In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 7 april 2022 uitspraak gedaan over een verzoek tot adoptie van een meerderjarige, [naam meerderjarige], door haar pleegouders, [naam adoptievader] en [naam adoptiemoeder]. De rechtbank oordeelde dat de bijzondere omstandigheden in het leven van [naam meerderjarige] een weigering van adoptie, ondanks haar meerderjarigheid, een ongeoorloofde inbreuk op haar recht op family life zou zijn. [naam meerderjarige] is op 23-jarige leeftijd, na een moeilijke jeugd met meerdere pleeggezinnen, bij verzoekers komen wonen, die haar sinds haar 9e jaar hebben verzorgd en opgevoed. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een sterke ouder-kind relatie is ontstaan tussen [naam meerderjarige] en haar pleegouders, en dat de adoptie in haar belang is. De rechtbank heeft ook overwogen dat de biologische vader van [naam meerderjarige] geen bezwaar heeft gemaakt tegen de adoptie. De rechtbank heeft uiteindelijk het verzoek tot adoptie toegewezen, waarbij [naam meerderjarige] haar geslachtsnaam zal behouden. De beslissing is genomen in het kader van de artikelen 1:227 en 1:228 van het Burgerlijk Wetboek, waarbij de rechtbank oordeelde dat de bijzondere omstandigheden in deze zaak rechtvaardigen dat het minderjarigheidsvereiste wordt terzijde gesteld.