5.1.De derde-partij is in de beslissing op bezwaar gelast om:
“
Wat moet u doen?
U moet binnen zes weken na de verzenddatum van deze beslissing op bezwaar het perceel,
kadastraal bekend als gemeente [woonplaats], [locatie] in [woonplaats], weer terug brengen in de oorspronkelijke staat, zoals voor het aanbrengen van de beplanting. U moet
de beplanting met tonkinstokken dus van het perceel verwijderen en verwijderd houden.
U kunt (verdere) handhaving voorkomen door binnen de hierboven gestelde termijn een
ontvankelijke aanvraag om omgevingsvergunning in te dienen, waarbij door middel van
onderzoek is aangetoond dat een aanvaardbaar woon- en leefmilieu bij de omliggende
gevoelige functies kan worden gewaarborgd. Dat onderzoeksrapport dient binnen deze
periode door de omgevingsdienst Rivierenland te zijn goedgekeurd.”
Aanvraag omgevingsvergunning
6. De derde-partij heeft op 4 augustus 2021 een omgevingsvergunning aangevraagd voor teelt van laanbomen in een teeltvrije zone.
7. Bij besluit van 9 november 2021 is aan de derde-partij een omgevingsvergunning verleend voor het telen van laanbomen in een teeltvrije zone op het perceel.
Omgevingsvergunning onherroepelijk
8. Tegen het besluit van 9 november 2021 is geen bezwaar ingediend, zodat dit besluit onherroepelijk is.
Intrekking last onder dwangsom
9. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 6:19 Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) is bij besluit van 24 januari 2022 de last onder dwangsom, zoals opgenomen in de beslissing op bezwaar van 30 juni 2021, ingetrokken. De beslissing op bezwaar van
30 juni 2021 is voor het overige ongewijzigd in stand gehouden.