ECLI:NL:RBGEL:2023:2762

• Datum uitspraak: 25 april 2023
• Publicatiedatum: 15 mei 2023
• Zaaknummer: C/05/398574 / FA RK 22-115
• Instantie: Rechtbank Gelderland
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Personen- en familierecht
• Procedures: Beschikking
• Rechters: A. van der Hilst
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Verzoek tot voornaamswijziging en wijziging van geslacht van non-binair persoon

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 25 april 2023 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek tot voornaamswijziging en wijziging van geslacht van een non-binair persoon. De rechtbank heeft in een eerdere tussenbeschikking van 14 oktober 2022 al besloten om het verzoek tot wijziging van de voornaam toe te wijzen, waarbij de advocaat van de betrokkene werd verzocht een deskundigenverklaring over te leggen. Deze deskundigenverklaring, die op 25 november 2022 is ingediend, bevestigde dat de betrokkene zich identificeert als non-binair en dat de wijziging van de voornaam weloverwogen is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de deskundige geen gegronde reden had om aan de overtuiging van de betrokkene te twijfelen, waardoor het verzoek tot wijziging van het geslacht ook kon worden toegewezen.

De rechtbank gelastte de ambtenaar van de burgerlijke stand om de geboorteakte van de betrokkene aan te passen, zodat het geslacht in de akte als 'X' wordt vermeld. De rechtbank benadrukte dat deze wijziging geen invloed heeft op bestaande familierechtelijke betrekkingen en dat de beslissing pas in werking treedt zodra deze in kracht van gewijsde is gegaan. De beschikking is uitgesproken in het openbaar en de mogelijkheid tot hoger beroep is aangegeven voor de betrokken partijen.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en jeugdrecht

Zittingsplaats Arnhem

Zaakgegevens: C/05/398574 / FA RK 22-115

Datum uitspraak: 25 april 2023

beschikking

naar aanleiding van het verzoek van

[betrokkene] (nader te noemen: de betrokkene),

wonende te [woonplaats] ,

advocaat mr. K.S.M. Smienk te Vught.

Als belanghebbenden terzake de verbetering van de geboorteakte worden aangemerkt:

-
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [naam gemeente]

(nader te noemen: de ambtenaar),

zetelende te [naam gemeente] ;

-
de officier van justitie in het arrondissement Oost-Nederland.

1. Het verdere verloop van de procedure

1.1.

Dit verloop blijkt uit:

• de tussenbeschikking van 14 oktober 2022 en de daarin genoemde stukken;
• het F9-formulier van 2 december 2022, met als bijlage de deskundigenverklaring van 25 november 2022;
• het bericht van de ambtenaar van 3 april 2023.

2. De verdere beoordeling

2.1.

Bij de tussenbeschikking van deze rechtbank van 14 oktober 2022 is beslist op het verzoek wijziging voornaam en is de advocaat van betrokkene verzocht een deskundigenverklaring te overleggen, waarna een verdere beslissing is aangehouden. Bij deze tussenbeschikking is het verzoek tot wijziging van de voornaam toegewezen, zodat betrokkene in deze beschikking al met diens nieuwe voornaam is aangeduid.

2.2.

Bij bericht van 2 december 2022 heeft betrokkene een deskundigenverklaring overgelegd van drs. [naam] (psychotherapeut-deskundige transgenders) van 25 november 2022. Uit de verklaring blijkt kort gezegd dat betrokkene is voorgelicht over de betekenis en reikwijdte van het niet-behoren tot het geslacht dat op de geboorteakte staat vermeld en dat betrokkene er blijk van heeft gegeven dat die zich identificeert als non-binair persoon en die de verzochte wijziging weloverwogen blijft wensen.

2.3.

De ambtenaar heeft schriftelijk gereageerd.

2.4.

De rechtbank gaat ervan uit dat uit de deskundigenverklaring genoegzaam blijkt van de wens en de bestendige overtuiging van betrokkene. Artikel 1:28a lid 2 BW schrijft voor dat de deskundige de verklaring niet afgeeft indien de deskundige gegronde reden heeft om aan de gegrondheid van bedoelde overtuiging te twijfelen. Aangezien de deskundige de verklaring heeft afgegeven, gaat de rechtbank ervan uit dat hiervan geen sprake is, zodat betrokkene heeft voldaan aan het vereiste van het overleggen van een verklaring van een deskundige.

2.5.

Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat het meer subsidiaire verzoek onder IV. (volgens de aanduiding in de tussenbeschikking, overgenomen uit de brief namens betrokkene van 19 juni 2022) kan worden toegewezen. De ambtenaar zal dan ook worden gelast om aan de geboorteakte van betrokkene een latere vermelding toe te voegen van wijziging van het geslacht, in die zin dat het geslacht zal zijn ‘X’. Aan het nog meer subsidiaire verzoek komt de rechtbank dan niet toe.

Gevolgen van de wijziging van het geslacht

2.6.

De wijziging van de vermelding van het geslacht in de geboorteakte heeft gevolgen vanaf de dag waarop de ambtenaar van de burgerlijke stand een latere vermelding van wijziging van het geslacht toevoegt aan de geboorteakte. De wijziging van de vermelding van het geslacht heeft geen invloed op de bestaande familierechtelijke betrekkingen en de daaruit voortvloeiende rechten, bevoegdheden en verplichtingen.

Uitvoerbaar bij voorraad

2.7.

De beschikking leent zich niet om deze uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Beslissingen die van invloed zijn op de registers van de burgerlijke stand, worden daarin immers pas verwerkt zodra de beslissing in kracht van gewijsde is gegaan.

3. De beslissing

De rechtbank:

3.1.

gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [naam gemeente] om aan de geboorteakte, ingeschreven in het register van de gemeente [naam gemeente] van het jaar [geboortejaar betrokkene] (aktenummer: [nummer] ) de latere vermelding toe te voegen van wijziging van het geslacht in die zin dat het geslacht ‘X’ zal zijn;

3.2.

wijst af wat meer of anders is verzocht.

Deze beschikking is gegeven door mr. A. van der Hilst, rechter, in tegenwoordigheid van mr. C. Lens als griffier en in het openbaar uitgesproken op 25 april 2023.

Indien hoger beroep tegen deze beschikking mogelijk is, kan dat worden ingesteld:

- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,

- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.

Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.