In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 13 juni 2022 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De advocaat van de betrokkene heeft primair bepleit om het verzoek af te wijzen, stellende dat de betrokkene wilsbekwaam is. De rechtbank heeft vastgesteld dat er in de medische verklaring niets is gerapporteerd over de wilsbekwaamheid van de betrokkene, waardoor zij niet kan beoordelen of de betrokkene in staat is tot een redelijke waardering van haar belangen. Om deze reden heeft de rechtbank besloten de zaak aan te houden, zodat een onafhankelijk arts of klinisch psycholoog een verklaring kan opstellen over de wilsbekwaamheid van de betrokkene.
De rechtbank verwijst naar de drie wekentermijn die geldt voor een deskundigenbericht op basis van artikel 6:2 lid 4 jo artikel 6:1 lid 5 Wvggz. De beslissing is aangehouden tot de mondelinge behandeling op 28 juni 2022, waarbij GGNet de gelegenheid krijgt om een onafhankelijk arts of klinisch psycholoog in te schakelen om de betrokkene te onderzoeken en een aanvullende medische verklaring op te stellen. Deze verklaring dient uiterlijk 24 juni 2022 aan de rechtbank en de advocaat te worden toegezonden. De beschikking is gegeven door rechter R.B.M. Keurentjes in aanwezigheid van griffier M. Brouwer en is openbaar uitgesproken op 21 juni 2022.