ECLI:NL:RBGEL:2021:5019

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
31 augustus 2021
Publicatiedatum
21 september 2021
Zaaknummer
05/880119-19
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van medeplichtigheid aan oplichting en witwassen na onvoldoende bewijs

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 31 augustus 2021 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van medeplichtigheid aan oplichting en witwassen. De verdachte, geboren in 1971 en op dat moment gedetineerd in de P.I. Zwolle, werd bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. N.J.H. Lina. De rechtbank heeft de zaak behandeld naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 17 augustus 2021. De tenlastelegging omvatte meerdere gevallen van oplichting waarbij de verdachte zich zou hebben voorgedaan als verkoper van goederen op een internetsite, maar deze goederen nooit heeft geleverd. De officier van justitie stelde dat er voldoende bewijs was voor medeplichtigheid, terwijl de verdediging pleitte voor integrale vrijspraak, stellende dat de verdachte niet betrokken was bij de oplichtingen en slechts naïef was geweest door een bedrijf in te schrijven en een bankrekening te openen op verzoek van een derde.

De rechtbank heeft de bewijsvoering van de officier van justitie en de verdediging zorgvuldig gewogen. Het oordeel was dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte opzettelijk had bijgedragen aan de oplichtingen. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet als medepleger kon worden aangemerkt, omdat er geen bewijs was dat hij op de hoogte was van de oplichtingspraktijken. De rechtbank sprak de verdachte vrij van zowel de primair als subsidiair tenlastegelegde feiten, waaronder medeplichtigheid aan oplichting en witwassen. Tevens werden de vorderingen van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard, omdat aan de verdachte geen straf of maatregel werd opgelegd. De rechtbank heeft de proceskosten aan de zijde van de verdachte begroot op nihil.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer: 05/880119-19
Datum uitspraak : 31 augustus 2021
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1971 in [geboorteplaats] ,
wonende aan het [adres] ,
op dit moment uit anderen hoofde gedetineerd in de P.I. Zwolle.
Raadsvrouw: mr. N.J.H. Lina, advocaat in Apeldoorn.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van
17 augustus 2021.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op een of meer verschillende tijdstippen in of omstreeks de periode van 22 juli 2016 tot en met 16 januari 2019 in na te noemen plaats(en) en/of
gemeente(n), in elk geval in Nederland en/of België en/of Duitsland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de hierna te noemen aangever(s)/gedupeerde(n) en/of op en/of in hierna te noemen plaats(en) en/of datum/data en/of periode(s), te weten:
1. pagina 22, mutatienummer 2017251031) [slachtoffer 1] op 08 september 2016 te Eindhoven en/of Apeldoorn, een Grasshopper vloerlamp, ter waarde van 116,50 euro en/of
2. ( pagina 32, mutatienummer 2017251152) [slachtoffer 2] op 15 september 2016 te Amersfoort en/of Apeldoorn, een Egg chair stoel, ter waarde van 436,50 euro en/of
3. ( pagina 47, mutatienummer 2017251206) [slachtoffer 3] op 18 augustus 2016 te Amsterdam en/of Apeldoorn, een Bertoia draadstaalstoel, ter waarde van 126,50 euro en/of
