ECLI:NL:RBGEL:2021:526
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van procesbelang in het kader van Wmo 2015 en niet-ontvankelijkheid van het beroep
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 5 februari 2021 uitspraak gedaan in een geschil dat voortvloeit uit de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Het betreft een beroep van eiser tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem, waarbij een maatwerkvoorziening was toegekend. Eiser had bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit, dat op 26 juni 2017 was genomen, en had later beroep ingesteld tegen het besluit op bezwaar van 21 november 2017. De rechtbank heeft in het onderzoek ter zitting vastgesteld dat het bestreden besluit inmiddels was opgevolgd door een ander besluit, waardoor de periode waarover het geschil ging, reeds was verstreken. Dit leidde tot de vraag of eiser nog procesbelang had bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep.
De rechtbank overwoog dat er geen belang meer was bij een uitspraak over de periode in geschil, aangezien er reeds besluitvorming had plaatsgevonden over een opvolgende periode en eiser tegen dat besluit geen rechtsmiddelen had aangewend. Bovendien was niet gebleken dat er een betalingsverplichting voor eiser was ontstaan met betrekking tot de periode in geschil. De rechtbank concludeerde dat eiser geen procesbelang meer had en verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. De uitspraak werd gedaan door mr. C.W.C.A. Bruggeman, in tegenwoordigheid van griffier mr. H. Siragedik, en is openbaar uitgesproken.