ECLI:NL:RBGEL:2023:3383
Rechtbank Gelderland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van rechtbanken bij grensoverschrijdende geschillen en verzet tegen onbevoegdverklaring
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland zich gebogen over de bevoegdheid van rechtbanken in het kader van grensoverschrijdende geschillen. De rechtbank Oost-Brabant verklaarde zich onbevoegd in twee beroepen en verwees deze naar de rechtbank Gelderland. De rechtbank Gelderland heeft op 27 maart 2023 eveneens geoordeeld dat zij onbevoegd is, met de stelling dat alleen de rechtbank Den Haag bevoegd is om van dergelijke geschillen kennis te nemen. Dit oordeel is gebaseerd op eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de rechtbank Den Haag, die bevestigen dat de rechtbank Den Haag de enige bevoegde rechtbank is voor grensoverschrijdende geschillen, ondanks de afwezigheid van een expliciete regeling in de wet.
Opposant heeft verzet aangetekend tegen deze onbevoegdverklaring, waarbij hij aanvoert dat het niet redelijk is dat rechtbanken zaken onbeperkt doorschuiven naar andere rechtbanken. Hij stelt dat de rechtbank Gelderland zich niet onbevoegd kan verklaren, vooral omdat de regeling die de rechtbank Den Haag als enige bevoegd verklaarde, is vervallen. De rechtbank Gelderland heeft echter geoordeeld dat de omstandigheden van het geval en de eerdere uitspraken voldoende rechtvaardigen dat zij zich onbevoegd verklaart. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om anders te oordelen dan in de eerdere uitspraak van 27 maart 2023, en heeft het verzet ongegrond verklaard. Dit betekent dat de beroepen ter verdere behandeling worden doorgestuurd naar de rechtbank Den Haag.