4. ( pagina 60, mutatienummer 2017256494) [slachtoffer 4] op 2 augustus 2016 te Heiloo en/of Apeldoorn, zes, althans een of meer, Dsr Chair stoelen, ter waarde van 371,50 euro en/of
5. ( pagina 78, mutatienummer 2017256573) [slachtoffer 5] in de periode van 13 augustus 2016 tot 6 juni 2017 te Borne en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 995,50 euro en/of
6. ( pagina 97, mutatienummer 2017256600) [slachtoffer 6] op 31 augustus 2016 te Tzumarrum, gemeente Franekerdeel en/of Apeldoorn, een stoel, ter waarde van 476,50 euro en/of
7. ( pagina 109, mutatienummer 2017256640) [slachtoffer 7] op 16 augustus 2016 te Hemelum, gemeente Sudwest-Fryslan en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer stoelen, ter waarde van 135,50 euro en/of
8. ( pagina 119, mutatienummer 2017268271) [slachtoffer 8] op 8 september 2016 te Zevenbergen, gemeente Moerdijk en/of Apeldoorn, een wandklok en/of twee, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 414,50 euro en/of
9. ( pagina 128, mutatienummer 2017273800) [slachtoffer 9] in de periode van 4 augustus 2016 tot 9 september 2016 te Rotterdam en/of Apeldoorn, een stoel, ter waarde van 473,46 euro en/of
10. ( pagina 145, mutatienummer 2017273862) [slachtoffer 10] op 2 augustus 2016 te Apeldoorn en/of Apeldoorn, een Isamu Noguchi koffietafel, ter waarde van 176,50 euro, en/of
11. ( pagina 172, mutatienummer 2017274116) [slachtoffer 11] op 16 augustus 2016 te Breskens, gemeente Sluis en/of Apeldoorn, een stoel, ter waarde van 226,50 euro en/of
12. ( pagina 179, mutatienummer 2017274179) [slachtoffer 12] op 1 augustus 2016 te Bunde, gemeente Meersen en/of Apeldoorn, een stoel en/of een lamp, ter waarde van 305,50 euro en/of
13. ( pagina 192, mutatienummer 2017274243) [slachtoffer 13] op 31 juli 2016 te Reeuwijk, gemeente Bodegraven-Reeuwijk en/of Apeldoorn, (een) meubel(s) en/of een lamp, ter waarde van 294,50 euro en/of
14. ( pagina 199, mutatienummer 2017306085) [slachtoffer 14] op 5 augustus 2016 te 's-Gravenhage en/of Apeldoorn, een lamp, ter waarde van 156,50 euro en/of
15. ( pagina 210, mutatienummer 2017306264) [slachtoffer 15] op 13 augustus 2016 te Rhoon, gemeente Albrandswaard en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, Grasshopper vloerlampen, ter waarde van 315,50 euro en/of
16. ( pagina 224, mutatienummer 2017306345) [slachtoffer 16] op 16 augustus 2016 te Amsterdam en/of Apeldoorn, een Aviator Tomcat stoel, ter waarde van 736,50 euro en/of
17. ( pagina 230, mutatienummer 2017306523) [slachtoffer 17] op 22 juli 2016 te Hengelo (O) en/of Apeldoorn, een Isamu Noguchi koffietafel, ter waarde van 176,50 euro en/of
18. ( pagina 244, mutatienummer 2017306660) [slachtoffer 18] op 20 augustus 2016 te Smilde, gemeente Midden-Drenthe en/of Apeldoorn, een Eames lounge chair, ter waarde van 536,50 euro en/of
19. ( pagina 270, mutatienummer 2017319120) [slachtoffer 19] op 16 augustus 2016 te Grou, gemeente Leeuwarden en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 665,- euro en/of
20. ( pagina 283, mutatienummer 2017319245) [slachtoffer 20] op 10 augustus 2016 te Burgh-Haamstede, gemeente Schouwen-Duiveland en/of Apeldoorn, een bank, ter waarde van 386,50 euro en/of
21. ( pagina 322, mutatienummer 2017319457) [slachtoffer 21] op 15 augustus 2016 te Rotterdam en/of Apeldoorn, een Arco booglamp en/of twee, althans een of meer, barkrukken, ter waarde van 434,50 euro en/of
22. ( pagina 336, mutatienummer 2017319518) [slachtoffer 22] op 16 augustus 2016 te Hilversum en/of Apeldoorn, een lamp, ter waarde van 126,50 euro en/of
23. ( pagina 342, mutatienummer 2017319602) [slachtoffer 23] op 16 augustus 2016 te Drachten, gemeente Smallingerland en/of Apeldoorn, vier, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 613,50 euro en/of
24. ( n.v.t.)
25. ( pagina 393. mutatienummer 2017562918) [slachtoffer 24] in de periode van 5 oktober 2016 tot 19 november 2016 te Soest, Duitsland en/of Apeldoorn, zes, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 371,50 euro en/of
26. ( pagina 412, mutatienummer 2017562941) [slachtoffer 25] in de periode van 24 augustus 2016 tot 26 oktober 2016 te Gauting, Duitsland en/of Apeldoorn, een bureaustoel, ter waarde van 206,50 euro en/of
27. ( pagina 431, mutatienummer 2017562880) [slachtoffer 26] in de periode van 12 september 2016 tot 10 januari 2017 te Tongeren, België en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, kantoorstoelen, ter waarde van 326,86 euro en/of
28. ( pagina 462, mutatienummer 2017562596) [slachtoffer 27] in de periode van 14 september 2016 tot 25 november 2016 te Diest, België en/of Apeldoorn, een bureaustoel, ter waarde van 206,50 euro,
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van voornoemd(e) geld(bedrag(en)), in elk geval enig geld/goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met voren omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- zich voorgedaan als aanbieder(s) en/of verkoper(s) van bovengenoemde goederen op de internetsite [naam 1] en/of
- zich in de (mail)contacten met de benadeelden voorgedaan als:
[alias 1] , [alias 2] , [alias 3] , [alias 4] en/of [alias 5] en/of
- daarbij gebruik gemaakt van (bijpassende) e-mailadressen, te weten: [e-mail 1] en/of [e-mail 2] en/of
- doen voorkomen woonachtig te zijn in: Deventer, Apeldoorn en/of Zutphen en/of
- daarbij gebruik gemaakt van een of meer verschillende telefoonnummers, te weten:
[telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 2] en/of [telefoonnummer 3] en/of
- zich voorgedaan als bonafide verkoper(s) en/of
- met voornoemde aangever(s)/gedupeerde(n) (een) afspra(a)k(en) over de prijs van het/de goed/goederen gemaakt en/of
- de indruk gewekt dat zij bovengenoemde goederen in het bezit had(den) en/of
- voornoemde aangevers/gedupeerden voorgehouden/beloofd dat zij bovengenoemde goederen zou(den) leveren na betaling/overschrijving op het/de rekeningnummer(s) [rekeningnummer 1] en/of [rekeningnummer 2] ,
waardoor bovengenoemde aangevers/gedupeerden (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
een of meer tot nu toe onbekend gebleven perso(o)n(en) in of omstreeks de periode van 22 juli 2016 tot en met 16 januari 2019 in na te noemen plaats(en) in elk geval in Nederland en/of België en/of Duitsland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de hierna te noemen aangever(s)/gedupeerde(n) en/of op en/of in hierna te noemen plaats(en) en/of datum/data en/of periode(s), te weten:
1. pagina 22, mutatienummer 2017251031) [slachtoffer 1] op 08 september 2016 te Eindhoven en/of Apeldoorn, een Grasshopper vloerlamp, ter waarde van 116,50 euro en/of
2. ( pagina 32, mutatienummer 2017251152) [slachtoffer 2] op 15 september 2016 te Amersfoort en/of Apeldoorn, een Egg chair stoel, ter waarde van 436,50 euro en/of
3. ( pagina 47, mutatienummer 2017251206) [slachtoffer 3] op 18 augustus 2016 te Amsterdam en/of Apeldoorn, een Bertoia draadstaalstoel, ter waarde van 126,50 euro en/of
