ECLI:NL:RBGEL:2023:3738

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
30 juni 2023
Publicatiedatum
4 juli 2023
Zaaknummer
C/05/419767 / KG ZA 23-170
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Executiegeschil in kort geding met verzoek tot schorsing tenuitvoerlegging en ontruiming

In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van een kort geding, is er een geschil ontstaan over de executie van een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De voorzieningenrechter heeft op 30 juni 2023 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tegen een eerder verstekvonnis van 1 mei 2023. De eiser in verzet, [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet], heeft verzet aangetekend tegen de ontruiming van een woning die eigendom is van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1], die in staat van faillissement verkeert. De curator, die optreedt in het faillissement, heeft de woning verkocht aan kopers X, maar de ontruiming is door de rechtbank geschorst in afwachting van de uitkomst van de hoger beroep procedure. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de curator bevoegd was om de koopovereenkomst aan te gaan en dat de ontruiming niet onrechtmatig is, ondanks de gezondheidsproblemen van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2]. De rechtbank heeft de vorderingen van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] afgewezen en de curator in zijn vordering tot ontruiming toegewezen, met inachtneming van de geldende procedures en de noodzaak om de koopovereenkomst na te komen. De voorzieningenrechter heeft de curator ontheven van de veroordeling uit het verstekvonnis en de tenuitvoerlegging van de beschikking van 26 april 2023 geschorst, hangende het cassatieberoep.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Civiel recht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer: C/05/419767 / KG ZA 23-170
Vonnis in verzet in kort geding van 30 juni 2023
in de zaak van

