2.4.Op 2 mei 2019 heeft, in aanwezigheid van de heer [persoon B] , voorzitter RvB, een gesprek plaatsgevonden tussen [werkneemster] en [persoon A] . Naar aanleiding daarvan heeft [persoon A] [werkneemster] , bij brief van 3 mei 2019, voor zover relevant in deze procedure, het volgende meegedeeld:
Wij spraken op 2 mei over jouw rol en positie als Concern Controller bij Ziekenhuis Rivierenland en met name de toekomst hiervan. De Raad van Bestuur is van mening dat de invulling door jou zodanig is, dat dit zo niet gecontinueerd kan worden. Door de heer [voornaam] [persoon B] en ondergetekende is dit in het gesprek toegelicht. Het verslag hiervan doe ik je onderstaand toekomen.
(…) Wij waren en zijn content met de technische kennis/achtergrond die jij hebt van financiële en administratieve procedures en systemen. Daarnaast waren en zijn we gecharmeerd van de oprechte betrokkenheid die jij toont in de intermenselijke contacten en de eigen wijze van invulling daarvan. Echter, waar het gaat om de tactische en strategische aspecten van de rol en positie van Concern Controller is de performance onvoldoende naar ons oordeel. )…)
In januari 2018 hebben wij je arbeidsovereenkomst omgezet van een tijdelijk dienstverband naar een dienstverband voor onbepaalde tijd en daarbij afgesproken om het instrument van coaching in te zetten. Deze coaching had met name betrekking op de hierboven genoemde aspecten van de functie: het goed functioneren binnen het ingewikkelde krachtenveld intern en extern. Dit belangrijke deel van het functioneren was helaas achtergebleven in de ontwikkeling, daarentegen is de technische kwaliteit goed gebleken overeenkomstig de verwachtingen. Met de door jou voorgestelde coach hebben we een gezamenlijk startgesprek gehouden en is de coaching opdracht ook in goed overleg gedefinieerd. Daarna zijn enkele evaluatiegesprekken tezamen met de coach gevoerd, de laatste op 21 februari van dit jaar.
De coaching is nu ruim 1 jaar gaande en dit was ook de afgesproken termijn hiervoor. De verwachting was dat de tactische en strategische positionering zich goed en aantoonbaar zou gaan ontwikkelen. Tot mij spijt moeten wij vaststellen dat dit toch niet het geval is. Bij voortduring doen zich situaties voor waarbij de wijze van informeren van heel relevante zaken naar de RvB ontoereikend is, zowel inhoudelijk als qua timing. Daarenboven geldt dat de ontwikkeling van de rol als tactisch en strategisch adviseur voor de organisatie en leidend zijn in financiële dossiers op managementniveau, niet zijnde de technische kant hiervan, onvoldoende tot ontwikkeling zijn gekomen. Hetzelfde geldt voor de verbinding met partners in het zorgnetwerk. Daarbij hecht ik er aan nogmaals te benadrukken dat de technische vaardigheden prima zijn en er veel waardering is voor dat deel van het werk van zowel jouzelf als van de onder jou ressorterende afdelingen.
Het ontstane gebrek aan strategisch vertrouwen wreekt zich in onze samenwerking. Ik bemerk dat dit deel van het functioneren slecht bespreekbaar is en snel leidt tot irritaties, soms hoog oplopend. In ons gesprek van 2 mei jl. doet zich dit wederom voor. Kritiek wordt door jou direct gepareerd en ontkend, zelf groter gemaakt en direct teruggelegd. Je stelt dan voor om kritische voorbeelden om te zetten in werkafspraken voor de toekomst als operationeel houvast. Het gaat echter om de managementvaardigheden (competenties) ten aanzien van signalen ontvangen, omzetten, beïnvloeden en daarin sensitief zijn. Zorgdragen voor “no surprises”. Naar het oordeel van de Raad van Bestuur gaat dit niet goed en werkt het voor de besturing van de organisatie belemmerend.
De conclusie die ik tijdens het laatste coaching-evaluatiegesprek heb gedeeld is dat het algeheel functioneren onvoldoende is. In het jaar van coaching is hierin naar onze mening ook nauwelijks progressie zichtbaar geweest. Dit is nu op een punt gekomen dat we helaas moeten interveniëren. Dit is een zeer pijnlijke en vervelende ingreep, dat realiseren we ons goed. Graag kom ik met je in gesprek over je toekomst. Vanuit het ziekenhuis willen we binnen ons vermogen je zo goed als mogelijk verder helpen. Met jouw kennis en talenten zien we daar ook goede perspectieven voor. Vanuit de Raad van Bestuur en met ondersteuning van de manager P&O zullen we dit vorm en inhoud geven.
Tijdens ons gesprek heb je duidelijk gemaakt onze gedachtegang en conclusie niet te steunen. Bovendien geef je aan onvoldoende waardering te ondervinden voor het vele werk dat verzet is. Daarvoor hebben we begrip maar ook meegewogen bij onze conclusie.
Ik adviseer je om zelf advies en/of bijstand te organiseren zodat je jouw belangen goed kunt behartigen. In de komende week zullen we dit gesprek vervolg geven. Met jou willen we de schade voor jouw toekomst maximaal beperken, daarvan kun je op aan. Dit vergt wel inzet van ons beiden.
Onze gedachte is als volgt:
1. De interventie houdt in dat we je op korte termijn gaan ontheffen van de functie van Concern Controller en hiervoor een interim oplossing zullen zoeken voor enkele dagen per week. De interim manager zal zich richten op strategisch –tactische aspecten van het werk en daartoe ook de contacten van je overnemen (MB, MO, SBB, RvB, extern).
2. Jij gaat je, in overleg met de interim manager, richten op inhoudelijke taken. Dit is ruim voldoende voorhanden zoals de lopende exploitatie, Begroting, HiX, HT, Treasury.
3. Wij gaan in gesprek over jouw toekomst en wat daarvoor nodig is. Dit zal resulteren in nadere afspraken over gedeeltelijke vrijstelling van werk voor sollicitatie- en andere doeleinden. Dit zal ook resulteren in een afspraak over de werkrelatie. Wij zullen ons vanuit het ziekenhuis hierin ruimhartig opstellen als dit van beide kanten mogelijk blijkt.
4. Het is in ieders belang om communicatie over de ontstane situatie pas te voeren nadat we dit samen hebben afgestemd. We hebben de afspraak gemaakt niet nader te communiceren tot tenminste onze volgende afspraak.
5. Het vervolggesprek voeren we graag met je op dinsdag 7 mei om 13.00 uur, daarbij zal dan ook de manager P&O aansluiten.
(…)