2.4.In de zorgovereenkomst die VGZ met Inter-Psy heeft gesloten voor 2015 is hierover onder meer het volgende opgenomen:
Artikel 5. Declaraties en betaling
3. De Zorgaanbieder heeft geen recht op betaling voor geleverde zorg indien door voldoening van de declaratie een voor dat jaar geldende zorgkostenplafond zou worden overschrijden.
Artikel 9. Zorgkostenplafond en nacalculatie
1. Het zorgkostenplafond zoals vermeld in Bijlage 1 bij deze overeenkomst vormt het maximum van de tarieven die Zorgverzekeraar in enig jaar aan de Zorgaanbieder vergoedt voor in dat jaar geopende DBC’s en deelprestaties (incl. de Normatieve Huisvestings Component) en de ZZP’s B en daarmee verband houdende prestaties.
2. Indien het zorgkostenplafond gedurende het lopende jaar dreigt te worden overschreden, meldt de Zorgaanbieder dit onmiddellijk aan Zorgverzekeraar en treden Zorgaanbieder en Zorgverzekeraar met elkaar hierover in overleg.
4. Indien de Zorgverzekeraar na het bereiken van het zorgkostenplafond declaraties betaalt aan de Zorgaanbieder zijn deze onverschuldigd betaald en direct opeisbaar.
5. De overschrijding van het voor 2015 overeengekomen zorgkostenplafond wordt door de Zorgaanbieder aan Zorgverzekeraar binnen vier weken terugbetaald nadat de Zorgaanbieder door de Zorgverzekeraar is bericht over de hoogte van de vordering.
6. Alle afspraken zijn gebaseerd op het aantal verzekerden op het moment van contracteren. Afhankelijk van de toe- of afname van het totaal aantal verzekerden per ultimo januari 2015 per GHOR-regio per Zorgverzekeraar (merk/volmacht), die behoort tot de verzekeraars van de Coöperatie VGZ ua, van het betreffende kalenderjaar, kan de productieafspraak en het zorgkostenplafond herzien worden door de Zorgverzekeraar, zonder dat hiervoor vooraf overeenstemming nodig is van de Zorgaanbieder. Voor 1 augustus wordt de daadwerkelijke toe- of afname van verzekerden per Zorgverzekeraar (merk/volmacht), die behoort tot de Coöperatie VGZ ua, beoordeeld en wordt de Zorgaanbieder over de gevolgen voor het zorgkostenplafond geïnformeerd. Indien de toe- of afname per Zorgverzekeraar minder is dan 0,5% per GHOR regio wordt het zorgkostenplafond niet aangepast.
7. De Zorgaanbieder is gehouden om de productie zoveel als mogelijk gelijkmatig over het jaar te spreiden.
Artikel 10. Overige bepalingen inzake nacalculatie
1. De Zorgverzekeraar beoordeelt bij de nacalculatie als bedoeld in artikel 9 tevens of de Zorgaanbieder daadwerkelijk aan de inkoopcriteria, zoals benoemd in de goedgekeurde productieafspraken 2015 en aangegeven in Bijlage 1 bij deze overeenkomst heeft voldaan. Deze procedure over 2015 vindt plaats voor 1 augustus 2017. Daarbij wordt betrokken of de afspraken 2015 juist, tijdig en volledig zijn nagekomen door de Zorgaanbieder. Voor zover de afspraken niet zijn nagekomen, bestaat geen aanspraak op vergoeding en zal de Zorgaanbieder het daarmee verbonden bedrag op eerste verzoek aan de Zorgverzekeraar terugbetalen.
2. De in lid 1 beschreven nacalculatie heeft onder meer betrekking op de volgende aspecten:
a. Klinisch: een hogere gemiddelde gerealiseerde prijs voor: declaratie van verblijf, klinische DBC’s en deelprestaties, incl. de NHC’s en – indien van toepassing – de ZZP’s B, basisprestaties, toeslagen, opslagen, NHC’s en vervoer dagbesteding als genoemd in Bijlage 1 bij deze overeenkomst.
b. Ambulant: een hogere gemiddelde gerealiseerde prijs voor: declaraties van de ambulante DBC’s en deelprestaties, als genoemd in Bijlage 1 bij deze overeenkomst.
In bijlage I bij de zorgovereenkomst zijn in het productieafsprakenformulier het absolute en relatieve budgetplafond voor 2015 opgenomen.
Vergelijkbare bepalingen en afspraken zijn ook in de zorgovereenkomsten van 2016 t/m 2022 opgenomen.