Op 23 oktober 2023 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Zutphen, een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker tegen mr. C.H.M. Pastoors, de rechter die betrokken was bij een onderliggende strafzaak. Het verzoeker stelde dat de rechter partijdig was omdat het openbaar ministerie stelselmatig stukken van de strafzaak achterhield, waardoor hij geen eerlijk proces zou krijgen. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 oktober 2023 was verzoeker aanwezig, maar de rechter en de officier van justitie waren afwezig.
De wrakingskamer oordeelde dat een rechter alleen gewraakt kan worden als er concrete omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken. De wrakingskamer concludeerde dat de gronden van verzoeker niet gericht waren tegen de rechter die de zaak behandelde, maar tegen de dossiervorming in de strafzaak. Hierdoor was er geen sprake van objectief gerechtvaardigde schijn van partijdigheid. De wrakingskamer benadrukte dat verzoeker niet had aangetoond dat de rechterlijke onpartijdigheid in gevaar was.
Daarnaast werd opgemerkt dat verzoeker zijn onvrede over de bejegening door de rechter niet via de wrakingsprocedure kan aankaarten, maar dat hij hiervoor een klacht kan indienen bij het gerechtsbestuur. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking afgewezen, en tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.