ECLI:NL:RBGEL:2021:5924

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
5 november 2021
Publicatiedatum
8 november 2021
Zaaknummer
C/05/394960 ZJ RK 21/1120
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming voor vaccinatie tegen Covid-19 door minderjarige zonder toestemming van ouder

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Gelderland op 5 november 2021 een beschikking gegeven over een verzoek van een 12-jarige jongen, hierna te noemen [verzoeker], om toestemming te verlenen voor vaccinatie tegen Covid-19. De vader van [verzoeker] weigert toestemming te geven voor de vaccinatie, ondanks dat [verzoeker] zich goed heeft ingelezen en de noodzaak van vaccinatie inziet. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [verzoeker] onder toezicht staat van de gezinsvoogd (GI) en dat het ouderlijk gezag over hem door de vader wordt uitgeoefend. De kinderrechter heeft de relevante wetgeving, met name artikel 7:450 van het Burgerlijk Wetboek, in overweging genomen, waarin staat dat voor medische behandelingen de toestemming van de patiënt vereist is, en dat bij minderjarigen ook de toestemming van de ouders of voogd nodig is. Echter, indien de behandeling noodzakelijk is om ernstig nadeel voor de patiënt te voorkomen, kan de behandeling ook zonder toestemming worden uitgevoerd.

De kinderrechter heeft geconcludeerd dat vaccinatie tegen Covid-19 noodzakelijk is om ernstig nadeel voor [verzoeker] te voorkomen, gezien de risico's van Covid-19 infecties bij jongeren. De kinderrechter heeft ook het advies van de Gezondheidsraad in overweging genomen, dat stelt dat vaccinatie voor kinderen en adolescenten zinvol en verantwoord is. Na gesprekken met [verzoeker] en de gezinsvoogd is gebleken dat [verzoeker] goed heeft nagedacht over zijn wens om gevaccineerd te worden en dat hij in staat is om zijn belangen te waarderen. Daarom heeft de kinderrechter besloten dat [verzoeker] zich zonder toestemming van zijn vader kan laten vaccineren tegen Covid-19.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie [geboorteplaats]
Zaaknummer: C/05/394960 ZJ RK 21/1120
Datum uitspraak: 5 november 2021

Beschikking van de kinderrechter over een medische behandeling

op het verzoek van:

[verzoeker] ,

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [verzoeker] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[belanghebbende] ,

verder te noemen de vader,
wonende te [woonplaats] ,
en

Jeugdbescherming Gelderland,

verder te noemen de GI,
gevestigd te Zutphen.

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de brief van [verzoeker] van 13 oktober 2021;
- de brief van de GI van 13 oktober 2021;
- het e-mailbericht van de GI van 2 november 2021.
Op 2 november 2021 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [verzoeker] wordt uitgeoefend door de vader.
[verzoeker] staat sinds 9 juli 2019 onder toezicht van de GI. Deze maatregel is telkens verlengd, voor het laatst tot 9 januari 2022.
[verzoeker] is met een machtiging uit huis geplaatst in een gezinshuis.
Op 17 oktober 2018 is het gezamenlijk gezag van de ouders van [verzoeker] door de rechter beëindigd en is de vader alleen belast met het ouderlijk gezag over [verzoeker] .
Bij beschikking van 20 september 2021 van deze rechtbank is het ouderlijk gezag van de vader over [verzoeker] beëindigd en is de GI benoemd tot voogd over [verzoeker] . Het verzoek om de beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren is afgewezen.
De vader heeft de GI bericht dat hij weigert toestemming te verlenen voor vaccinatie van [verzoeker] tegen Covid-19.

Het verzoek

[verzoeker] verzoekt de kinderrechter toestemming te verlenen voor vaccinatie tegen Covid-19 ter vervanging van de toestemming van de vader.
Hij wenst gevaccineerd te worden tegen Covid-19 ter bescherming van zichzelf en anderen, maar zijn vader weigert daarvoor toestemming te verlenen. [verzoeker] geeft aan dat hij, gezien de huidige situatie, niet wil wachten met vaccineren totdat de GI de voogdij over hem heeft.

Het standpunt van de belanghebbenden

De vader is – hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen – niet op de mondelinge behandeling verschenen.
De GI stemt in met het onderhavige verzoek van [verzoeker] .

