis is geoordeeld dat tussen partijen een huurovereenkomst is gesloten op basis van de tekst van 21 augustus 2023. Ingevolge artikel 236 lid 1 Rv hebben beslissingen die de rechtsbetrekking in geschil betreffen en zijn vervat in een in kracht van gewijsde gegaan vonnis in een ander geding tussen dezelfde partijen bindende kracht. Dat betekent dat ook in de onderhavige procedure de huurovereenkomst (tekst 21 augustus 2023) tot uitgangspunt moet worden genomen.
€ 56,08 (= € 76,30 x 0,735) per persoon per dag bedraagt. Ook het door Jasmin berekende tarief van € 56,60 per persoon per dag is onjuist.
1 januari 2024 was verlaagd. Voorts omdat de Gemeente over januari en februari 2024 ook nog overeenkomstig het tarief van 2023 heeft betaald. Jasmin stelt dat zij er geen rekening mee heeft hoeven houden dat de huur reeds met ingang van 1 januari 2024 zou worden verlaagd. De Gemeente heeft hiertegen verweer gevoerd.
€ 45.398,50
Altforst: 75 personen x 31 dagen x € 76,30 = € 177.397,50
Wamel (met ingang van 1 februari 2024): 50 personen x 60 dagen x € 56,08 = € 168.240,00;
- Jasmin niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar algemene geformuleerde vordering tot veroordeling van de Gemeente tot nakoming van de huurovereenkomst voor zover die ziet op het pand in Maasbommel (vordering onder I);
- de Gemeente wordt veroordeeld tot nakoming van de huurovereenkomst voor zover die ziet op het pand in Wamel (vordering onder I);
- de vordering om de Gemeente te veroordelen tot het daadwerkelijk onderbrengen van Oekraïners in de gehuurde panden te Maasbommel en Wamel wordt afgewezen (vordering onder I);
- de vordering tot het opleggen van een dwangsom over het onder I gevorderde wordt afgewezen;
- de Gemeente wordt veroordeeld tot betaling van de cumulatieve huur van € 56,08 per persoon per dag vanaf 1 april 2024, hetgeen neerkomt op € 272.922,67 per maand en tot betaling van het bedrag van € 177.126,50 aan huurachterstand tot en met maart 2024, vermeerderd met de gevorderde wettelijke handelsrente vanaf 8 maart 2024.
- kosten van de dagvaarding € 135,97
€ 135,00