ECLI:NL:RBGEL:2021:1285
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep inzake maatwerkvoorzieningen Wmo 2015
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 maart 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde H. van Lochem, heeft beroep ingesteld tegen een besluit waarbij zijn maatwerkvoorzieningen op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) zijn gewijzigd. Het primaire besluit, genomen op 29 mei 2019, kende eiser zorg in natura toe voor de periode van 12 april 2019 tot en met 11 april 2020. Echter, bij het bestreden besluit van 12 december 2019 werd de maatwerkvoorziening voor 6 dagdelen per week ingetrokken en vervangen door individuele begeleiding voor 13,5 uur per week.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser geen procesbelang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van het bestreden besluit. Dit is gebaseerd op de overweging dat het financiële belang in deze zaak niet bij eiser ligt, maar bij de zorgaanbieder. Eiser heeft het verschil in tarief niet voor zijn rekening genomen en is ook niet aan de zorgaanbieder verschuldigd. Hierdoor is het onaannemelijk dat eiser schade heeft geleden door het bestreden besluit. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep niet-ontvankelijk is verklaard, zonder dat er aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door rechter J.M.C. Schuurman-Kleijberg en is openbaar uitgesproken. Eiser is geïnformeerd over de mogelijkheid om in beroep te gaan bij de Centrale Raad van Beroep als hij het niet eens is met deze uitspraak.