In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, op 14 oktober 2020 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap Netcreators B.V. en een gedaagde partij. De procedure volgde op een tussenvonnis van 20 mei 2020, waarin werd overwogen dat loon dat door Netcreators aan de gedaagde partij was betaald over de periode van 28 augustus 2017 tot 10 april 2018, als onverschuldigd moest worden beschouwd. De kern van het geschil was of Netcreators daadwerkelijk loon had betaald aan de gedaagde partij. Tijdens de procedure heeft Netcreators bewijsstukken overgelegd ter onderbouwing van haar stelling dat het loon was betaald. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betalingen zijn gedaan conform het verzoek van de gemachtigde van de gedaagde partij, en dat de gedaagde partij onvoldoende had gemotiveerd dat hij deze bedragen niet had ontvangen.
De rechtbank heeft vervolgens de vordering van Netcreators toegewezen, inclusief de wettelijke rente vanaf 20 juli 2018, en de proceskosten aan de zijde van Netcreators toegewezen. De kantonrechter heeft de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 14.108,44, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de gedaagde partij in de proceskosten veroordeeld. De veroordelingen zijn uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door de kantonrechter S.E. Sijsma.