Op 9 juni 2023 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het plegen van ontuchtige handelingen met een minderjarige prostituee. De tenlastelegging omvatte verschillende seksuele handelingen met het slachtoffer, dat zich beschikbaar stelde voor seksuele diensten tegen betaling en tussen de zestien en achttien jaar oud was. De officier van justitie eiste een voorwaardelijke gevangenisstraf en een taakstraf, maar de verdediging pleitte voor vrijspraak op basis van onrechtmatige bewijsverzameling.
De rechtbank oordeelde dat de doorzoeking van het voertuig van de verdachte en de kennisname van de inhoud van zijn mobiele telefoon onrechtmatig waren. De verbalisanten hadden geen toestemming gevraagd voor de doorzoeking en de omstandigheden die hen tot de doorzoeking hadden geleid, waren onvoldoende om een verdenking van een strafbaar feit te rechtvaardigen. De rechtbank concludeerde dat er sprake was van onherstelbare vormverzuimen, wat leidde tot bewijsuitsluiting van de informatie verkregen uit de telefoon. Hierdoor bleef alleen de bekennende verklaring van de verdachte over, wat onvoldoende was voor een veroordeling.
De rechtbank sprak de verdachte vrij van het tenlastegelegde feit en verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding, aangezien er geen bewezenverklaring was. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij ieder zijn eigen kosten droeg.