1.[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1],

2.
[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2],
wonende te [woonplaats],
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
gedaagden in het verzet,
hierna samen te noemen: [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet]
hierna apart te noemen: [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] en [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2]
advocaat mr. M.M. van der Marel te Eindhoven,
tegen
[curator],
in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1],
te [plaats],
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
eiser in het verzet,
hierna te noemen: de curator
advocaat mr. J.J.P.T. van Summeren te Arnhem.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure waartegen verzet is ingesteld (zaaknummer C/05/417858/ KZ ZA 23-15) blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties 1 tot en met 8
  • de brief van 26 april 2023 van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] met productie 9
  • het e-mailbericht van 26 april 2023 van de curator met bijgevoegd de beschikking van deze rechtbank van 26 april 2023 met zaak-/en rolnummer C/05/415821/ HA RK 23-25
  • de mondelinge behandeling, gehouden op 28 april 2023
  • de tijdens de mondelinge behandeling voorgedragen en overgelegde verklaring van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2]
  • het verstekvonnis in kort geding van 1 mei 2023.
1.2.
Het verloop van deze procedure blijkt uit:
  • de verzetdagvaarding van 30 mei 2023 met de producties 1 tot en met 20
  • de wijziging van eis met producties 9 tot en met 11 aan de zijde van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet]
  • de mondelinge behandeling van 19 juni 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt
  • de pleitnota van de curator
  • de tijdens de mondelinge behandeling door [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] voorgedragen en overgelegde verklaring van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2].
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
De voorzieningenrechter herhaalt deels de feiten uit het verstekvonnis en past, dan wel vult, deze zo nodig aan.
2.2.
[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] is eigenaar van de woning aan [adres] (hierna: de woning). [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] en [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] bewonen de woning.
2.3.
[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] is op 27 november 2012 in staat van faillissement verklaard, met aanstelling van de curator als curator. De woning behoort tot de failliete boedel.
2.4.
[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] heeft zich in eerdere gerechtelijke procedures beroepen op het bestaan van een met [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] (al dan niet samen met hun twee kinderen) gesloten gebruiksovereenkomst van 28 juli 2009, op grond waarvan zij gerechtigd is de woning de rest van haar leven te gebruiken, althans dat sprake is van een huurovereenkomst.
2.5.
Bij arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 6 april 2021 (hierna: het arrest) is onder meer voor recht verklaard dat de gebruiksovereenkomst van 28 juli 2009 nietig is en dat [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2], samengevat weergegeven, op straffe van verbeurte van een dwangsom mee moet werken aan de verkoop van de woning en dat zij de woning moet ontruimen en verlaten binnen twee dagen nadat de curator de koopovereenkomst met betrekking tot de woning aan haar heeft betekend.
2.6.
Tegen het arrest staat geen rechtsmiddel meer open, zodat dit arrest in kracht van gewijsde is gegaan.
2.7.
De curator is met toestemming van de rechter-commissaris in het faillissement op 8 oktober 2022 een openbare verkoopprocedure gestart voor de verkoop van de woning. De woning is op 2 november 2022 gegund aan de dochter van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] voor een bedrag van € 1.875.000,-. De curator heeft de gunning niet gestand gedaan omdat de dochter van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] de waarborgsom niet tijdig had betaald.
2.8.
Op 30 januari 2023 heeft de rechter-commissaris in het faillissement van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] de curator toestemming gegeven de woning te verkopen voor € 1.250.000,00 zonder voorbehoud van financiering, in verband met een door de curator (via de makelaar) ontvangen bod ter hoogte van genoemd bedrag.
2.9.
Op 12 februari 2023 heeft [betrokkene] per e-mailbericht aan de curator een onvoorwaardelijk bod op de woning uitgebracht van € 1.225.000,00 waarbij is aangegeven dat de woning na levering bewoond mag blijven door [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet]
2.10.
Op 15 februari 2023 heeft de curator aan het eind van de ochtend telefonisch aan de advocaat van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] bevestigd dat op dat moment nog geen koopovereenkomst met betrekking tot de woning was getekend.
2.11.
Op 15 februari 2023 eind van de middag/begin van de avond is een koopovereenkomst van de woning getekend met kopers X, houdende een koopsom van € 1.250.000,00.
2.12.
Op 16 februari 2023 heeft de advocaat van de curator aan de advocaat van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] bevestigd dat de koopprijs in de koopovereenkomst is bepaald op € 1.250.000,00.
2.13.
Op 16 februari 2023 heeft [betrokkene] per e-mail aan de curator een verhoogd bod van € 1.275.000,00 uitgebracht.
2.14.
Op 17 februari 2023 heeft [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] op de voet van artikel 69 Fw de rechter-commissaris in het faillissement van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] verzocht de curator te verbieden de woning te verkopen en/of hem te gebieden de gesloten koopovereenkomst te ontbinden, en de curator te gebieden een koopovereenkomst met betrekking tot de woning aan te gaan met [betrokkene].
2.15.
Op 20 februari 2023 heeft de rechter-commissaris in het faillissement van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] het hiervoor vermelde verzoek afgewezen. [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] heeft van deze beslissing van de rechter-commissaris hoger beroep ingesteld op grond van artikel 67 Fw.
2.16.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft de curator vervolgens op 23 februari 2023 gedagvaard in kort geding teneinde (i) de executie van het arrest van het gerechtshof van 6 april 2021 te schorsen, totdat in de procedure tegen de curatoren van Eurocommerce een eindarrest zal zijn gewezen en betekend, (ii) de curator te gebieden de inmiddels door hem gesloten koopovereenkomst te ontbinden en te verbieden medewerking te verlenen aan de levering van de woning, (iii) de curator te gebieden een koopovereenkomst te sluiten met [betrokkene] en (iv.) de curator te veroordelen tot het overleggen van de koopovereenkomst d.d. 15 februari 2023 en de bescheiden die op die verkoop betrekking hebben. Bij vonnis 16 maart 2023 heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank de vorderingen van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] integraal afgewezen. [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld, waarop tot op heden nog niet is beslist.
2.17.
Bij exploot van 10 maart 2023 is het arrest van het gerechtshof van 6 april 2021 aan [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] betekend en is haar bevel gedaan om de woning binnen twee dagen te ontruimen. Bij het exploot zijn pagina’s 1 tot en met 15 (van de 18) van de onder 2.11 vermelde koopovereenkomst gevoegd.
2.18.
De (gedwongen) ontruiming van de woning stond gepland op 4 mei 2023.
2.19.
Bij beschikking van deze rechtbank van 26 april 2023 (met zaak-/rolnummer: C/05/415821 / HA RK 23-25), tussen partijen gewezen ingevolge het door [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] ingestelde hoger beroep ex artikel 67 Fw, in een procedure ex artikel 69 Fw, heeft de rechtbank de beschikking van de rechter-commissaris van 20 februari 2023 vernietigd en is de curator onder 3.2. geboden de op 15 februari 2023 tot stand gekomen koopovereenkomst met kopers X te ontbinden.
2.20.
Op 1 mei 2023 is bij verstekvonnis, waartegen in deze procedure verzet wordt gevoerd, onder andere de tenuitvoerlegging van het arrest geschorst en is het de curator verboden om executiemaatregelen te treffen, voor zover het de levering en ontruiming van de woning op basis van de koopovereenkomst met kopers X betreft.
2.21.
De ontruiming heeft niet plaatsgevonden.
2.22.
Bij de koopovereenkomst zit een bijlage. De bijlage is niet meebetekend aan [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2]. [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft een (concept)versie van de bijlage in het geding gebracht. In dit stuk staat, voor zover in deze zaak van belang, het volgende:

BIJLAGE 1
Artikel 25.
(…)
6. De Koopovereenkomst is aangegaan onder de ontbindende voorwaarde dat het Verkochte op de Overdrachtsdatum niet ontruimd is.(…).
8. Indien een ontbindende voorwaarde in vervulling gaat door de Partij, die daarop een beroep kan doen, dat beroep tijdig doet, is de Koopovereenkomst ontbonden en bestaat er tussen Partijen geen enkel recht op vergoeding van kosten en/of schade.
2.23.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft drie berichten in het geding gebracht van [huisarts], huisarts (hierna: [huisarts]), aan de advocaat van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] In het bericht van 13 maart 2023 staat, voor zover in deze zaak van belang, het volgende:

Hierbij verklaar ik dat het medisch zeer onverantwoord is om patiente[Voorzieningenrechter: [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2]]
uit huis te plaatsen. Er is sprake van een revalidatie traject met complicaties. Zij is hierdoor bedlegerig en zeer beperkt mobiel(…),
In een bericht van 13 maart 2023 zegt [huisarts]:

Hierbij verklaar ik (uiteraard met haar welbevinden) dat het medisch zeer onverantwoord is om patiente uit huis te (ver)plaatsen.
In een brief van 7 april 2023 bericht [huisarts] aan de advocaat van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet]: “
In aanvulling op mijn vorige schrijven is inmiddels bekend dat bij patiente de ziekte(…)
is vastgesteld. Hiervoor volgt zij inmiddels een intensieve behandeling(…).
Uiteraard blijven adviezen uit vorige verklaring onverminderd stand houden. Naast de vele opnames en ziekenhuis bezoeken is een stabiele en hygienische thuissituatie absoluut noodzakelijk.
De berichten bevatten verder een toelichting over (het verloop van) de medische toestand van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2].
2.24.
Kopers X zijn een kort geding procedure gestart tegen de curator waarin zij nakoming van de koopovereenkomst vorderen. De procedure is bij deze rechtbank bekend onder zaaknummer C/05/419271 / KG ZA 23-157. Gezien de samenhang tussen de zaak van de kopers X en deze zaak, wordt in beide zaken tegelijk uitspraak gedaan.