4. ( pagina 60, mutatienummer 2017256494) [slachtoffer 4] op 2 augustus 2016 te Heiloo en/of Apeldoorn, zes, althans een of meer, Dsr Chair stoelen, ter waarde van 371,50 euro en/of
5. ( pagina 78, mutatienummer 2017256573) [slachtoffer 5] in de periode van 13 augustus 2016 tot 6 juni 2017 te Borne en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 995,50 euro en/of
6. ( pagina 97, mutatienummer 2017256600) [slachtoffer 6] op 31 augustus 2016 te Tzumarrum, gemeente Franekerdeel en/of Apeldoorn, een stoel, ter waarde van 476,50 euro en/of
7. ( pagina 109, mutatienummer 2017256640) [slachtoffer 7] op 16 augustus 2016 te Hemelum, gemeente Sudwest-Fryslan en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer stoelen, ter waarde van 135,50 euro en/of
8. ( pagina 119, mutatienummer 2017268271) [slachtoffer 8] op 8 september 2016 te Zevenbergen, gemeente Moerdijk en/of Apeldoorn, een wandklok en/of twee, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 414,50 euro en/of
9. ( pagina 128, mutatienummer 2017273800) [slachtoffer 9] in de periode van 4 augustus 2016 tot 9 september 2016 te Rotterdam en/of Apeldoorn, een stoel, ter waarde van 473,46 euro en/of
10. ( pagina 145, mutatienummer 2017273862) [slachtoffer 10] op 2 augustus 2016 te Apeldoorn en/of Apeldoorn, een Isamu Noguchi koffietafel, ter waarde van 176,50 euro, en/of
11. ( pagina 172, mutatienummer 2017274116) [slachtoffer 11] op 16 augustus 2016 te Breskens, gemeente Sluis en/of Apeldoorn, een stoel, ter waarde van 226,50 euro en/of
12. ( pagina 179, mutatienummer 2017274179) [slachtoffer 12] op 1 augustus 2016 te Bunde, gemeente Meersen en/of Apeldoorn, een stoel en/of een lamp, ter waarde van 305,50 euro en/of
13. ( pagina 192, mutatienummer 2017274243) [slachtoffer 13] op 31 juli 2016 te Reeuwijk, gemeente Bodegraven-Reeuwijk en/of Apeldoorn, (een) meubel(s) en/of een lamp, ter waarde van 294,50 euro en/of
14. ( pagina 199, mutatienummer 2017306085) [slachtoffer 14] op 5 augustus 2016 te 's-Gravenhage en/of Apeldoorn, een lamp, ter waarde van 156,50 euro en/of
15. ( pagina 210, mutatienummer 2017306264) [slachtoffer 15] op 13 augustus 2016 te Rhoon, gemeente Albrandswaard en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, Grasshopper vloerlampen, ter waarde van 315,50 euro en/of
16. ( pagina 224, mutatienummer 2017306345) [slachtoffer 16] op 16 augustus 2016 te Amsterdam en/of Apeldoorn, een Aviator Tomcat stoel, ter waarde van 736,50 euro en/of
17. ( pagina 230, mutatienummer 2017306523) [slachtoffer 17] op 22 juli 2016 te Hengelo (O) en/of Apeldoorn, een Isamu Noguchi koffietafel, ter waarde van 176,50 euro en/of
18. ( pagina 244, mutatienummer 2017306660) [slachtoffer 18] op 20 augustus 2016 te Smilde, gemeente Midden-Drenthe en/of Apeldoorn, een Eames lounge chair, ter waarde van 536,50 euro en/of
19. ( pagina 270, mutatienummer 2017319120) [slachtoffer 19] op 16 augustus 2016 te Grou, gemeente Leeuwarden en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 665,- euro en/of
20. ( pagina 283, mutatie nummer 2017319245) [slachtoffer 20] op 10 augustus 2016 te Burgh-Haamstede, gemeente Schouwen-Duiveland en/of Apeldoorn, een bank, ter waarde van 386,50 euro en/of
21. ( pagina 322. mutatienummer 2017319457) [slachtoffer 21] op 15 augustus 2016 te Rotterdam en/of Apeldoorn, een Arco booglamp en/of twee, althans een of meer, barkrukken, ter waarde van 434,50 euro en/of
22. ( pagina 336, mutatienummer 2017319518) [slachtoffer 22] op 16 augustus 2016 te Hilversum en/of Apeldoorn, een lamp, ter waarde van 126,50 euro en/of