De beoordeling

Op grond van artikel 7:450 lid 1 Burgerlijk wetboek is voor verrichtingen ter uitvoering van een behandelingsovereenkomst de toestemming van de patiënt vereist.
Indien de patiënt minderjarig is en de leeftijd van twaalf maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, is tevens de toestemming van de ouders die het gezag over hem uitoefenen of van zijn voogd vereist. De verrichting kan evenwel zonder de toestemming van de ouders of de voogd worden uitgevoerd, indien zij kennelijk nodig is teneinde ernstig nadeel voor de patiënt te voorkomen, alsmede indien de patiënt ook na de weigering van de toestemming, de verrichting weloverwogen blijft wensen (lid 2).
Bij brief van 13 oktober 2021 verzoekt [verzoeker] de kinderrechter toestemming te verlenen voor vaccinatie tegen Covid-19. In Nederland kunnen op dit moment kinderen vanaf 12 jaar zich laten vaccineren tegen Covid-19. [verzoeker] is 12 jaar, zodat hij voor vaccinatie tegen Covid-19 in aanmerking komt. Gezien zijn leeftijd is hiervoor in beginsel de toestemming van de met het gezag belaste vader nodig, maar het is de kinderrechter gebleken dat de vader niet wenst mee te werken aan vaccinatie van [verzoeker] tegen Covid-19. De reden van de weigering is de kinderrechter niet bekend omdat de vader geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijk om op de mondelinge behandeling zijn weigering om de toestemming te verlenen, toe te lichten.
Aan de toestemming van de vader kan voorbij worden gegaan als dat nodig is om ernstig nadeel voor [verzoeker] te voorkomen en als hij de vaccinatie blijft wensen.
De kinderrechter is, gelet op het advies Vaccinatie van adolescenten tegen Covid-19 van de Gezondheidsraad van 29 juni 2021, van oordeel dat met vaccinatie ernstig nadeel bij [verzoeker] kan worden voorkomen. Uit dit advies blijkt – kort samengevat – het navolgende. Covid-19 infecties komen in alle leeftijdsgroepen voor, ook bij jonge kinderen en adolescenten. In verreweg de meeste gevallen is er sprake van milde symptomen, maar soms verloopt een infectie ernstiger en is ziekenhuisopname noodzakelijk. Uit gegevens van een Nederlandse studie in ziekenhuizen komt naar voren dat ongeveer de helft van de kinderen en adolescenten die in het ziekenhuis zijn opgenomen met Covid-19, geen medische voorgeschiedenis heeft. In zeldzame gevallen kan Covid-19 leiden tot een ernstige ontstekingsreactie (MIS-C). Daarnaast kunnen kinderen en adolescenten, net als volwassenen, langdurige klachten ontwikkelen (long Covid). Tegenover de gezondheidswinst van het vaccin staat een beperkte last van bijwerkingen. Er is een klein risico op ernstige bijwerkingen, zoals een ontsteking van het hartzakje of de harstspier die naar nu verworven inzichten ongeveer voorkomt bij 1 op de 15.000 gevaccineerde jongens van 12 tot 18 jaar. Een ernstige bijwerking die goed kan worden herkend en die ook in nagenoeg alle gevallen tot een volledig herstel kan leiden. Het zijn in ieder geval allemaal risico’s die de Gezondheidsraad in haar afweging heeft meegenomen voorafgaand aan het geven van het advies om kinderen van 12 tot 18 jaar de mogelijkheid te bieden om voor vaccinatie te kiezen. De Gezondheidsraad is op basis van een weging van de risico’s van oordeel dat vaccinatie tegen Covid-19 voor kinderen en adolescenten zinvol en verantwoord is. Vaccinatie voorkomt Covid-19 infecties en daaraan gerelateerde ziekenhuisopnames bij kinderen en adolescenten.
Daarnaast heeft de kinderrechter uitgebreid met [verzoeker] en de gezinsvoogd gesproken. Uit deze gesprekken komt naar voren dat [verzoeker] zich goed heeft ingelezen, dat hij met de gezinshuisouders en de gezinsvoogd over vaccinatie heeft gesproken en dat hij goed over het al dan niet laten vaccineren heeft nagedacht. Het is de kinderrechter gebleken dat [verzoeker] weloverwogen bij zijn wens tot vaccinatie blijft om persoonlijke redenen (niet ziek willen worden en mee kunnen doen aan activiteiten buitenshuis) als ook om redenen dat hij zijn directe omgeving wil beschermen tegen (de gevolgen van) Covid-19. De kinderrechter acht [verzoeker] voldoende in staat tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake.
Gelet op het vorenstaande komt de kinderrechter tot de conclusie dat [verzoeker] op grond van artikel 7:450 lid 2 BW zich, ook zonder toestemming van zijn vader, kan melden bij de GGD en zich kan laten vaccineren tegen Covid-19.

De beslissing

De kinderrechter:
verstaat dat [verzoeker] zich zonder toestemming van de vader kan laten vaccineren tegen Covid-19.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.L.M. Steinebach-de Wit, kinderrechter, in tegenwoordigheid van A. de Wijse-Hageman LLB, als griffier en in het openbaar uitgesproken op 5 november 2021.