(ii) door geen gesprek met een derde aan te gaan over een samenwerking zoals bedoeld onder (i), of door een gesprek met een derde over een dergelijke samenwerking dat reeds is aangegaan onmiddellijk te staken en gestaakt te houden, beide zolang de Samenwerkingsovereenkomst van kracht is en/of
(iii) door geen licentie of andere gebruiksrechten te verlenen aan enige derde (waaronder niet begrepen [gedaagde 3] ) onder Europees octrooi EP 2 697 293, Europees octrooi 2 697 294 en/of onder enig ander octrooi, enige andere octrooiaanvraag (al dan niet gepubliceerd) en/of enige uitvinding die belichaamd is in Eindresultaten (zoals gedefinieerd in de Samenwerkingsovereenkomst), in “nieuwe en octrooieerbare kennis”, “nieuwe gegenereerde kennis binnen de strekking van de Overeenkomst” en/of “verbeteringen van de technologie zoals beschreven in het Patent” (allemaal als bedoeld in artikel 9 van de Samenwerkingsovereenkomst);
(iv) indien een licentie of ander gebruiksrecht zoals bedoeld onder (iii) is verleend, door te bevelen dat deze binnen 2 werkdagen na betekening van dit vonnis schriftelijk wordt beëindigd, waarbij een afschrift daarvan binnen de genoemde termijn aan de advocaat van [eiser] dient te worden verstrekt;
B. [gedaagde] , ieder afzonderlijk, te bevelen om binnen 5 werkdagen na betekening van dit vonnis aan [eiser] te verstrekken:
(ii) overige informatie die relevant is voor het coaten van de potten, waaronder
het soort GX hars dat gebruikt wordt en waarom juist die hars wordt gebruikt
hoeveel gram coating op een pot wordt aangebracht
bij welke temperatuur wordt afgebakken
bewaaromstandigheden en bewaartermijn van de hars
aanbrengprotocol
verhittingsprotocol met tijden en temperaturen
andere niet nader genoemde verwerkingsinstructies
veiligheidsinformatie
(iii) informatie over onderzoeksprojecten waarin één of meer van gedaagden is betrokken of betrokken is geweest die betrekking hebben op het gebied van de samenwerking en de resultaten van die onderzoeksprojecten voor zover de betreffende gedaagde daar de beschikking over heeft;
D. [gedaagde] , ieder afzonderlijk, te bevelen om te gehengen en gedogen dat [eiser] gecoate potten produceert of ten behoeve van [eiser] laat produceren waarin één of meer van de rechten of kennis wordt toegepast zoals bedoeld onder A (iii);
E. [gedaagde] , ieder afzonderlijk, te bevelen om op bestelling van [eiser] potten voor [eiser] te coaten en de aldus gecoate potten aan [eiser] te leveren, volgens voorwaarden die vergelijkbaar zijn en niet substantieel afwijken van de voorwaarden die de betreffende gedaagde eerder met [eiser] is overeengekomen ten aanzien van de levering van gecoate potten vóór de datum van de onderhavige dagvaarding, onder de voorwaarde dat de bestelling van [eiser] in overeenstemming is met de voorwaarden van [eiser] die golden voor de datum van de onderhavige dagvaarding en dat de bestelling past in de productiecapaciteit van de betreffende gedaagde zoals deze bestaat op het moment dat [eiser] een bestelling doet;
F. [gedaagde 1] te bevelen om de accountant van [eiser] binnen 10 werkdagen nadat daarom door de accountant van [eiser] is verzocht toegang te verlenen tot de administratie van [gedaagde 1] en om vragen van deze accountant te beantwoorden voor zover deze relevant zijn om de som van de verrekening voor 2018 en 2019 vast te kunnen stellen;
G. [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een dwangsom aan [eiser] per overtreding van het onder A bedoelde bevel van € 500.000,00 dan wel, ter keuze van [eiser] , van € 50.000,00 per dag of per keer waarmee het onder A gevorderde bevel niet wordt nagekomen;
H. [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een dwangsom aan [eiser] per overtreding van het onder B, C, D, E, F of J bedoelde bevel van € 50.000,00 dan wel, ter keuze van [eiser] , van € 10.000,00 per dag of per keer waarmee het onder B, C, D, E, F of J bedoelde bevel niet wordt nagekomen;
I op te heffen het conservatoir beslag tot afgifte dat op het NL-octrooi is gelegd;
J. voorwaardelijk, voor het geval de voorzieningenrechter van oordeel is dat de aanspraak op het NL-Octrooi nog bij [gedaagde 1] berust en dat deze aanspraak door [gedaagde 1] niet (door middel van een akte) is overgedragen en dat [gedaagde 1] (daarom) het NL-Octrooi van [eiser] zou kunnen opeisen, [gedaagde 1] te bevelen om binnen 5 werkdagen na betekening van dit vonnis haar (beweerdelijke) aanspraken op het NL-Octrooi aan [eiser] over te dragen;
K. [gedaagde 1] te bevelen om alle verbintenissen die voor haar voortvloeien uit de Samenwerkingsovereenkomst na te komen, meer in het bijzonder zich ervoor in te spannen om de problemen met betrekking tot de kwaliteit van de potten en met betrekking tot de productiecapaciteit zo spoedig mogelijk op te lossen en daarover te goeder trouw met [eiser] in overleg te treden;
L. [gedaagde 1] te bevelen om de verbintenissen die voor haar voortvloeien uit de POP3-Samenwerkingsovereenkomst na te komen, meer in het bijzonder door alle taken uit te voeren die volgens het projectplan “Bolayo – plasticloos telen in Noord Brabant” door [gedaagde 1] dienen te worden uitgevoerd;
M. een voorziening tegen (één of meer van de) gedaagden op te leggen die de voorzieningenrechter in de gegeven omstandigheden van de onderhavige zaak passend acht;
N. kosten rechtens.