Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
de rechtbank begrijpt: [getuige 3]) heeft verklaard dat hij op het feestje bij [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] aanwezig was. Toen [getuige 3] met verdachte in de schuur stond haalde verdachte ineens een mes uit zijn broek en liet dit zien aan [getuige 3] . Het metaalkleurige mes was ongeveer 10 cm lang, had ribbeltjes en een zwart handvat. Verdachte zei dat hij al meerdere keren mensen had neergestoken. Verdachte stopte het mes weer terug in zijn broek. Nadat verdachte een klap had gekregen van een feestganger werd verdachte helemaal gek. Meerdere mensen probeerden verdachte rustig te houden. Het escaleerde op straat. [getuige 3] zag dat verdachte zijn rechterhand in zijn broek had zitten op de plek waar verdachte eerder het mes vandaan had gehaald. Verdachte gaf [slachtoffer 2] een vuistslag in het gezicht. [slachtoffer 1] duwde verdachte weg. Enkele seconden later lagen verdachte, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] op de grond. [4]
de rechtbank begrijpt: van [buurtgenoot] , wonende aan het [adres 4]) zijn uitgekeken. Op de beelden is een groep mensen te zien. Een persoon kreeg een flinke trap van iemand, waarna deze zelfde persoon flink uithaalde met zijn rechterarm en een andere persoon op de grond sloeg. Meerdere mensen bemoeiden zich ermee en probeerden de mishandelende man tegen te houden. Op de camerabeelden werd er door meerdere mensen hard geschreeuwd. Een vrouw riep ‘waar ben je mee bezig jongen?’ en iemand anders ‘ophouden nou he’. [7]
6.De bewezenverklaring
of omstreeks9 april 2022 te Nijmegen aan [slachtoffer 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten snij-
en/of steekverwondingen in hoofd en
/ofgezicht en
/ofoor, heeft toegebracht door voornoemde [slachtoffer 1]
één of meermalenmet een mes in het gezicht en
/ofhet hoofd
te steken en/ofte snijden;
of omstreeks9 april 2022 te Nijmegen aan [slachtoffer 2] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten snij-
en/of steekverwondingen in het gezicht heeft toegebracht door voornoemde [slachtoffer 2]
één ofmeermalen met een mes in het gezicht
te steken en/ofte snijden.
of omstreeks29 oktober 2022 te Nijmegen [slachtoffer 3] heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer 3] (onverhoeds) krachtig met de vuist
in/tegen het gezicht te slaan
en/of te stompen.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
7.De strafbaarheid van de feiten
8.De strafbaarheid van de verdachte
9.De overwegingen ten aanzien van straf
8.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 05-145774-22)
9.De beoordeling van de civiele vorderingen
- Jas: € 379,50,-
- Eigen risico: € 385,-
- Opgenomen vrije dagen: € 519,80,-
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11.De beslissing
gevangenisstraf van 24 maanden;
- bepaalt dat een gedeelte van deze gevangenisstraf, te weten
- stelt als algemene voorwaarde dat verdachte zich niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat:
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht zijn daaronder begrepen.
25 dagen;
31 dagen;
- veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 3] van € 565,- aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 oktober 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 3] , een bedrag te betalen van € 565,- aan immateriële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 oktober 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 11 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd.