ECLI:NL:RBGEL:2021:4413
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake schorsing rijbewijs en onderzoek alcoholgebruik
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 11 augustus 2021 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker wiens rijbewijs door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) was geschorst. Het CBR had op 13 juli 2021 besloten dat de geldigheid van het rijbewijs van verzoeker geschorst werd en dat hij verplicht was mee te werken aan een onderzoek naar zijn geschiktheid voor het besturen van motorrijtuigen, naar aanleiding van een positieve blaastest op alcohol op 18 april 2021. Verzoeker, die werkzaam is in de autobranche, stelde dat hij zijn rijbewijs hard nodig had voor zijn werk en dat de schorsing onevenredig was, vooral omdat hij slechts net boven de toegestane alcoholgrens had geblazen en hij zich in de laatste maand van zijn beginnende bestuurdersperiode bevond. De voorzieningenrechter oordeelde dat er voldoende redenen waren om te twijfelen aan de evenredigheid van de schorsing en dat het verzoek om voorlopige voorziening moest worden toegewezen. De schorsing van het rijbewijs werd opgeschort tot uiterlijk 1 februari 2021 of totdat het CBR een besluit had genomen naar aanleiding van het alcoholonderzoek. Tevens werd het CBR verplicht het griffierecht van € 181 aan verzoeker te vergoeden.