ECLI:NL:RBGEL:2023:649

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
16 januari 2023
Publicatiedatum
10 februari 2023
Zaaknummer
22-4507 verzet
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen ongegrond verklaard beroep inzake stikstofuitstoot en vergunningverlening

In deze zaak heeft opposante verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarin haar beroep tegen de beslissing op bezwaar van het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Gelderland ongegrond werd verklaard. De rechtbank had op 7 oktober 2022 geoordeeld dat er geen reden was om het beroep te honoreren, en opposante heeft hiertegen verzet ingesteld. De zitting voor het verzet vond plaats op 10 januari 2023, waarbij opposante niet aanwezig was. Het college van Gedeputeerde Staten werd vertegenwoordigd door N. Boeve.

De rechtbank heeft in deze verzetzaak enkel beoordeeld of de eerdere uitspraak zonder zitting terecht was gedaan. Volgens artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht kan de rechtbank zonder zitting uitspraak doen als het eindoordeel buiten redelijke twijfel staat. De rechtbank concludeerde dat de argumenten van opposante, die betrekking hadden op de stikstofuitstoot door werkzaamheden aan haar flat, niet relevant waren voor de beoordeling van het verzet. De rechtbank oordeelde dat opposante geen nieuwe redenen had aangedragen die de eerdere uitspraak konden ondermijnen.

Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzet ongegrond verklaard, waardoor de eerdere uitspraak in stand blijft. De beslissing werd genomen door mr. A.L.M. Steinebach-de Wit, rechter, en de griffier A. de Wijse-Hageman was aanwezig. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Zittingsplaats Zutphen
Bestuursrecht
zaaknummer: ARN 22/4507 V

uitspraak van de enkelvoudige kamer van

op het verzet van

[opposante], te [woonplaats], opposante.

Procesverloop

Opposante heeft tegen de beslissing op bezwaar van het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Gelderland van 24 augustus 2022 (het bestreden besluit) beroep ingesteld.
Bij uitspraak van 7 oktober 2022 heeft de rechtbank dat beroep ongegrond verklaard.
Opposante heeft tegen deze uitspraak verzet ingesteld.
De rechtbank heeft het verzet op 10 januari 2023 op zitting behandeld. Opposante is zonder bericht van verhindering niet verschenen. Het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Gelderland heeft zich laten vertegenwoordigen door N. Boeve.

Overwegingen

De rechtbank heeft in de beroepszaak uitspraak gedaan zonder zitting. Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) biedt die mogelijkheid als het eindoordeel buiten redelijke twijfel staat. De rechtbank heeft het beroep kennelijk ongegrond geacht. De reden hiervoor is dat de rechtbank tot de conclusie is gekomen dat in de onderhavige procedure geen plaats is voor een beoordeling van het betoog van opposante dat de uitvoering van de ontheven werkzaamheden een uitstoot van stikstof veroorzaakt omdat hiervoor vergunning is aangevraagd noch verleend. Als blijkt dat vergunninghouder zonder een op basis van hoofdstuk 2 van de Wnb benodigde vergunning handelt kan opposante bij verweerder een verzoek indienen om handhavend op te treden, zo heeft de rechtbank geoordeeld.
In deze verzetzaak beoordeelt de rechtbank uitsluitend of in de buiten-zittinguitspraak terecht is geoordeeld dat buiten redelijke twijfel is dat het beroep ongegrond is. Aan de inhoud van de beroepsgronden komt de rechtbank in deze zaak pas toe als het verzet gegrond is.
De door opposante aangedragen argumenten hebben betrekking op de renovatie van de flat waar zij woont. Zij heeft in haar verzetschrift tegen de uitspraak van de rechtbank evenwel geen redenen aangevoerd waarom haar beroep in de uitspraak van 7 oktober 2022 ten onrechte ongegrond is verklaard. Reeds daarom ziet de rechtbank geen aanleiding anders te oordelen dan in de uitspraak van 7 oktober 2022. Het verzet is ongegrond. Dat betekent dat de buiten-zittinguitspraak in stand blijft.

Beslissing

De rechtbank verklaart het verzet ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.L.M. Steinebach-de Wit, rechter, in aanwezigheid van A. de Wijse-Hageman, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
De griffier is verhinderd de uitspraakte ondertekenen.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.