Uitspraak
1.De procedure
- het (ongedateerde) proces-verbaal van de terechtzitting gehouden op 30 oktober 2023 waarin het mondelinge wrakingsverzoek en de gronden daarvoor zijn vermeld
- de wrakingszitting van 30 oktober 2023 waarbij verzoeker en zijn gemachtigde mr. H. Raza, alsmede de rechters aanwezig waren.
2.De beslissing
3.De beoordeling
Bij de beantwoording van die vraag moet uitgangspunt zijn dat het gesloten stelsel van rechtsmiddelen zich evenzeer ertegen verzet dat die motivering grond kan vormen voor wraking, ook indien het gaat om een door de wrakingskamer onjuist, onbegrijpelijk, gebrekkig of te summier geachte motivering of om het ontbreken van een motivering. Dit is,en dat is de kern voor onderhavig wrakingsverzoek
, uitsluitend anders indien de motivering van de (tussen)beslissing in het licht van alle omstandigheden van het geval en naar objectieve maatstaven gemeten - bijvoorbeeld door de in de motivering gebezigde bewoordingen - niet anders kan worden verstaan dan als blijk van vooringenomenheid van de rechter die haar heeft gegeven. [1] Die hoge lat wordt hier niet gehaald. De wrakingskamer kan zich op basis van de weergave in het proces-verbaal van de terechtzitting voorstellen dat bij verzoeker het idee bestaat dat de rechters een idee hebben over de toerekeningsvatbaar-heid en detentiegeschiktheid van verzoeker. Dat is een manier om naar de motivering te kijken. Maar dat is niet enige manier. Een andere uitleg kan zijn dat de rechters gewoon een toelichting hebben gegeven op de door hen genomen regiebeslissing op het aanhoudingsverzoek aan de hand van de brief van 27 oktober 2023 van de klinisch psycholoog/psychotherapeut. De rechters hebben op basis van die brief, zo staat in het proces-verbaal van de terechtzitting, onvoldoende aanleiding gezien om de zaak aan te houden om nader onderzoek te (laten) doen. Dat op zichzelf is geen oordeel over de toerekeningsvatbaarheid en detentiegeschikt van verzoeker, op welke punten de verdediging nog verweer zal kunnen voeren. Hiermee is de gegeven motivering dus niet alleen als vooringenomenheid te lezen. Daarom is de hoge lat niet gehaald en wordt het verzoek afgewezen.