3.Het geschil in verzet

3.1.
de curator vordert -samengevat- dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
- de curator ontheft van de veroordeling zoals tegen hem is uitgesproken bij vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland van 1 mei 2023 in de zaak met nummer C/05/417858 / KG ZA 23-125,

4.Het geschil in conventie

4.1.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] vordert samengevat -, na wijziging van eis, dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. de tenuitvoerlegging van het arrest met onmiddellijke ingang schorst en de curator met onmiddellijke ingang verbiedt om executiemaatregelen te treffen op basis van dit arrest, op straffe van verbeurte van een dwangsom,
II. de curator in persoon dan wel handelend als curator veroordeelt tot het overleggen van de gehele getekende koopovereenkomst (18 pagina’s), inclusief bijlage 1, voor de woning op straffe van verbeurte van een dwangsom,
III. de curator in persoon dan wel handelend als curator veroordeelt in de werkelijke kosten van deze procedure,
4.2.
De curator voert verweer.
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.Het geschil in reconventie

5.1.
De curator vordert samengevat - dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
- de tenuitvoerlegging van de beschikking van de rechtbank Gelderland van 26 april 2023 in de zaak met nummer C/05/415821 / HA RK 23-25 hangende het cassatieberoep tegen die beschikking schorst,
- [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] veroordeelt om de woning uiterlijk binnen twee dagen na dit vonnis te ontruimen, te verlaten en ontruimd te houden met afgifte van alle sleutels ter vrije en algehele beschikking aan de curator op straffe van lijfsdwang voor de duur van veertien dagen per overtreding van de veroordeling met een maximum van één jaar,
- [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] veroordeelt in de kosten van de procedure.
5.2.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] voert verweer.
5.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