23. ( pagina 342, mutatienummer 2017319602) [slachtoffer 23] op 16 augustus 2016 te Drachten, gemeente Smallingerland en/of Apeldoorn, vier, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 613,50 euro en/of
24. ( n.v.t.)
25. ( pagina 393, mutatienummer 2017562918) [slachtoffer 24] in de periode van 5 oktober 2016 tot 19 november 2016 te Soest, Duitsland en/of Apeldoorn, zes, althans een of meer, stoelen, ter waarde van 371,50 euro en/of
26. ( pagina 412, mutatienummer 2017562941) [slachtoffer 25] in de periode van 24 augustus 2016 tot 26 oktober 2016 te Gauting, Duitsland en/of Apeldoorn, een bureaustoel, ter waarde van 206,50 euro en/of
27. ( pagina 431, mutatienummer 2017562880) [slachtoffer 26] in de periode van 12 september 2016 tot 10 januari 2017 te Tongeren, België en/of Apeldoorn, twee, althans een of meer, kantoorstoelen, ter waarde van 326,86 euro en/of
28. ( pagina 462, mutatienummer 2017562596) [slachtoffer 27] in de periode van 14 september 2016 tot 25 november 2016 te Diest. België en/of Apeldoorn, een bureaustoel, ter waarde van 206,50 euro,
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van voornoemd(e) geld(bedrag(en)), in elk geval enig geld/goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met voren omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- zich voorgedaan als aanbieder(s) en/of verkoper(s) van bovengenoemde goederen op de internetsite [naam 1] en/of
- zich in de (mail)contacten met de benadeelden voorgedaan als:
[alias 1] , [alias 2] , [alias 3] , [alias 4] en/of [alias 5] en/of
- daarbij gebruik gemaakt van het/de (bijpassende) e-mailadressen, te weten:
[e-mail 1] en/of [e-mail 2] en/of
- doen voorkomen woonachtig te zijn in: Deventer, Apeldoorn en/of Zutphen en/of
- daarbij gebruik gemaakt van een of meer verschillende telefoonnummers, te weten:
[telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 2] en/of [telefoonnummer 3] en/of
- zich voorgedaan als bonafide verkoper(s) en/of
- met voornoemde aangever(s)/gedupeerde(n) (een) afspra(a)k(en) over de prijs van het/de goed/goederen gemaakt en/of
- de indruk gewekt dat zij bovengenoemde goederen in het bezit had(den) en/of
- voornoemde aangevers/gedupeerden voorgehouden/beloofd dat zij bovengenoemde goederen zou(den) leveren na betaling/overschrijving op het/de rekeningnummer(s) [rekeningnummer 1] en/of [rekeningnummer 2] ,
waardoor bovengenoemde aangevers/gedupeerden (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte, bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte op een of meer verschillende tijdstippen in of omstreeks de periode van 22 juli 2016 tot en met 16 januari 2019 te Deventer, Zutphen en/of Apeldoorn in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door:
- zich, met het bedrijf [naam 3] , in te laten schrijven bij de Kamer van Koophandel en/of
- een (zakelijke) bankrekening, nummer [rekeningnummer 1] , te openen bij de ING en/of (vervolgens) het afstaan (aan (een) perso(o)n(en)) van de verkregen pinpas met pincode en/of tancode;
meer subsidiair:
hij op een of meer verschillende tijdstippen in of omstreeks de periode van 22 juli 2016 tot en net 16 januari 2019, te Deventer, Apeldoorn en/of Zutphen, in elk geval in Nederland,
(telkens) meermalen, althans éénmaal, (een) voorwerp(en), te weten geld, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, en/of van een voorwerp, te weten geld gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.

2.Waardering van het bewijs

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het subsidiair tenlastegelegde feit. Van het primair tenlastegelegde medeplegen dient verdachte te worden vrijgesproken. Dat verdachte bewust en nauw zou hebben samengewerkt met degenen die de oplichtingen hebben gepleegd, kan niet uit de bewijsmiddelen worden afgeleid.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft integrale vrijspraak bepleit. Hiertoe heeft zij aangevoerd dat het tenlastegelegde niet aan verdachte verweten kan worden. Hem kan slechts worden verweten dat hij naïef of dom is geweest door voor ene [naam 2] een bedrijf in te schrijven en een bankrekeningnummer op verdachtes naam te openen. Maar hij is geen deelgenoot geweest van enig strafbaar feit. Verdachte heeft in 2016 diverse malen in detentie gezeten en kan daarom niet degene zijn geweest die (alle) e-mails aan de aangevers heeft gestuurd en daarmee als medepleger bij de oplichtingen betrokken was.
Met het inschrijven van het bedrijf en openen van het bankrekeningnummer heeft verdachte een risico genomen dat een ander/anderen met die gegevens misdrijven gaan plegen, maar opzet op het misdrijf oplichting is daarmee nog niet gegeven. Ten aanzien van het subsidiair tenlastegelegde kan in elk geval niet worden bewezen dat verdachte in de daarin genoemde periode een bankrekening heeft geopend of inschrijving bij de Kamer van Koophandel heeft verricht.
Beoordeling door de rechtbank
Uit het dossier kan worden afgeleid dat door de in de tenlastelegging genoemde personen aangifte is gedaan van oplichting. Zij verklaren allemaal dat zij tussen 22 juli 2016 en 5 oktober 2016 goederen hebben besteld op de internetsite [naam 1] , maar die goederen niet geleverd hebben gekregen. Via de in de tenlastelegging genoemde e-mailadressen kregen de aangevers orderbevestigingen toegestuurd en werden afspraken gemaakt over de prijs en/of levering van de bestelde goederen. Bij aangevers werd de indruk gewekt dat de goederen zouden worden geleverd nadat betaling van de koopprijs was ontvangen op de bankrekening met nummer [rekeningnummer 2] . Dit bankrekeningnummer stond op naam van verdachte. Ook stond verdachte in het register van de Kamer van Koophandel als eigenaar van het bedrijf [naam 3] opgenomen. Daarnaast stonden (voormalige) woonadressen van verdachte in dat register en op de genoemde website opgenomen als vestigings- of factuuradres. Verdachte heeft verklaard dat hij de bankrekening heeft geopend en de inschrijving in het register van de Kamer van Koophandel heeft geregeld. Dit was op verzoek van een derde, die hem hiervoor een maandelijkse vergoeding van € 500,00 had toegezegd. Volgens verdachte heeft hij slechts eenmaal een vergoeding (met een waarde) van € 500,00 gekregen en heeft hij daarna nooit meer iets van die derde vernomen.
Uit het dossier kan niet worden afgeleid dat verdachte een van de personen is geweest die via de website goederen heeft aangeboden of dat verdachte contact heeft onderhouden met (een van) de aangevers, evenmin blijkt dat op andere wijze sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking van verdachte en anderen gericht op oplichting. Met de officier van justitie en de raadsvrouw is de rechtbank daarom van oordeel dat het primair tenlastegelegde medeplegen van oplichting niet kan worden bewezen. Dat betekent dat verdachte in zoverre van het hem tenlastegelegde zal worden vrijgesproken.
Wel kan uit het dossier worden afgeleid dat verdachte de oplichtingen heeft gefaciliteerd door het inschrijven van het bedrijf in het register van de Kamer van Koophandel, het openen van de bankrekening en het verstrekken aan een derde van de bankgegevens. Om die handelingen echter als strafbare medeplichtigheid aan de in de tenlastelegging beschreven oplichtingen, zoals aan verdachte subsidiair ten laste is gelegd, te kunnen aanmerken moet kunnen worden bewezen dat verdachte aan het plegen van oplichtingen heeft willen bijdragen. Dat, anders gezegd, het opzet van verdachte, al dan niet in voorwaardelijke zin, was gericht op de door de oplichters gepleegde oplichtingen of in ieder geval het plegen van oplichtingen in het algemeen. Uit het dossier kan slechts worden afgeleid dat verdachte zich, nadat hij de inschrijving bij de Kamer van Koophandel en de bankrekening had geregeld, er niet meer van heeft vergewist waarvoor die inschrijving en bankrekening werden gebruikt. Daaruit kan echter niet worden afgeleid dat verdachte wist dat deze voor het plegen van oplichtingen werden gebruikt. Hoewel van verdachte toch verwacht mocht worden dat hij daarnaar onderzoek zou doen, zeker nu hem een aanzienlijke maandelijkse vergoeding was toegezegd, is ook het nalaten daarvan onvoldoende om tot een bewezenverklaring van het hiervoor bedoelde opzet te kunnen komen.
Verdachte heeft verklaard dat ooit een man bij hem aan de deur is geweest die hem van oplichtingspraktijken heeft beschuldigd. Dat verdachte nadien geen actie ondernam, zou kunnen leiden tot het oordeel dat verdachte bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de inschrijving Kamer van Koophandel en de bankrekening voor (verdere) oplichtingen werden gebruikt en er in die zin tot het oordeel dat sprake was opzet. Gelet op hetgeen verdachte daarover heeft verklaard, de uit de basisregistratie personen blijkende inschrijfadressen en -data van verdachte en de door de aangevers genoemde data waarop aankopen zijn gedaan, kan echter niet op een betrouwbare manier worden vastgesteld op welk moment (en op welk adres) die persoon bij verdachte aan de deur stond.
Dat betekent dat de rechtbank verdachte ook van het hem subsidiair tenlastegelegde medeplichtigheid zal vrijspreken.
Tot slot wordt verdachte ook van het hem meer subsidiair tenlastegelegde witwassen vrijgesproken. Dat verdachte de beschikking heeft gehad over de bankrekening en de daarop gestorte gelden kan uit het dossier niet worden afgeleid.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

