ECLI:NL:RBGEL:2021:2334
Rechtbank Gelderland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding in pachtzaak met betrekking tot fosfaatrechten
In deze pachtzaak vorderde de eisende partij schadevergoeding voor fosfaatrechten die in 2018 waren aangeschaft. De eisende partij stelde dat er een pachtovereenkomst bestond met de gedaagde partij, die de fosfaatrechten voor het jongvee had ontvangen. De gedaagde partij betwistte het bestaan van een pachtovereenkomst en stelde dat er sprake was van een opfokovereenkomst. De rechtbank oordeelde dat de afspraken tussen partijen als een pachtovereenkomst moesten worden aangemerkt, wat betekende dat de fosfaatrechten aan de eisende partij toekwamen. De rechtbank wees de vordering tot schadevergoeding grotendeels toe, waarbij de gedaagde partijen hoofdelijk aansprakelijk werden gesteld voor de schade die de eisende partij had geleden door het niet overdragen van de fosfaatrechten. De rechtbank oordeelde dat de eisende partij recht had op een schadevergoeding van € 320.526,95, vermeerderd met wettelijke rente. De gedaagde partijen werden ook veroordeeld in de proceskosten.