Op 5 september 2019 heeft de rechtbank Gelderland in een belangrijke uitspraak 80 natuurvergunningen vernietigd die waren verleend op basis van het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Deze vergunningen betroffen voornamelijk veehouderijen en waren aangevochten door milieuorganisaties die stelden dat de vergunningen in strijd waren met de Wet natuurbescherming. De rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard, verwijzend naar een eerdere uitspraak van de Raad van State van 29 mei 2019, waarin werd geoordeeld dat het PAS niet gebruikt mag worden voor het verlenen van natuurvergunningen zonder dat de positieve gevolgen van de maatregelen voor beschermde natuurgebieden vooraf vaststaan.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vergunningen waren verleend onder verwijzing naar een passende beoordeling die niet voldeed aan de eisen van de Habitatrichtlijn. Dit leidde tot de conclusie dat de verleende vergunningen niet rechtsgeldig waren. De rechtbank heeft de provincie Gelderland opgedragen om de gevolgen van de projecten van de veehouderijen opnieuw in kaart te brengen en te beoordelen of de vergunningen zonder het PAS alsnog kunnen worden verleend. De uitspraak heeft grote implicaties voor de veehouderijsector en de bescherming van natuurgebieden in Nederland.
De rechtbank heeft ook bepaald dat de provincie Gelderland het door de eisers betaalde griffierecht moet vergoeden en dat de proceskosten van de eisers door de provincie moeten worden vergoed. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak voor zorgvuldige afwegingen bij het verlenen van natuurvergunningen en de rol van de rechter in het waarborgen van milieubescherming.