6.De beoordeling in conventie

schorsing executie

6.1.
[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] was geen partij bij de zaak die tot het arrest heeft geleid. Het arrest wordt niet jegens hem geëxecuteerd. [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] wordt daarom niet ontvankelijk verklaard voor zover het de vordering onder I betreft.
6.2.
In een executiegeschil waarbij er geen rechtsmiddelen meer openstaan tegen het te executeren arrest kan de voorzieningenrechter de tenuitvoerlegging van een vonnis slechts schorsen, indien hij van oordeel is dat de executant mede gelet op de belangen aan de zijde van de geëxecuteerde die door de executie zullen worden geschaad - geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid tot tenuitvoerlegging over te gaan. Dat zal het geval kunnen zijn indien het te executeren vonnis klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke misslag berust of indien de tenuitvoerlegging op grond van na dit vonnis voorgevallen of aan het licht gekomen feiten klaarblijkelijk aan de zijde van de geëxecuteerde een noodtoestand zal doen ontstaan, waardoor een onverwijlde tenuitvoerlegging niet kan worden aanvaard.
het gevolg van de beschikking van 26 april 2023 op de koopovereenkomst tussen kopers X en de curator
6.3.
In de eerste plaats wordt ingegaan op de gevolgen van de beschikking van 26 april 2023 op de koopovereenkomst tussen kopers X en de curator. De curator heeft met een beroep op de beschikking een ontbindingsverklaring uitgebracht aan kopers X. Als deze verklaring werking heeft, is de koopovereenkomst ontbonden en kan de schorsing van de tenuitvoerlegging van het arrest zoals toegewezen in het verzetvonnis in stand blijven. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft de beschikking echter niet geleid tot ontbinding van de koopovereenkomst. De voorzieningenrechter herhaalt hier wat zij heeft overwogen in het vonnis in C/05/419271 / KG ZA 23-157 met betrekking tot de mogelijkheid om op grond van artikel 69 Fw de curator te verplichten de overeenkomst met een derde te ontbinden:
“4.4. Op grond van artikel 68 lid 1 Fw is de curator belast met het beheer en de vereffening van de failliete boedel. De curator is verder op basis van artikel 101 Fw bevoegd om de goederen van de boedel te verkopen. De goederen worden volgens artikel 176 Fw openbaar of met toestemming van de rechter-commissaris onderhands verkocht. Artikel 72 lid 1 Fw bepaalt dat het ontbreken van de machtiging van de rechter-commissaris, waar die is vereist, geen invloed heeft op de geldigheid van de door de curator verrichte handelingen. Voorgaande artikelen leiden in deze zaak tot de conclusie dat de curator bevoegd was om de koopovereenkomst aan te gaan. Deze bevoegdheid wordt niet aangetast door het al dan niet ontbreken van toestemming van de rechter-commissaris. Overigens is naar het oordeel van de voorzieningenrechter de toestemming van de rechter-commissaris van 30 januari 2023 ook niet komen te vervallen, dat volgt niet uit de beschikking. Maar zelfs als dat wel zo is, wordt de geldigheid van de koopovereenkomst daardoor niet aangetast. Er is dus sprake van een rechtsgeldige koopovereenkomst tussen[Voorzieningenrechter: kopers X]
en de curator.
4.5.
Op grond van artikel 69 Fw kan de gefailleerde tegen elke handeling van de curator bij de rechter-commissaris opkomen, of van deze een bevel uitlokken, dat de curator een bepaalde handeling verricht of een voorgenomen handeling nalaat. Op grond van artikel 67 Fw is hoger beroep bij de rechtbank mogelijk tegen een beschikking van de rechter-commissaris op grond van artikel 69 Fw. Volgens vaste rechtspraak kan een door de curator rechtsgeldig gesloten overeenkomst niet via de weg van artikel 69 Fw ongedaan worden gemaakt (zie HR 9 april 1943, NJ 1943/351; HR 8 mei 1952, NJ 1952/572 en HR 20 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:2076, r.o. 3.4). Dit komt ook overeen met de tekst en ratio van artikel 69 Fw. Artikel 69 Fw geeft immers niet de grondslag om een bevoegdheid te creëren die de curator zelf niet heeft. Artikel 69 Fw geeft de mogelijkheid om het handelen van de curator te sturen. Deze handelingen leiden alleen tot bepaalde rechtsgevolgen indien de handelingen die zonder toepassing van artikel 69 Fw ook als rechtsgevolgen zouden hebben gehad.
4.6.
De rechtbank heeft in de beschikking de curator geboden de koopovereenkomst te ontbinden omdat -kort samengevat- de rechter-commissaris bij het verlenen van haar toestemming op 30 januari 2023 onvoldoende zicht heeft gehad voor het belang van een transparante openbare verkoopprocedure. Aangezien voornoemde grondslag noch een wettelijke noch een contractuele ontbindingsmogelijkheid is in de rechtsverhouding tussen de curator en[Voorzieningenrechter: kopers X]
, komt er geen ontbinding tot stand van de koopovereenkomst enkel op grond van de beschikking en ook niet door de ontbinding van de koopovereenkomst door de curator in de brief van 4 mei 2023 aan[Voorzieningenrechter: kopers X]
.
6.4.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat het beroep van de curator op artikel 25 lid 6 en 8 van de (bijlage van) de koopovereenkomst niet tot ontbinding heeft geleid. De curator is dan ook veroordeeld om de koopovereenkomst na te komen. Het feit dat de curator in de beschikking is veroordeeld om de koopovereenkomst met kopers X te ontbinden, is daarom geen grond voor toewijzing van de vorderingen in deze zaak.
6.5.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft verder betoogd dat de curator bij de procedure van de beschikking bewust de rechter onjuist heeft geïnformeerd over de contractuele ontbindingsmogelijkheden. Volgens de curator was er een misverstand tussen de curator en zijn advocaat over de interpretatie van de ontbindingsmogelijkheden, maar was er geen sprake van opzettelijk misleiden. Volgens [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] hebben de curator en kopers X vervolgens in de procedure C/05/415821 / HA RK 23-25 bewust geprobeerd om de bijlage niet in het geding te brengen zodat de rechter niet kon beoordelen in hoeverre de koopovereenkomst op grond van de contractuele ontbindingsmogelijkheden was, of kon worden, ontbonden. Alleen omdat [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] in bezit was gekomen van de bijlage en deze aan de rechtbank heeft doorgestuurd, is deze bijlage uiteindelijk in het geding gebracht, aldus [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] De vraag of de curator bewust de bijlage van de koopovereenkomst heeft willen achterhouden kan voor de beoordeling van dit geding buiten beschouwing blijven. De curator heeft immers naar aanleiding van de beschikking wel een beroep gedaan op de contractuele ontbindingsmogelijkheden in de bijlage en in C/05/415821 / HA RK 23-25 is met inachtneming van de bijlage geoordeeld dat de ontbindingsverklaring niet tot ontbinding heeft geleid. De stellingen van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] leiden daarom in deze procedure noch in de procedure C/05/415821 / HA RK 23-25 tot een ander oordeel, ook niet als van de juistheid daarvan wordt uitgegaan.
