ECLI:NL:RBGEL:2019:5548
Rechtbank Gelderland
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot herstel van gebreken in huurwoning en verzoek om vervangende woning afgewezen
In deze zaak heeft de huurster, wonende in een woning van Stichting De Alliantie, een kort geding aangespannen met vorderingen tot herstel van gebreken in de woning, toewijzing van een vervangende woning en betaling van een voorschot op schadevergoeding. De huurster stelt dat er ernstige problemen zijn met het binnenklimaat in de woning, waaronder vocht- en schimmelproblemen, die de woning onbewoonbaar maken. De Alliantie heeft echter betwist dat er sprake is van gebreken waarvoor zij verantwoordelijk is. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurster niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de gebreken aan de woning zodanig zijn dat deze onbewoonbaar is. De vorderingen van de huurster zijn afgewezen, evenals de vordering van De Alliantie tot ontruiming van de woning. De huurster is veroordeeld in de proceskosten van De Alliantie, terwijl De Alliantie in de proceskosten van de huurster is veroordeeld in reconventie. De uitspraak is gedaan door de kantonrechter mr. E.W. de Groot op 2 december 2019.