Op 16 oktober 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster een voorlopige voorziening heeft aangevraagd tegen een besluit van de burgemeester van de gemeente Doetinchem. Dit besluit, genomen op 11 mei 2023, hield in dat er een last onder bestuursdwang werd opgelegd tot sluiting van de woning van verzoekster, gelegen aan [locatie] in [woonplaats]. De burgemeester had dit besluit genomen naar aanleiding van een politieonderzoek dat had geleid tot de ontdekking van criminele activiteiten in de woning, waaronder de productie en handel in synthetische drugs. Verzoekster, die samen met haar minderjarige kind in de woning woont, heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft op 16 oktober 2023 het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen. De rechter oordeelde dat de burgemeester onvoldoende had gemotiveerd waarom de situatie van verzoekster anders zou zijn dan die van haar broer, die ook betrokken was bij criminele activiteiten maar aanvankelijk een lichtere maatregel had gekregen. De voorzieningenrechter concludeerde dat het beroep van verzoekster op het gelijkheidsbeginsel een redelijke kans van slagen had en schorste het bestreden besluit tot zes weken na de beslissing op het beroep. Tevens werd de burgemeester veroordeeld tot betaling van proceskosten aan verzoekster.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering door bestuursorganen bij het opleggen van sancties en de noodzaak om gelijke gevallen gelijk te behandelen. De voorzieningenrechter heeft de burgemeester opgedragen het griffierecht van € 184,- aan verzoekster te vergoeden, evenals de proceskosten van in totaal € 1.674,-.