De volgende benadeelde partijen hebben in verband met het tenlastegelegde de volgende bedragen aan schadevergoeding gevorderd:

[slachtoffer 2]: een bedrag van € 436,50 voor een stoel;

[slachtoffer 5]: een bedrag van € 995,50 voor twee stoelen;

[slachtoffer 7]: een bedrag van € 135,50 voor twee stoelen;

[slachtoffer 12]: een bedrag van € 305,50 voor een lamp en stoel;

[slachtoffer 13]: een bedrag van € 294,50 voor bestelde artikelen;

[slachtoffer 18]: een bedrag van € 536,50 voor een stoel;

[slachtoffer 19]: een bedrag van € 665,50 voor twee stoelen;

[slachtoffer 23]: een bedrag van € 613,50 voor vier stoelen;

[slachtoffer 6]: een bedrag van € 981,19 voor niet vergoede proceskosten van de civiele procedure en een bedrag € 1067,77 aan proceskosten;

[naam 4]. (vertegenwoordiger [slachtoffer 15] , gemachtigde [naam 5] ): een totaalbedrag van € 315,50 bestaande uit een bedrag van:
€ 81,82 plus € 164,46 voor twee vloerlampen; en
€ 14,46 aan verzendkosten en € 54,76 aan BTW;

[slachtoffer 16]: een bedrag van € 795 voor een stoel;

[naam 6]. (vertegenwoordiger [slachtoffer 20] ): een bedrag van
€ 386,50 (inclusief een bedrag van € 67,08 BTW) voor een bank;
telkens vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de meeste vorderingen van de benadeelde partijen kunnen worden toegewezen, inclusief toekenning van de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, onder aanpassing van:
- [slachtoffer 6] voor een bedrag van € 467,50. De kosten van rechtsbijstand (salaris advocaat) die de benadeelde partij heeft moeten maken, dienen op dezelfde wijze worden begroot als dat gebeurt in civiele zaken
,wat doorgaans neerkomt op het hanteren van het liquidatietarief;
- [slachtoffer 16] voor een bedrag van € 736,50 zoals is genoemd in de aangifte; en
- [naam 4] . en [naam 6] . zonder oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en met de in mindering te brengen BTW.
De verdediging heeft zich ten aanzien van de meeste vorderingen gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 16] heeft de verdediging verzocht deze toe te wijzen tot een bedrag van € 736,50, in overeenstemming met het bedrag dat in de aangifte is genoemd. De vordering van [slachtoffer 6] dient niet-ontvankelijk te worden verklaard, omdat de civiele vordering reeds is toegewezen door de Burgerlijke Rechter. Het strafrechtstelsel is volgens de raadsvrouw niet bedoeld om enkel te incasseren. Verder vallen de proceskosten/advocaatkosten niet onder vermogensschade (HR 28 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:793). Deze kosten dienen niet-ontvankelijk te worden verklaard of te worden afgewezen.
Overweging van de rechtbank
De benadeelde partijen zullen in de vorderingen niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat aan verdachte geen straf of maatregel wordt opgelegd en artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht niet wordt toegepast.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart de tenlastegelegde feiten niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verklaart de benadeelde partijen [slachtoffer 2] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 13] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 19] , [slachtoffer 23] , [slachtoffer 6] , [naam 4] ., [slachtoffer 16] en [naam 6] niet-ontvankelijk in de vordering;
 veroordeelt de benadeelde partijen telkens in de proceskosten gemaakt ten behoeve van de behandeling van de vordering en begroot deze aan de zijde van de verdachte tot op heden op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. T. Bertens, voorzitter, mr. M.F. Gielissen en mr. J. Wiersma, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.G.M. van Ophuizen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 31 augustus 2021.
Mrs. Bertens, Wiersma en Van Ophuizen zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.