3.1.[eiser 1] en [eiser 2] vorderen dat de rechtbank bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
één, twee of drie deskundigen benoemt teneinde de waarde vast te stellen van de onverdeelde helft van de onroerende zaak: het woonhuis met garage, ondergrond, erf en tuin en verder aan- en toebehoren, plaatselijk bekend [adres] ,
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] veroordeelt om hun volledige en onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan de door de deskundige(n) uit te voeren waardebepaling op straffe van een dwangsom van € 250,00 per dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hier niet aan voldoen,
bepaalt dat, indien [eiser 1] en [eiser 2] hun onverdeeld aandeel in de onder 1. genoemde onroerende zaak aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] aanbieden overeenkomstig de aanbiedingsplicht uit de tussen [eiser 1] en [eiser 2] en [gedaagde 1] en [gedaagde 2] opgemaakte notariële akte d.d. 6 januari 1992 en [gedaagde 1] en [gedaagde 2] vervolgens:
a. niet binnen twee weken nadat dat aanbod is gedaan, aan [eiser 1] en [eiser 2] bij aangetekende brief kenbaar maken dat zij van het voorkeursrecht gebruik maken, en/of
b. niet binnen acht weken nadat dat aanbod is gedaan hun volledige en onvoorwaardelijke medewerking verlenen aan de levering aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] en de betaling aan [eiser 1] en [eiser 2] van de door de deskundige(n) vastgestelde waarde van de onverdeelde helft,
de wijze van verdeling van de onder 1. genoemde onroerende zaak alsdan aldus wordt vastgesteld dat de onder 1. genoemde onroerende zaak aan een derde wordt verkocht en geleverd,
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] veroordelen om in het onder C. bedoelde geval hun volledige en onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan de onder C. bedoelde verkoop en levering, onder welke medewerking onder meer wordt verstaan het meewerken aan alle handelingen die nodig zijn om de hiervoor onder C. bedoelde onroerende zaak aan een derde te verkopen en te leveren, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 250,00 per dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hier niet aan voldoen,
bepaalt dat dit vonnis overeenkomstig de artikelen 3:300 en 3:301 BW daarvoor in de plaats treedt indien [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hun hiervoor onder D. bedoelde medewerking niet verlenen,
bepaalt dat de netto-opbrengst van de onder C. bedoelde verkoop en levering bij helfte wordt verdeeld tussen eisers en gedaagden,
voor recht verklaart dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] binnen 30 jaar na 30 september 1987 een gedeelte (groot 3 are en 99 centiare) hebben verkocht van de onroerende zaak: de boerderij genaamd ‘ [naam boerderij] ’, te [woonplaats] aan de [adres] en dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] deswege gehouden zijn het resultaat met [eiser 1] en [eiser 2] te delen, zodanig dat het batig of nadelig saldo bij helften tussen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] en [eiser 1] en [eiser 2] dient te worden verdeeld,
een deskundige (accountant) benoemt, teneinde de hoogte van het onder 7. bedoelde saldo te laten vaststellen door middel van een daartoe op te maken accountantsverklaring met de hoogst mogelijke mate van zekerheid,
I. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] veroordeelt om hun volledige en onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan de onder 8. bedoelde deskundigen op te maken accountantsverklaring op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 250,00 per dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hier niet aan voldoen,
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] veroordeelt om, ten titel van winstverdeling, aan [eiser 1] en [eiser 2] te betalen een bedrag ter grootte van de helft van de batig saldo, zoals zal blijken uit de onder 8. genoemde accountantsverklaring, althans aan [eiser 1] en [eiser 2] te betalen een zodanig ander bedrag door de rechtbank vast te stellen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover van 24 maart 2017, althans vanaf de datum van de dagvaarding tot aan algehele voldoening,
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] veroordeelt in de proceskosten van deze procedure, de kosten van de onder 1. en 8. genoemde deskundigen en de nakosten.