ontruiming onrechtmatig
6.6.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft daarnaast aangevoerd dat de ontruiming onrechtmatig is omdat de bijlage niet aan [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] is betekend. De grondslag van deze vordering is grotendeels komen te vervallen omdat [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] inmiddels in het bezit is van de bijlage. Uit deze bijlage blijkt dat er geen financieringsvoorbehoud is afgesproken. Bovendien volgt uit het arrest niet dat [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] recht heeft op inzage in alle contractuele afspraken tussen de kopers en de curator met betrekking tot de (ver)koop van de woning. In de betekende koopovereenkomst staan de essentialia van de koopovereenkomst en de curator heeft met betekening van de koopovereenkomst, zonder bijlage, voldaan aan het arrest.
noodtoestand
6.7.
Volgens [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] ontstaat er een noodtoestand indien [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] de woning moet ontruimen. [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] is ernstig en ongeneeslijk ziek. Een gedwongen ontruiming onder deze omstandigheden zal een nadelig effect hebben op haar gezondheidssituatie.
6.8.
Bij een noodtoestand zal het moeten gaan om een situatie aan de zijde van de geëxecuteerde waarin tenuitvoerlegging tijdelijk niet aanvaardbaar is. Indien er sprake is van een situatie voor onbepaalde tijd, brengen de gerechtvaardigde belangen van de executant mee dat de geëxecuteerde er uiteindelijk zorg voor draagt dat ontruiming ondanks ziekte toch mogelijk is. Een ernstige ziekte is immers geen grond op basis waarvan een ontruimingsvonnis in het geheel nooit meer uitgevoerd mag worden. Uit het standpunt van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] en de verklaringen van de huisarts maakt de voorzieningenrechter op dat het in geval van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] niet om een tijdelijke situatie gaat. [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] is er alleen bij gebaat als er geheel niet wordt ontruimd. Uit wat eerder in dit vonnis is besproken blijkt echter dat de curator een rechtsgeldige koopovereenkomst heeft gesloten met kopers X en dat de ontbindingsverklaring als gevolg van de beschikking niet tot ontbinding heeft geleid. De ziekte van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] is in die rechtsverhouding geen grondslag om niet na te komen. Een afweging van de belangen maakt daarom dat de curator mag overgaan tot executie van het arrest. Daarbij is mede in overweging genomen dat [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] al lange tijd, in ieder geval definitief sinds 6 april 2021, weet dat de woning verkocht en ontruimd moet worden. Niet is gebleken dat [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] enige maatregel heeft getroffen ter voorbereiding op de ontruiming. Het feit dat [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] op basis van de nog lopende procedures verwacht een kans te hebben om in de woning te mogen blijven wonen, is onvoldoende om van voornoemd standpunt af te wijken. Alle vorderingen van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] om de curator te veroordelen de woning aan [betrokkene] te verkopen zijn tot nu toe afgewezen. Voorgaande in acht genomen, weegt het belang van de curator om de woning te ontruimen zwaarder dan het belang van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] om in de woning te blijven wonen, ondanks de ziekte van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2]. De vordering tot onmiddellijke opschorting van de executie van het arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 6 april 2021 wordt daarom afgewezen.
afgifte van de gehele getekende koopovereenkomst inclusief bijlage 1
6.9.
In het verstekvonnis is onder 4.3 geoordeeld dat [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] niet-ontvankelijk is in haar vordering onder II. De curator heeft in de verzetdagvaarding tevens aangevoerd dat [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] niet-ontvankelijk is omdat zij geen eigenaar is van de woning en noch op enig andere wijze onderbouwt waarom die vordering haar toekomt. [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] heeft hiertegen geen verweer gevoerd. [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] wordt daarom niet-ontvankelijk verklaard in de vordering onder II.
6.10.
[eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] heeft zijn vordering tot volledige afgifte van de gehele getekende koopovereenkomst inclusief bijlage 1 van de woning gestand gehouden. [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] geeft aan dat hij weliswaar in het bezit van de bijlage is, maar dat niet zeker is of dit wel de bijlage is die Kopers X en de curator hebben getekend. De curator heeft bevestigd dat de bijlage die [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] per abuis heeft ontvangen de bijlage is die uiteindelijk is ondertekend. Het enkele wantrouwen van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] jegens de curator is onvoldoende om te twijfelen aan de juistheid van de bevestiging van de curator. Aangezien [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] reeds in het bezit is van de bijlage heeft hij onvoldoende belang bij afgifte van de getekende versie, nog daargelaten of hij wel recht had op afgifte van de bijlage. De vordering wordt daarom afgewezen.
6.11.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de curator worden begroot op:
- griffierecht € 314,00
- salaris advocaat
1.079,00
Totaal € 1.393,00

