Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
beschikking ex artikel 1:253a BW
[verzoekster] (nader te noemen: de moeder),
[verweerder] (nader te noemen: de vader),
Het verloop van de procedure
De feiten
[naam] ,geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] .
De (zelfstandig) verzoeken en verweren
- de verzoeken van de moeder af te wijzen;
- te bepalen dat een bijzondere curator c.q. kindbehartiger ten behoeve van [het kind] wordt benoemd die met [het kind] gaat praten en de rechtbank advies uitbrengt over de door moeder en de vader gedane verzoeken in onderhavige procedure;
- de toestemming van de moeder voor de inschrijving van [het kind] op de middelbare school [school 2] (en alles wat ervoor nodig is om [het kind] na de zomervakantie naar [school 2] te laten gaan) te vervangen voor toestemming van de rechtbank;
- te bepalen dat [het kind] na de zomervakantie van 2020 iedere week van maandag tot en met woensdagochtend bij moeder is, van woensdag na school tot en met vrijdagochtend bij de vader is en de weekenden vanaf vrijdagmiddag tot maandagochtend in de even weken bij de vader is en de oneven weken bij de moeder is;
- de vader vervangende toestemming te verlenen om - indien geen negatief reisadvies voor de desbetreffende landen geldt - in week 33 en 34 van 2020 met de camper een tocht samen met [het kind] door Duitsland, Oostenrijk, Italië naar familie in Griekenland te maken, danwel door Duitsland en Denemarken naar Zweden toe en de vader tevens vervangende toestemming te geven om in week 30 van 2020 samen met [het kind] - indien geen negatief reisadvies geldt voor het desbetreffende land - met de camper in hetzij Nederland, Duitsland of de Belgische Ardennen te verblijven en tevens te bepalen dat indien voornoemde reizen in 2020 (vanwege de corona-maatregelen) niet zouden kunnen doorgaan, de vader toestemming heeft om deze reizen in de zomervakantie van 2021 te maken;
- te bepalen dat [het kind] met ingang van 1 januari 2021 weer via de ziektekosten-verzekering van de vader is verzekerd;
- althans een beslissing te nemen als door de rechtbank in goede justitie te bepalen.
Het advies van de Raad voor de Kinderbescherming
De beoordeling
Ter zitting heeft de rechtbank partijen voorgehouden de gang van zaken onbegrijpelijk te vinden te meer daar beide ouders volmondig erkennen dat [het kind] door het gedrag van de ouders in een loyaliteitsconflict terecht is gekomen.
Duidelijk is dat ook met betrekking tot de schoolkeuze de problematiek van partijen hen parten speelt en dat [het kind] het kind van de rekening is. Het had immers meer voor de hand gelegen dat de ouders zich samen met [het kind] hadden georiënteerd op een passende middelbare school voor [het kind] . Het is [het kind] die een flink deel van haar tijd op de middelbare school zal gaan doorbrengen en het past ook bij haar leeftijd om hierin een belangrijke stem te hebben. In plaats daarvan is de keuze van een school de keuze voor één van de ouders geworden en [het kind] is hierdoor in een onmogelijke positie gebracht.
De beslissing
[naam]geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,