Uitspraak
23 januari 2023.
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
of omstreeks29 juni 2021 te Apeldoorn, in een woning gelegen aan de [adres] , alwaar hij, verdachte, zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, meerdere kettingen, meerdere ringen, meerdere horloges, meerdere armbandjes en
/ofeen geldbedrag (in totaal ongeveer € 275,-)
, in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan [aangever 1]
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n
)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft
en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebrachtdoor middel van braak
, verbrekingen
/ofinklimming;
of omstreeksde periode van 29 juni 2021 tot en met 30 juni 2021 te Apeldoorn, in een woning gelegen aan de [adres] , alwaar hij, verdachte, zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, een kluis
(met inhoud
), in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan [aangever 2]
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en
/ofdat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
, verbrekingen/of inklimming;
of omstreeksde periode van 16 juni 2021 tot en met 24 juni 2021 te Apeldoorn, in een woning gelegen aan de [adres] , alwaar hij, verdachte, zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, een geldbedrag (in totaal ongeveer € 3.000,-), meerdere kettingen, meerdere gouden spelden, meerdere oorbellen, een armband, meerdere ringen, meerdere horloges en
/ofmeerdere cadeaubonnen,
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde partij]
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n
)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft
en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebrachtdoor middel van braak
, verbrekingen
/ofinklimming;
of omstreeks4 juni 2021 te Apeldoorn, in een woning gelegen aan de [adres] , alwaar hij, verdachte, zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, een sieradenkistje
(met daarin meerdere ringen, meerdere broches, meerdere kettingen, meerdere armbanden, een dasspeld, en
/ofeen kussensloop
, in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan [aangever 3]
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n
)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft
en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebrachtdoor middel van braak
, verbrekingen
/ofinklimming.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
een gevangenisstraf voor de duur van 10 maanden;
bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de
proeftijd van drie jarenschuldig heeft maakt aan een strafbaar feit;
een taakstraf van 240 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 dagen;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 3 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde partij] van € 37.975,- aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 juni 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nihil;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde partij] , een bedrag te betalen van € 37.975,- aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 juni 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 224 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd.
mr. Y. Yeniay-Cenik, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. Hessel, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 6 februari 2023.