7.De beoordeling in reconventie

schorsing executie beschikking

7.1.
Uitgangspunt is dat een uitgesproken veroordeling, hangende een hogere voorziening, uitvoerbaar moet zijn en zonder de voorwaarde van zekerheidstelling ten uitvoer kan worden gelegd. Afwijking van dit uitgangspunt kan worden gerechtvaardigd door omstandigheden die meebrengen dat het belang van de veroordeelde bij behoud van de bestaande toestand zolang niet op het door hem ingestelde rechtsmiddel is beslist, of diens belang bij zekerheidstelling, ook gegeven dit uitgangspunt, zwaarder weegt dan het belang van degene die de veroordeling in de ten uitvoer te leggen uitspraak heeft verkregen, bij de uitvoerbaarheid bij voorraad daarvan of bij deze uitvoerbaarheid zonder dat daaraan de voorwaarde van zekerheidstelling wordt verbonden.
7.2.
Zoals reeds overwogen in 6.3 e.v. heeft de ontbindingsverklaring die de curator heeft uitgebracht geen werking gehad en is de koopovereenkomst met kopers X niet ontbonden. In beginsel heeft de curator aan de beschikking voldaan. Omdat de verklaring niet daadwerkelijk tot ontbinding heeft geleid, is de voorzieningenrechter met de curator van oordeel dat er discussie kan ontstaan over de tenuitvoerlegging van de beschikking. Gezien de veroordeling van de curator jegens kopers X om de koopovereenkomst na te komen, weegt het belang van de curator om deze veroordeling na te kunnen komen zwaarder dan het belang van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] om de uitvoering van de beschikking ter discussie te kunnen stellen. De vordering tot schorsing van de tenuitvoerlegging van de beschikking wordt daarom toegewezen.
ontruiming
7.3.
De curator dient de woning te ontruimen om aan de koopovereenkomst te kunnen voldoen. Het arrest biedt al een titel, maar de curator heeft aangevoerd dat hij belang heeft bij de mogelijkheid om de ontruiming te bewerkstelligen zonder dat hij nogmaals de koopovereenkomst hoeft te betekenen. Bovendien is het arrest geen titel ten aanzien van [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1]. Aangezien de koopovereenkomst al is betekend, heeft [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] geen enkel belang bij nogmaals betekening. De curator heeft daarmee voldoende belang bij een veroordeling tot ontruiming ten aanzien van zowel [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] als [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1]. De veroordeling wordt wel beperkt tot ontruiming ten behoeve van de uitvoering van de reeds betekende koopovereenkomst. De curator heeft aangevoerd dat hij ook als die overeenkomst niet wordt uitgevoerd, er belang bij heeft dat de woning ontruimd wordt. De structurele weigering van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] om mee te werken drukt de prijs van de woning als er openbaar verkocht moet worden. De omstandigheden waaronder de woning verkocht zou moeten worden indien de koopovereenkomst met X niet wordt uitgevoerd, zijn echter nog onbekend. Het gaat daarom te ver om reeds op voorhand de curator al de mogelijkheid te geven om tot ontruiming over te gaan als dat niet ziet op uitvoering van de koopovereenkomst met kopers X. Ten slotte dient de curator dit vonnis wel te betekenen voordat de termijn voor [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] in gaat en de curator tot ontruiming mag overgaan.
lijfsdwang
7.4.
In artikel 587 Rv is bepaald dat de rechter een vonnis slechts uitvoerbaar bij lijfsdwang verklaart, indien aannemelijk is dat toepassing van een ander dwangmiddel onvoldoende uitkomst zal bieden en het belang van de schuldeiser toepassing daarvan rechtvaardigt. Hiermee heeft de wetgever tot uitdrukking gebracht dat het middel van lijfsdwang vanwege het ingrijpend karakter voor de schuldenaar (zijn vrijheid wordt immers ontnomen), als ultimum remedium heeft te gelden. Volgens de curator weigert [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] structureel om mee te werken aan verkoop- en ontruiming van de woning en blijven reeds verbeurde dwangsommen onbetaald. Op grond van artikel 556 lid 1 en artikel 557 Rv wordt gedwongen ontruiming uitgevoerd met behulp van de sterke arm. De curator heeft daarmee reeds een middel waarmee nakoming afgedwongen kan worden. De curator heeft onvoldoende gesteld waarom niet kan worden volstaan met ontruiming met behulp van de sterke arm. De gevorderde uitvoerbaarverklaring bij lijfsdwang is daarom niet proportioneel en wordt afgewezen.
7.5.
[eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de curator worden begroot op:
- salaris advocaat
€ 539,50(factor 0,5 × tarief € 1.079,00)
Totaal € 539,50

