ECLI:NL:RBGEL:2020:4119
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Sluiting van een woning op basis van de Opiumwet na aantreffen van drugs
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 14 augustus 2020 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van verzoekers, die hun woning in Nijmegen moesten sluiten op last van de burgemeester. De burgemeester had op 9 juli 2020 besloten om de woning van verzoekers te sluiten voor de duur van drie maanden, omdat er harddrugs en softdrugs in de woning waren aangetroffen. Verzoekers waren het niet eens met deze beslissing en vroegen de voorzieningenrechter om het besluit te schorsen. Tijdens de zitting op 11 augustus 2020 werd duidelijk dat de burgemeester bevoegd was om de sluiting op te leggen op basis van artikel 13b van de Opiumwet, omdat er middelen aanwezig waren die op de lijsten van verboden stoffen stonden. De voorzieningenrechter beoordeelde of het bezwaar van verzoekers een redelijke kans van slagen had en of de burgemeester in redelijkheid tot sluiting had kunnen besluiten. De voorzieningenrechter concludeerde dat de burgemeester voldoende had onderbouwd waarom de sluiting noodzakelijk was, gezien de ernst van de overtredingen en de aanwezigheid van wapens en munitie in de woning. Ook werd overwogen dat de burgemeester rekening had gehouden met de belangen van de minderjarige kinderen van verzoekers, maar dat deze niet opwogen tegen de ernst van de situatie. Uiteindelijk werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat het bezwaarschrift geen redelijke kans van slagen had.