Uitspraak
1.De procedure
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
- een bedrag van € 8.740,22 zijnde de huurachterstand tot en met november 2022 en buitengerechtelijke incassokosten,
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de kantonrechter te Zutphen op 26 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Woningstichting de Woonplaats en RB Bewindvoering B.V. als bewindvoerder van een gedaagde, die erkend slachtoffer is van de toeslagenaffaire. De Woningstichting vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de huurwoning vanwege een aanzienlijke huurachterstand van € 8.740,22. De gedaagde, een alleenstaande moeder van twee minderjarige kinderen, heeft de huur al maanden niet betaald en is onder bewind gesteld. De gemeente heeft een plan van aanpak opgesteld om de gedaagde te ondersteunen in haar financiële problemen.
De kantonrechter heeft de vordering tot ontbinding en ontruiming afgewezen, omdat de belangen van de kinderen zwaarwegend zijn. De rechter oordeelde dat de gedaagde de woning nodig heeft om de zorg voor haar kinderen te kunnen hervatten. De bewindvoerder heeft de verantwoordelijkheid om de huurachterstand te betalen en de lopende huur te voldoen. De rechter heeft de huurachterstand tot aan de datum van het vonnis toegewezen, maar de ontbinding van de huurovereenkomst niet gerechtvaardigd geacht, gezien de specifieke omstandigheden van de zaak.
De kantonrechter heeft ook de buitengerechtelijke incassokosten toegewezen en de proceskosten aan de zijde van de Woningstichting vastgesteld. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.