Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[eiser sub 1] ,
[eiser sub 2]
[eiser sub 3]
1.De procedure
2.De feiten
[eiser sub 1]
3.Het geschil
4.De beoordeling
633,00
Rechtbank Gelderland
In deze zaak vorderde een maatschap, bestaande uit drie eisers, bij de Rechtbank Gelderland, Staatsbosbeheer, de publiekrechtelijke rechtspersoon, te veroordelen tot nakoming van een koopovereenkomst. De eisers hadden interesse in de aankoop van twee percelen grond, waarvan één perceel 389,60 hectare groot was en het andere 0,75 hectare. De eisers pachten het grootste perceel sinds 1 januari 2016 en hadden op 25 april 2019 telefonisch en per e-mail een aanbod ontvangen van een medewerker van Staatsbosbeheer. De eisers gaven aan interesse te hebben in de percelen, maar vroegen om onderhandelingsruimte en bevestiging van de koop. Staatsbosbeheer stelde echter dat er geen bindende overeenkomst was, omdat het aanbod slechts informatief was en geen definitieve aanvaarding had plaatsgevonden.
De voorzieningenrechter oordeelde dat er wel degelijk een koopovereenkomst tot stand was gekomen. De communicatie tussen de partijen, inclusief de e-mails en telefoongesprekken, toonde aan dat de eisers de intentie hadden om de percelen te kopen en dat Staatsbosbeheer een aanbod had gedaan dat door de eisers was aanvaard. De voorzieningenrechter oordeelde dat het voor risico van Staatsbosbeheer was dat de medewerker, die het aanbod deed, niet bevoegd was om dit te doen. De rechter wees de vorderingen van de eisers toe, waarbij Staatsbosbeheer werd veroordeeld tot nakoming van de koopovereenkomst en het betalen van een dwangsom bij niet-nakoming. Tevens werd Staatsbosbeheer veroordeeld in de proceskosten van de eisers.