ECLI:NL:RBGEL:2022:164
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van Wnb-vergunning voor zonnepark in Natura 2000-gebied Veluwe
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland geoordeeld over de weigering van een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb) voor de aanleg van een zonnepark op agrarische percelen binnen het Natura 2000-gebied 'Veluwe'. De verweerder, het college van gedeputeerde staten van de provincie Gelderland, heeft de vergunning geweigerd omdat de stikstofdepositie meer bedraagt dan 0,00 mol per ha per jaar en omdat het zonnepark de leefgebieden van de wespendief, de boomleeuwerik en de roodborsttapuit aantast. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van geschikt leefgebied voor de wespendief en boomleeuwerik en dat significante gevolgen voor deze soorten niet zijn uitgesloten. Eiseres, die de vergunning had aangevraagd, was gehouden een passende beoordeling op te stellen en mitigerende maatregelen te nemen. De door eiseres voorgestelde maatregelen werden echter niet als voldoende onderbouwd beschouwd, waardoor de rechtbank oordeelde dat de vergunning terecht was geweigerd op basis van de aantasting van het leefgebied van de wespendief en boomleeuwerik. De rechtbank heeft de tweede weigeringsgrond, betreffende de stikstofdepositie, niet verder besproken omdat de vergunning al op basis van de eerste weigeringsgrond kon worden geweigerd. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van de gevolgen van projecten voor beschermde natuurgebieden en de noodzaak van adequate mitigerende maatregelen.