8.De beslissing

De voorzieningenrechter
8.1.
verklaart het verzet gegrond,
8.2.
vernietigt het tussen [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] als eiser en de curator als gedaagde onder zaaknummer C/05/417858 / KG ZA 23-125 gewezen verstekvonnis van 1 mei 2023 en ontheft de curator van de veroordeling zoals tegen hem uitgesproken in dit vonnis,
en opnieuw rechtdoende:
in conventie
8.3.
verklaart [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 1] niet-ontvankelijk in de vordering als ingesteld onder I. van het petitum,
8.4.
verklaart [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] niet-ontvankelijk in de vordering als ingesteld onder II. van het petitum,
8.5.
wijst de vorderingen van [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] voor het overige af,
8.6.
veroordeelt [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] in de proceskosten, aan de zijde van de curator tot op heden begroot op € 1.393,00,
8.7.
verklaart dit vonnis in conventie voor wat betreft punt 8.2 en de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
in reconventie
8.8.
schorst de tenuitvoerlegging van de beschikking van de rechtbank Gelderland van 26 april 2023 in de zaak met nummer C/05/415821 / KG ZA 23-25 hangende het cassatieberoep tegen die beschikking,
8.9.
veroordeelt [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] om, ter uitvoering van de op 10 maart 2023 aan [eiser conv./verweerder rec./gedaagde verzet 2] betekende koopovereenkomst, de woning met aanhorigheden gelegen aan [adres] met al diegenen die en al hetgeen zich daarin of -op bevinden, binnen twee dagen na betekening van dit vonnis, te ontruimen, te verlaten en ontruimd te houden met afgifte van alle sleutels ter vrije en algehele beschikking aan de curator,
8.10.
veroordeelt [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] in de proceskosten, aan de zijde van de curator tot op heden begroot op € 539,50,
8.11.
verklaart dit vonnis in reconventie uitvoerbaar bij voorraad,
zowel in conventie als in reconventie
8.12.
veroordeelt [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 271,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat [eisers conv./verweerders rec./gedaagden verzet] niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 90,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
8.13.
verklaart dit vonnis voor wat betreft de nakostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Kropman en in het openbaar uitgesproken op 30 juni 2023.
LS/SK