Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
(…)
Beste [naam 2], ik heb gebruik gemaakt op basis van de vorige werkgever
Rechtbank Gelderland
In deze zaak verzoekt de werkgever, Pijtra B.V., om een gefixeerde schadevergoeding van € 1.469,78 van de werknemer, [verweerder], omdat deze zijn arbeidsovereenkomst heeft opgezegd zonder inachtneming van de opzegtermijn. De opzegging is door de werkgever onvoorwaardelijk geaccepteerd. De werknemer heeft zijn arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang opgezegd en is daarna niet meer op het werk verschenen. De werkgever stelt dat de werknemer aansprakelijk is voor de kosten en schade die voortvloeien uit het niet in acht nemen van de opzegtermijn. De werknemer betwist de vordering en stelt dat er sprake was van een beëindiging met wederzijds goedvinden, gezien de omstandigheden waaronder hij zijn arbeidsovereenkomst heeft opgezegd. De kantonrechter oordeelt dat de werknemer de opzegging redelijkerwijs mocht begrijpen als een aanbod om met onmiddellijke ingang te vertrekken, en dat de werkgever dit aanbod feitelijk heeft bevestigd door de opzegging direct te accepteren. De vordering tot betaling van de gefixeerde schadevergoeding wordt afgewezen, en de werkgever wordt in de proceskosten veroordeeld. In het tegenverzoek van de werknemer vordert hij onder andere de terugbetaling van een onterechte verrekening van € 8.365,97 bruto. De kantonrechter oordeelt dat de werkgever niet voldoende heeft onderbouwd dat de verrekening terecht was en wijst de vordering van de werknemer toe, inclusief wettelijke rente en verhoging. De werkgever wordt ook veroordeeld tot het verstrekken van een schriftelijke specificatie van de netto/bruto bedragen en tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten.