ECLI:NL:RBGEL:2019:2375

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 mei 2019
Publicatiedatum
29 mei 2019
Zaaknummer
05/720270-15
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling wegens opzetheling en gewoonteheling van gestolen voertuigen en onderdelen

Op 29 mei 2019 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van opzetheling en gewoonteheling van gestolen voertuigen en onderdelen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het verwerven en voorhanden hebben van een gestolen Volkswagen Caddy, terwijl hij wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. Daarnaast werd vastgesteld dat de verdachte in de periode van 10 mei 2012 tot en met 6 november 2015 een gewoonte had gemaakt van het plegen van opzetheling, waarbij in totaal 24 voertuigen en onderdelen van deze voertuigen betrokken waren. De rechtbank baseerde haar oordeel op de aangiften van diefstal, de doorzoekingen bij de verdachte en de bevindingen van de politie en VbV Derden, die de onderdelen hadden onderzocht en gekoppeld aan de gestolen voertuigen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 48 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk, en moest schadevergoeding betalen aan diverse benadeelde partijen, in totaal ruim € 100.000,-. De rechtbank overwoog dat de verdachte door zijn handelen een rol had gespeeld in de illegale handel in gestolen voertuigen en onderdelen, wat aanzienlijke schade en overlast voor de benadeelden had veroorzaakt.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/720270-15
Datum uitspraak : 29 mei 2019
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] 1967 te [geboorteplaats] ,
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland,
wonende aan de [adres 1] , [woonplaats] .
Raadsman: mr. J.C. Spigt, advocaat te Rotterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van
1 februari 2018, 18 oktober 2018 en 2 mei 2019.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering wijziging tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
Hij op of omstreeks 6 november 2015, in de gemeente Nijmegen, althans (elders) in Nederland, een (zogenaamde) bestelauto (merk Volkswagen, type Caddy, kleur zwart) (kenteken [kenteken 1] ) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft
overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde bestelauto wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
2.
Hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 10 mei 2012 tot en met 6 november 2015, in de gemeente Nijmegen en/of in de gemeente Groesbeek en/of/althans (in ieder geval) (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen,
Een gewoonte heeft gemaakt van het plegen van opzetheling,
Immers heeft hij, verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in na te melden periode(s), na te melden goederen verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl hij/zij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die goederen wist(en) dat het door misdrijf verkregen goed(eren) betrof, te weten:
1. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 17 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 2] en/of een of meer ondede(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 0273 tot en met 0277), in of omstreeks de periode van 5 juli 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
2. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 20 van de lijst), volkswagen Transporter Multivan, kenteken [kenteken 3] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 0293), in of omstreeks de periode van 5 maart 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
3. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 21 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 4] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 0302 en 0303), in of omstreeks de periode van 4 januari 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
4. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 28 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 5] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 0361 tot en met 0367), in of omstreeks de periode van 29 januari 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
5. een (personen)auto (voertuig 30 van de lijst), Seat Ibiza, kenteken [kenteken 6] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 402 +403), in of omstreeks de periode van 6 maart 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
6. een (personen)auto (voertuig 31 van de lijst), Seat Ibiza, kenteken [kenteken 7] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 413 +414), in of omstreeks de periode van 3 april 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
7. een (personen)auto (voertuig 35 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 8] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 437 +438), in of omstreeks de periode van 4 januari 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
8. een (personen)auto (voertuig 45 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 9] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 529 +530), in of omstreeks de periode van 8 oktober 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
9. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 47 van de lijst), Volkswagen Caddy TDI 77 KW, kenteken [kenteken 10] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 545 +546), in of omstreeks de periode van 25 juli 2014 tot en met 6 november 2016 en/of
10. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 63 van de lijst), Volkswagen Caddy, kenteken [kenteken 11] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 651 +654), in of omstreeks de periode van 16 april 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
11. een (personen)auto (voertuig 69 van de lijst), Skoda Octavia, kenteken [kenteken 12] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 705 +709), in of omstreeks de periode van 11 september 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
12. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 72 van de lijst), Volkswagen Transporter Multivan, kenteken [kenteken 13] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 727 +729), in of omstreeks de periode van 25 augustus 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
13. een (personen)auto (voertuig 75 van de lijst), Volkswagen Polo, kenteken [kenteken 14] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 755 +758), in of omstreeks de periode van 5 augustus 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
14. een (personen)auto (voertuig 81 van de lijst), Volkswagen GTI, kenteken [kenteken 15] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 801 +802), in of omstreeks de periode van 2 juni 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
15. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 87 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 16] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 842 +843), in of omstreeks de periode van 28 juni 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
16. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 95 van de lijst), Volkswagen Transporter TDI, kenteken [kenteken 17] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 915 +916), in of omstreeks de periode van 18 november 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
17. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 100 van de lijst), Volkswagen Caravelle, kenteken [kenteken 18] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 964 +965), in of omstreeks de periode van 19 september 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
18. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 102 van de lijst), Volkswagen Transporter Bestel, kenteken [kenteken 19] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 996 +997), in of omstreeks de periode van 14 november 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
19. een (personen)auto (voertuig 116 van de lijst), Volkswagen Touran, kenteken [kenteken 20] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1122 +1123), in of omstreeks de periode van 30 januari 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
20. een (personen)auto (voertuig 118 van de lijst), Volkswagen Tiguan, kenteken [kenteken 21] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1136 +1137), in of omstreeks de periode van 3 juli 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
21. een (personen)auto (voertuig 123 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 22] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1179 +1180), in of omstreeks de periode van 10 mei 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
22. een (personen)auto (voertuig 139 van de lijst), Volkswagen Polo, kenteken [kenteken 23] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1299 +1300), in of omstreeks de periode van 17 mei 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
23. een (personen)auto (voertuig 141 van de lijst), Audi A3, kenteken [kenteken 24] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1312 +1313), in of omstreeks de periode van 31 maart 2014 tot en met 6 november 2016 en/of
24. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 145 van de lijst), Mercedes Benz Vito, kenteken [kenteken 25] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 1352 + 1353), in of omstreeks de periode van 17 augustus 2015 tot en met 6 november 2016.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Inleiding
Op 6 november 2015 heeft [slachtoffer 1] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Caddy met kenteken [kenteken 1] . [2] Een medewerker van het bedrijf TrackJack heeft het GPS-signaal van het voertuig uitgepeild en is daarbij uitgekomen op perceel [adres 2] te Nijmegen. [3] Op dit adres bleek [bedrijf 1] te zijn gevestigd. Naar aanleiding hiervan zijn verbalisanten op 6 november 2015 naar voornoemd adres gegaan. [4] Het gestolen voertuig werd aangetroffen op een brug in de loods van het bedrijf. Een gedeelte van het voertuig was gestript. De eigenaar van het bedrijf, [verdachte] , is daarop aangehouden. [5] In de loods troffen verbalisanten ook een voor- en achterbumper, twee veringen met remschijven, diverse auto-onderdelen in een winkelwagen en twee kentekenplaten, voorzien van kenteken
[kenteken 1] , aan. Ook troffen zij een motorkap aan, waarop stickers hadden gezeten met de tekst ‘ [slachtoffer 2] ’s woonstoffering’. Het voertuig van [slachtoffer 2] , dat was voorzien van dergelijke stickers, bleek in de nacht van 20 op 21 september 2015 te zijn gestolen. [6] Omdat in het pand verder een zeer grote hoeveelheid auto-onderdelen werd aangetroffen, is besloten de toegang tot de loods te verzegelen en op 9 november 2015 terug te keren voor een doorzoeking. Het daarop volgende onderzoek wordt verderop in het vonnis besproken.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, met uitzondering van het onder feit 2, nummer 24, ten laste gelegde voertuig. Van dit onderdeel van de tenlastelegging heeft de officier van justitie vrijspraak verzocht.
Ten aanzien van feit 1 heeft de officier van justitie aangevoerd dat op 6 november 2015 een gestolen Volkswagen Caddy met een ‘track-and-trace’ systeem is aangetroffen in het bedrijf van verdachte, terwijl het voertuig deels gedemonteerd was. Ten aanzien van feit 2 heeft de officier van justitie aangevoerd dat van veel van de aangetroffen onderdelen de Voertuig Identificatie Nummers (hierna: VIN) verwijderd waren dan wel onleesbaar waren gemaakt. Ook was de registratie van de bedrijfsvoorraad niet op orde en zijn in een verborgen ruimte kratten met gereedschappen aangetroffen, waarvan één stuk gereedschap gelinkt kon worden aan een gestolen voertuig. Geheime kenmerken in een bepaald onderdeel maken een unieke koppeling aan een individuele auto mogelijk. Zo bevatten airbags, naast een generiek onderdeelnummer, een geheime, unieke codering, waardoor die te herleiden zijn naar een uniek voertuig. Op één airbag na bleken alle onderzochte airbags afkomstig uit gestolen auto’s. Ten aanzien van iedere gestolen auto op de dagvaarding is in ieder geval één onderdeel bij [bedrijf 1] aangetroffen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit. Ten aanzien van feit 1 heeft de verdediging aangevoerd dat verdachte niet wist en niet behoefde te vermoeden dat het voertuig van misdrijf afkomstig was. Ten aanzien van feit 2 heeft de verdediging het onderzoek en de samenstellingsrapportages (en de daarin opgenomen onderdelen) uitvoerig betwist. De verdediging heeft aangevoerd dat Stichting Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit (hierna: VbV) doelredeneringen heeft gebruikt en dat de samenstellingen niet gebaseerd zijn op feiten, maar op aannames, verwachtingen en waarschijnlijkheden. De verdediging heeft gesteld dat de door VbV opgestelde rapportages volstrekt onbetrouwbaar en ongeloofwaardig zijn en van het bewijs dienen te worden uitgesloten. Verder heeft de verdediging aangevoerd dat niet vast staat dat alle onderdelen zoals afgebeeld in de processen-verbaal onderdelen weergeven die daadwerkelijk afkomstig zijn van het bedrijf van verdachte. Er is geen beslaglijst overgelegd waarop alle in beslag genomen onderdelen staan vermeld. Evenmin is aangetoond dat de op de tenlastelegging voorkomende onderdelen behoren bij een specifiek voertuig. Deskundigen spreken elkaar daarover tegen. De weergegeven onderdelen kunnen ook afkomstig zijn van auto’s die niet van misdrijf afkomstig zijn, nu de betreffende onderdelen niet uniek zijn. Indien wordt vastgesteld dat de onderdelen wel van misdrijf afkomstig zijn, heeft verdachte dit niet kunnen of moeten weten, nu het niet mogelijk is de herkomst te traceren op basis van al of niet bestaande databases. Verdachte heeft geen kenmerken van onderdelen verwijderd. Betwist wordt dat er onderdelen zonder kenmerken waren.
Beoordeling door de rechtbank
Ten aanzien van feit 2
Uitsluiting bewijs?
De verdediging heeft gesteld dat de rapportages van VbV onbetrouwbaar en ongeloofwaardig zijn en om die reden van het bewijs dienen te worden uitgesloten. De rechtbank heeft geconstateerd dat de rapportages van VbV op sommige punten slordigheden bevat. De rechtbank merkt daarover op dat het onderzoek betrekking heeft gehad op een zeer grote hoeveelheid, bijna 4.000 van de ruim 10.000 auto-onderdelen die op het bedrijf van verdachte zijn aangetroffen. De rechtbank is ervan overtuigd dat het rapport in grote lijnen en in essentie wel klopt. Kleine fouten zijn hieraan ondergeschikt; dit kan voorkomen in dergelijke, grote onderzoeken. De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding om het gehele rapport als onbetrouwbaar aan te merken en dit volledig van het bewijs uit te sluiten.
Onderzoek naar aangetroffen onderdelen
Allereerst volgt een bespreking van de wijze waarop het onderzoek naar de aangetroffen onderdelen heeft plaatsgevonden.
Op 9 november 2015 heeft een doorzoeking plaatsgevonden bij [bedrijf 1] op de [adres 2] te Nijmegen. Ook heeft een doorzoeking plaatsgevonden bij de vestiging van het bedrijf op de [adres 3] te Groesbeek. Bij de vestiging in Nijmegen werden onder meer grote hoeveelheden spatschermen, deuren, motorkappen, portieren, airbags, navigatiesystemen, achterkleppen, voor- en achterbumpers en een groot aantal losse componenten aangetroffen. Ook bleek achter een kast een zogenaamde geheime ruimte aanwezig. In die ruimte bevonden zich kleine auto-onderdelen en kratten met daarin artikelen die gebruikt worden door elektriciens en stukadoors. [7] Verbalisant [verbalisant] heeft vervolgens onderzoek ingesteld naar een groot deel van de aangetroffen auto-onderdelen. [verbalisant] heeft geconstateerd dat van zeer veel onderdelen de unieke fabriekskenmerken, waaronder VIN nummers, waren verwijderd dan wel onleesbaar waren gemaakt, door het wegkrassen of verwijderen van (delen van) de betreffende stickers. Ook waren in autoruiten gegraveerde kentekens weggekrast of weggeslepen. Verder heeft [verbalisant] diverse auto-onderdelen waargenomen die, gelet op fabriekskenmerken (onder andere de productiedatum) en de overeenkomende kleur, kennelijk van hetzelfde voertuig afkomstig waren. Deze onderdelen waren van recente bouwjaren en bleken geen aanrijdingschade te vertonen. Van de vele aangetroffen auto-onderdelen kon [verbalisant] de identiteit vaststellen aan de hand van hem bekende unieke kenmerken. Ook indien de fabriekskenmerken waren weggeslepen of verminkt, kon de identiteit van dat onderdeel in veel gevallen toch worden vastgesteld, omdat er nog andere unieke kenmerken werden aangetroffen. Deze unieke kenmerken zijn in het proces-verbaal niet nader omschreven, omdat deze gegevens niet voor de openbaarheid zijn bestemd. [verbalisant] heeft deze unieke kenmerken in lijsten gemaild naar het Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit (hierna: LIV). Door het LIV is vervolgens per uniek kenmerk onderzocht wat het (bijbehorende) VIN en het kenteken was. Diverse onderdelen bleken afkomstig van hetzelfde voertuig. Indien aan het unieke kenmerk een VIN kon worden gekoppeld, is onderzocht of het daarbij behorende voertuig van diefstal afkomstig was. Opvallend was onder meer dat vrijwel alle onderdelen afkomstig waren van voertuigen die tot de VAG-groep (de Duitse Volkswagen AG) behoorden, zoals Volkswagen, Audi, Seat en Skoda. [8] De Nederlandse importeur van deze auto’s is [bedrijf 2] .
Na de doorzoeking zijn alle aangetroffen onderdelen overgebracht naar een opslagruimte van de strafrechtelijke bewaarder, te weten VbV Derden. De op 22 februari 2016 in een loods te Horst aangetroffen onderdelen, die afkomstig bleken te zijn van [bedrijf 1] , zijn ook bij het onderzoek door het VbV Derden betrokken. [9]
Aan de hand van het proces-verbaal en de lijst die door [verbalisant] waren opgesteld, heeft VbV Derden verder gerechercheerd. Bij VbV Derden zijn alle aangetroffen goederen - waarvan in totaal 10.814 auto-onderdelen - gefotografeerd en beschreven. Daarvan zijn 3.699 onderdelen onderzocht en dit onderzoek heeft - volgens de politie - de identiteit van in totaal 155 (gestolen) auto’s aangetoond. [10]
Politie identificatie van de onderdelen leverde de volgende resultaten op:
- Van de 166 aangetroffen airbags konden 165 airbags worden geïdentificeerd. Deze airbags bleken afkomstig uit gestolen voertuigen. Middels deze airbags konden 115 gestolen voertuigen geïdentificeerd worden. [11]
  • Naar de aangetroffen 357 portieren is steekproefsgewijs onderzoek gedaan. Hieruit volgde dat 57 portieren afkomstig waren uit 30 gestolen voertuigen.
  • Naar de aangetroffen 102 zekeringskasten is onderzoek gedaan. Hieruit volgde dat 16 zekeringskasten afkomstig bleken uit 16 gestolen voertuigen.
Het dossier bevat een lijst met daarop per kenteken de (bovengenoemde) onderdelen met een unieke identificatie, welke door de politie gekoppeld zijn aan de VIN nummers. [13]
Aan de hand van de VIN nummers heeft VbV Derden voor ieder voertuig de fabrieksinformatie
- bestaande uit onderdeelnummers van alle tijdens de fabricage gemonteerde onderdelen - opgevraagd bij de Deutsche Auto Treuhand (hierna: DAT). Fabrikanten van voertuigen stellen dergelijke informatie ter beschikking via DAT. Een DAT-profiel bevat de specificaties van het specifieke voertuig af-fabriek, waaronder een omschrijving van de uitrusting en van niet unieke nummers (DAT-codes) die door de fabrikant op de onderdelen zijn aangebracht. Ieder DAT-profiel bevat meer dan 1.000 onderdelen en evenzoveel DAT-codes. Per VIN zijn de DAT-codes vergeleken met de aangetroffen onderdelen bij [bedrijf 1] . Bij een match zijn de onderdelen toegevoegd aan de samenstelling van het voertuig. In het geval van exterieurdelen en delen waarvan de stickers waren verwijderd, heeft toewijzing handmatig plaatsgevonden op basis van merk, model, uitvoering en kleur. Op voornoemde wijze zijn samenstellingsrapportages tot stand gekomen met daarin de onderdelen die zijn gekoppeld aan het VIN van een (gestolen) voertuig. [14] In de samenstellingsrapportages zijn de uniek geïdentificeerde onderdelen aangegeven met een zwarte pijl.
Betwisting onderzoeksresultaten
De verdediging heeft het onderzoek door VbV Derden uitvoerig betwist. Zo heeft de verdediging aangevoerd dat het onmogelijk is om alle onderdelen te herleiden naar een specifiek (gestolen) voertuig. De directeur van Stichting VbV en VbV Derden, dhr. [naam 1] , heeft hierover het volgende verklaard bij de rechter-commissaris. In auto-onderdelen worden geheime coderingen aangebracht. Die kennis is alleen bekend bij de fabrikant en bij opsporingsinstanties. Er zijn geen registers waarin dat rechtstreeks te controleren is. [verbalisant] en andere experts dragen kennis welke onderdelen uniek identificeerbaar zijn naar een unieke auto. Er is een verschil tussen uniek herleidbare onderdelen en onderdelen die op basis van DAT-nummers gekoppeld zijn. Een airbag heeft een DAT-nummer, maar ook een geheim nummer. Het proces begon met het uniek identificeren van een onderdeel dat heeft geleid tot een VIN nummer (dat bij een unieke auto hoort). Aan de hand van het VIN nummer, heeft VbV Derden het DAT-nummer ontvangen. Bij VbV Derden zijn vervolgens de DAT-nummers vergeleken met de aangetroffen onderdelen bij [bedrijf 1] . Daar heeft ook de match plaatsgevonden. Vervolgens is het resultaat in verschillende categorieën ingedeeld. De eerste categorie onderdelen betreft de uniek geïdentificeerde onderdelen, door middel van politie identificatie. Dat zijn de onderdelen met geheime coderingen. Dat zijn onderdelen waarvan met 100% zekerheid is te zeggen dat ze bij een unieke auto horen. De tweede categorie betreft exterieuronderdelen die qua kleur, bouwjaar, model en uitvoering hoogst waarschijnlijk bij een unieke auto horen. De derde categorie betreft onderdelen waarvan er niet meer dan 6 stuks in de profielen van de geïdentificeerde auto’s voorkomen en ook niet meer dan 6 keer in de voorraad die is aangetroffen bij [bedrijf 1] . De vierde categorie betreft onderdelen die voldoen aan het DAT-profiel. [15] Verder volgt uit een brief van [bedrijf 2] dat voertuigfabrikanten over een database beschikken waarin per voertuig, voorzien van een unieke VIN, is geregistreerd welke onderdelen daarin zijn verwerkt. Een aantal belangrijke onderdelen, zoals airbags, zijn voorzien van unieke kenmerken waarmee zij aan het VIN nummer van het voertuig waarin zij zijn verwerkt, kunnen worden gekoppeld. Deze unieke kenmerken zijn (deels) geheim. De registratie van deze gegevens wordt alleen aan opsporingsinstanties zoals het LIV en de politie ter beschikking gesteld. De gegevens van andere onderdelen worden onder andere via DAT aan belanghebbenden ter beschikking gesteld. Deze informatie kan middels het VIN nummer worden opgevraagd. VbV Derden heeft langs deze weg ook toegang tot deze database. [16]
Ten aanzien van een grote hoeveelheid onderdelen heeft de verdediging aangevoerd dat deze onjuist gekoppeld zijn aan een voertuig. Naar aanleiding van het tussenvonnis van deze rechtbank van 1 november 2018 heeft VbV Derden een aanvullend rapport uitgebracht. In dit rapport is gereageerd op de betwistingen door de verdediging. Daarnaast heeft VbV de meest voorkomende betwistingen gecategoriseerd en daarop gereageerd. Het voert te ver om op ieder betwist onderdeel afzonderlijk in te gaan. De rechtbank gaat dan ook over tot bespreking van de (meest van belang zijnde) gecategoriseerde betwistingen en de reactie daarop van het VbV.
Voor zover de verdediging heeft betwist dat een airbag kan worden herleid tot een unieke auto, volstaat de rechtbank met een verwijzing naar de hiervoor weergegeven verklaring van [naam 1] en de informatie van [bedrijf 2] . Het proces-verbaal van bevindingen van
13 april 2016 waarin is meegedeeld dat op geheime unieke codes is gezocht, en dat bijvoorbeeld de airbags op grond van die unieke codes aan individuele gestolen voertuigen zijn gekoppeld, is op ambtseed opgemaakt. Uit een arrest van de Hoge Raad van 10 december 1985 (ECLI:NL:HR:1985:AC1735) volgt dat het verweer, dat openbaarmaking van deze gegevens in strijd is met een algemeen opsporingsbelang, gehonoreerd is. Om die reden gaat de rechtbank ook op dit punt uit van het op ambtseed opgemaakte proces-verbaal en neemt dat voor juist aan. Om bovengenoemde reden kan het verweer dat het verdachte niet is gelukt om bijvoorbeeld een airbag aan een VIN nummer te koppelen, niet slagen. De unieke codes zijn slechts voor een gelimiteerde groep beschikbaar en dus niet voor ondernemers als verdachte. Zoals hiervoor al is overwogen, leidt de stelling van de verdediging dat een aantal onderdelen die bij [bedrijf 1] zijn aangetroffen ten onrechte zijn gekoppeld aan bepaalde auto’s, niet reeds om die reden tot de conclusie dat het gehele proces-verbaal en de daarna opgestelde rapporten voor onjuist moeten worden gehouden.
De verdediging heeft verder aangevoerd dat een airbag/onderdeel met een (generiek) onderdeelnummer, dat duidt op een specifiek merk en model, niet fabrieksmatig gemonteerd kan zijn in een voertuig van een ander merk binnen hetzelfde concern, een ander model van hetzelfde merk en een voorgaand model van hetzelfde merk. VbV Derden heeft daarop aangegeven dat binnen het VAG-concern onderdelen met een (generiek) onderdeelnummer wel degelijk in andere merken en modellen worden toegepast. Verwezen wordt naar een brief van [bedrijf 2] van 29 november 2018. Daarin is het volgende vermeld. Voor personen- en lichte bestelauto’s werkt VAG met een zogenaamde platformstrategie. Een platform bestaat uit het onderstel van de auto (waaronder vele onderdelen die onderhuids in een auto zijn aangebracht zoals airbags, zekeringskasten, elektronische modules, gordels etc.). Dit betekent dat deze voertuigen onderhuids overwegend identiek zijn en gebruik maken van dezelfde onderdelen. Middels verschillen in stijl van de carrosserie en het interieur wordt onderscheid gemaakt tussen merken en modellen. Op basis van een platform worden meerdere auto’s gebouwd. De onderhuidse onderdelen die in meerdere modellen worden toegepast worden zogenaamde ‘Gleichteilen’ (gelijke onderdelen) genoemd. Die krijgen over het algemeen een (generiek) onderdeelnummer dat is afgeleid van het model waarvoor het onderdeel initieel is ontwikkeld. Als een auto wordt veranderd door de fabrikant, heeft hij de keuze tussen het ontwikkelen van een grotendeels nieuwe auto, waarbij veel nieuwe onderhuidse onderdelen worden ontwikkeld, of het ‘faceliften’ van de auto, waarbij de auto onderhuids technisch grotendeels gelijk blijft. Het VAG-concern maakt voor haar fabrieken en importeurs gebruik van een ‘Elektronischer Teilen Katalog’ (ETKA), waarin per onderdeel is aangegeven in welke voertuigen (merk, model en bouwjaar) dit onderdeel is toegepast. Ook staat per VIN aangegeven welke onderdelen van fabriekswege zijn gemonteerd. [17]
Ten aanzien van het verweer dat in de samenstellingsrapportages uniek identificeerbare onderdelen zijn opgenomen zonder zwarte pijl, heeft VbV Derden aangevoerd dat daarvoor meerdere redenen zijn. Zo kunnen identificeerbare gegevens verwijderd zijn, kan het zijn dat het onderdeel niet forensisch is onderzocht, is het mogelijk dat VbV Derden de unieke fabriekskenmerken niet heeft geregistreerd en is het mogelijk dat VbV Derden geen VIN bij het onderdeel heeft ontvangen. In deze situaties vallen de niet geïdentificeerde unieke onderdelen systeemtechnisch terug tot het niveau van een ‘gewoon onderdeel’ en wordt gekoppeld aan de hand van het onderdeelnummer met een lagere status dan met 100% zekerheid. [18]
Van misdrijf afkomstig?
Verdachte wordt verweten zich schuldig te hebben gemaakt aan heling van in totaal 24 voertuigen, dan wel van onderdelen van die voertuigen. De rechtbank dient allereerst de vraag te beantwoorden of deze voertuigen, dan wel de onderdelen daarvan, van misdrijf afkomstig zijn. Voordat zij overgaat tot bespreking van de onderzoeksresultaten per ten laste gelegd voertuig, merkt zij het volgende op.
Zoals hiervoor besproken, heeft VbV Derden in het aanvullend rapport gereageerd op de betwistingen door de verdediging. Naar aanleiding hiervan zijn de resultaten van het onderzoek bijgesteld, al heeft dit - volgens VbV Derden - niet tot wezenlijke verschillen geleid. VbV Derden heeft per ten laste gelegd voertuig aangegeven welke onderdelen op juiste wijze zijn gekoppeld aan het betreffende voertuig. Daarbij heeft ze gebruik gemaakt van vier categorieën, te weten:
A) met 100% zekerheid: politie identificatie (onderdelen zijn uniek geïdentificeerd);
B) hoogst waarschijnlijk: exterieurdelen;
C) voldoende waarschijnlijk: niet meer dan 6 stuks in DAT en voorraad;
D) vermoedelijk: overige onderdelen die voldoen aan het DAT-profiel.
Hieronder volgt een bespreking van de onderzoeksresultaten per ten laste gelegd voertuig.
1) Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 2]
Namens [bedrijf 3] heeft [aangever 1] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 2] , gepleegd in de periode van 5 juli 2013 om 22.00 uur en 6 juli 2013 om 03.30 uur. [19]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 12 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 2] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde airbags) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 5 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 5 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
2) Volkswagen Transporter Multivan met kenteken [kenteken 3]
[aangever 2] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 3] , gepleegd in de periode van 5 maart 2013 om 19.00 uur en 6 maart 2013 om 06.30 uur. [21]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 18 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 3] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde airbags) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 3 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 13 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
3) Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 4]
Namens [bedrijf 4] heeft [aangever 3] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 4] , gepleegd in de periode van 4 januari 2013 om 17.00 uur en 5 januari 2013 om 09.00 uur. [23]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 13 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 4] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 3 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 9 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
4) Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 5]
[aangever 4] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 5] , gepleegd in de periode van 29 januari 2013 om 23.00 uur en 30 januari 2013 om 05.45 uur. [25]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 32 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 5] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 2 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn;
  • 2 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 27 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
5) Seat Ibiza met kenteken [kenteken 6]
Namens [bedrijf 5] heeft [aangever 5] aangifte gedaan van diefstal van een Seat Ibiza met kenteken [kenteken 6] , gepleegd in de periode van 6 maart 2013 om 20.30 uur en 7 maart 2013 om 07.30 uur. [27]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 20 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 6] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde airbags) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 5 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn;
  • 1 beperkt voorkomend onderdeel dat voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is; en
  • 12 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
6) Seat Ibiza met kenteken [kenteken 7]
Namens [bedrijf 6] heeft [aangever 6] aangifte gedaan van diefstal van een Seat Ibiza met kenteken [kenteken 7] , gepleegd in de periode van 3 april 2013 te 21.30 uur en 4 april 2013 te 06.30 uur. [29]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 11 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 7] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde airbags) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 3 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn;
  • 4 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 2 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
7) Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 8]
Namens [bedrijf 7] B.V. heeft [aangever 7] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 8] , gepleegd in de periode tussen 4 januari 2015 om 20.30 uur en 5 januari 2015 om 08.30 uur. [31]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 23 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 8] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde airbags) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 1 exterieurdeel dat hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is;
  • 4 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 16 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
8) Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 9]
Namens [bedrijf 8] en [naam 2] heeft [aangever 8] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 9] , gepleegd in de periode van 8 oktober 2012 om 19.30 uur en 9 oktober 2012 om 07.45 uur. [33]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 2 onderdelen (zijnde airbags) zijn aangetroffen die met 100% zekerheid gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 9] . [34]
9) Volkswagen Caddy met kenteken [kenteken 10]
Namens [bedrijf 9] heeft [aangever 9] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 10] , gepleegd op 25 juli 2014 tussen 01.00 uur en 05.45 uur. [35]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 13 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 10] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 1 beperkt voorkomend onderdeel dat voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is; en
  • 11 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
10) Volkswagen Caddy met kenteken [kenteken 11]
[aangever 10] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Caddy met kenteken
[kenteken 11] , gepleegd op 17 april 2013 tussen 01.30 uur en 09.00 uur. [37]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 17 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 11] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 2 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 14 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
11) Skoda Octavia met kenteken [kenteken 12]
[aangever 11] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Skoda Octavia met kenteken [kenteken 12] , gepleegd op 11 september 2012 tussen 21.15 uur en 23.30 uur. [39]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 13 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 12] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde airbags) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 1 exterieurdeel dat hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is;
  • 2 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 8 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
12) Volkswagen Transporter Multivan met kenteken [kenteken 13]
[aangever 12] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter Multivan met kenteken [kenteken 13] , gepleegd in de periode van 25 augustus 2013 om 23.00 uur en 26 augustus 2013 om 04.30 uur. [41]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 18 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 13] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 2 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn;
  • 2 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 13 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
13) Volkswagen Polo met kenteken [kenteken 14]
[aangever 13] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Polo met kenteken [kenteken 14] , gepleegd op 5 augustus 2015 tussen 00.00 uur en 09.00 uur. [43]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 10 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 14] . Er is sprake van:
  • 4 onderdelen (zijnde 3 airbags en een portier) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 1 exterieurdeel dat hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is; en
  • 5 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
14) Volkswagen GTI met kenteken [kenteken 15]
[aangever 14] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Golf type 5 model GTI met kenteken [kenteken 15] , gepleegd op 2 juni 2012 tussen 22.30 uur en 23.59 uur. [45]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 12 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 15] . Er is sprake van:
  • 3 onderdelen (zijnde 2 airbags en een portier) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig; en
  • 9 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
15) Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 16]
Namens [bedrijf 10] heeft [aangever 15] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 16] , gepleegd in de periode van 28 juni 2013 om 21.00 uur en 29 juni 2013 om 07.00 uur. [47]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 8 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 16] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig; en
  • 7 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
16) Volkswagen Transporter TDI met kenteken [kenteken 17]
[aangever 16] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter TDI met kenteken [kenteken 17] , gepleegd in de periode van 18 november 2013 om 23.00 uur en 19 november 2013 om 06.00 uur. [49]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 14 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 17] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 1 exterieurdeel dat hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is; en
  • 12 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
17) Volkswagen Caravelle met kenteken [kenteken 18]
[aangever 17] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Caravelle met kenteken [kenteken 18] , gepleegd in de periode van 19 september 2013 om 22.00 uur en 20 september 2013 om 03.00 uur. [51]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 21 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 18] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde een airbag en een vouwladder) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 3 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn;
  • 2 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 14 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
18) Volkswagen Transporter Bestel met kenteken [kenteken 19]
[aangever 18] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Transporter met kenteken [kenteken 19] , gepleegd in de periode van 14 november 2012 om 19.00 uur en 15 november 2012 om 06.30 uur. [53]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 21 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 19] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een airbag) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 3 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 17 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
19) Volkswagen Touran met kenteken [kenteken 20]
Namens [bedrijf 6] heeft [aangever 19] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Touran met kenteken [kenteken 20] , gepleegd op 30 januari 2015 tussen 00.00 uur en 07.30 uur. [55]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 13 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 20] . Er is sprake van:
  • 3 onderdelen (zijnde deuren) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 1 beperkt voorkomend onderdeel dat voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is; en
  • 9 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
De verdediging heeft aangevoerd dat een deur met een (generiek) onderdeelnummer dat duidt op een specifiek merk en model, niet fabrieksmatig gemonteerd kan zijn in een ander model van hetzelfde merk. Dit is erkend door VbV Derden en vervolgens is aanvullend onderzoek verricht naar 8 portieren. Dit heeft ertoe geleid dat twee portieren, die in eerste instantie opgenomen waren in de samenstellingsrapportages, vervangen zijn door twee portieren, waarvan met 100% zekerheid gesteld kan worden dat deze afkomstig zijn van het voertuig met kenteken
[kenteken 20] . [57]
20) Volkswagen Tiguan met kenteken [kenteken 21]
Namens [bedrijf 11] en [naam 3] heeft [aangever 20] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Tiguan met kenteken [kenteken 21] , gepleegd in de periode van 3 juli 2012 om 23.30 uur en 4 juli 2012 om 06.20 uur. [58]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 18 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 21] . Er is sprake van:
  • 3 onderdelen (zijnde deuren) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 3 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn,
  • 2 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 10 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
21) Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 22]
Namens [naam 4] heeft [aangever 21] aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 22] , gepleegd in de periode van 10 mei 2012 om 07.00 uur en 11 mei 2012 om 12.00 uur. [60]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 23 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 22] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een zekeringskast) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 1 exterieurdeel dat hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is;
  • 1 beperkt voorkomend onderdeel dat voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig is; en
  • 20 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
VbV Derden heeft nog opgemerkt dat in eerste instantie geen zekeringskast was opgenomen in de samenstellingsrapportage. Bij het doorzoeken van de administratie is dit onderdeel alsnog aangetroffen en aan de rapportage toegevoegd. [61]
22) Volkswagen Polo met kenteken [kenteken 23]
[aangever 22] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Polo met kenteken [kenteken 23] , gepleegd in de periode van 17 mei 2015 om 19.15 uur en 18 mei 2015 om 10.30 uur. [62]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 9 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 23] . Er is sprake van:
  • 2 onderdelen (zijnde portieren) die met 100% zekerheid afkomstig zijn van dit voertuig;
  • 3 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 4 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
VbV Derden heeft nog opgemerkt dat in eerste instantie de portieren niet waren gekoppeld. Deze zijn alsnog toegevoegd aan de samenstellingsrapportage. [63]
23) Audi A3 met kenteken [kenteken 24]
[aangever 23] heeft aangifte gedaan van diefstal van een Audi A3 met kenteken [kenteken 24] , gepleegd in de periode van 31 maart 2014 om 23.30 uur en 1 april 2014 om 08.00 uur. [64]
Uit het onderzoek van VbV Derden volgt dat bij [bedrijf 1] 35 onderdelen zijn aangetroffen die gekoppeld kunnen worden aan het voertuig met kenteken [kenteken 24] . Er is sprake van:
  • 1 onderdeel (zijnde een zekeringskast) dat met 100% zekerheid afkomstig is van dit voertuig;
  • 2 exterieurdelen die hoogstwaarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn;
  • 5 beperkt voorkomende onderdelen die voldoende waarschijnlijk van dit voertuig afkomstig zijn; en
  • 27 overige onderdelen die vermoedelijk van dit voertuig afkomstig zijn.
24) Mercedes Benz Vito met kenteken [kenteken 25]
Namens [bedrijf 12] heeft [aangever 24] aangifte gedaan van diefstal van een Mercedes Benz Vito met kenteken [kenteken 25] .
Uit het rapport van VbV Derden volgt dat in eerste instantie portieren waren gekoppeld aan het voertuig met kenteken [kenteken 25] . Dit bleken echter witte portieren, terwijl voornoemd voertuig zwart van kleur was. VbV Derden heeft verklaard dat zij voor de voertuigen van het VAG-concern via DAT de gebruikte kleuren geautomatiseerd binnen krijgen. In het geval van Mercedes wordt dit handmatig opgevraagd. De informatie is niet juist verkregen, dan wel niet juist verwerkt. Ook had uit het DAT-profiel afgeleid moeten worden dat het voertuig was uitgevoerd met een achterklep. De eerder getrokken conclusie dat de exterieurdelen hoogstwaarschijnlijk toebehoren aan het voertuig met kenteken [kenteken 25] houdt geen stand. Het samenstellingsrapport van dit voertuig is om die reden teruggetrokken.
Overwegingen
Nu het samenstellingsrapport ten aanzien van voertuig 24 door VbV Derden is teruggetrokken, en derhalve niet kan worden vastgesteld dat onderdelen van dit voertuig bij [bedrijf 1] zijn aangetroffen, zal de rechtbank verdachte van dit onderdeel van de tenlastelegging vrijspreken.
Met betrekking tot de voertuigen 1 tot en met 23 op de tenlastelegging, leidt de rechtbank uit voornoemde onderzoeksresultaten het volgende af. Ten aanzien van al deze voertuigen, is aangifte gedaan van diefstal. Bij doorzoekingen bij [bedrijf 1] op 6 en 9 november 2015 is een grote hoeveelheid auto-onderdelen aangetroffen. Deze onderdelen zijn onderzocht op uniek identificeerbare kenmerken en op overige onderdeelnummers. Via het LIV zijn uniek identificeerbare kenmerken herleid tot een VIN nummer en bijbehorend kenteken. Hoewel de verdediging deze gang van zaken heeft betwist, ziet de rechtbank geen aanleiding om te twijfelen aan de stellingen van de deskundigen dat unieke identificeerbare onderdelen te herleiden zijn tot een VIN nummer en daarmee tot een specifiek voertuig. Aan de hand van het VIN nummer heeft VbV Derden voor ieder voertuig het DAT-profiel opgevraagd. Dit bevat specificaties van een voertuig, waaronder een omschrijving van de uitrusting en (niet-unieke) DAT-codes die door de fabrikant op onderdelen zijn aangebracht. Deze codes zijn - per VIN nummer - vergeleken met de onderdelen die bij [bedrijf 1] zijn aangetroffen. Bij een match zijn deze onderdelen toegevoegd aan de samenstelling van het voertuig. Op deze manier zijn samenstellingsrapporten tot stand gekomen. Deze samenstellingsrapporten zijn door de verdediging uitvoerig betwist. Naar aanleiding daarvan heeft VbV Derden aanvullend onderzoek verricht en zijn eindconclusies getrokken. Uit het onderzoek van VbV Derden maakt de rechtbank op dat van alle voertuigen op de tenlastelegging (behoudens voertuig 24) meerdere onderdelen zijn aangetroffen bij [bedrijf 1] . Ten aanzien van alle voertuigen, is in ieder geval één uniek identificeerbaar onderdeel aangetroffen, dat met 100% zekerheid toebehoort aan dat voertuig. De rechtbank ziet geen enkele aanleiding om aan deze vaststellingen door de deskundigen te twijfelen. Verder zijn (in de meeste gevallen) exterieurdelen aangetroffen, die hoogst waarschijnlijk bij een specifiek voertuig behoren, en onderdelen die voldoende waarschijnlijk dan wel vermoedelijk afkomstig zijn van een specifiek voertuig. Mede gelet op de zeer grote hoeveelheid auto-onderdelen die bij [bedrijf 1] is aangetroffen, heeft de rechtbank de overtuiging bekomen dat de onderdelen in de andere categorieën eveneens afkomstig zijn van de voertuigen op de tenlastelegging. Dat in een zogenaamde verborgen ruimte kratten met gereedschappen zijn aangetroffen, waarvan in ieder geval één stuk gereedschap, een trap voorzien van bedrijfsnaam, hoogstwaarschijnlijk afkomstig is uit een gestolen voertuig, draagt eveneens bij aan de overtuiging van de rechtbank.
Tussenconclusie
Op grond van voorgaande stelt de rechtbank vast dat ten aanzien van alle voertuigen op de tenlastelegging (behoudens voertuig 24) onderdelen zijn aangetroffen bij [bedrijf 1] en dat deze onderdelen van misdrijf afkomstig zijn.
Wetenschap
Voor een bewezenverklaring van opzetheling dient te worden vastgesteld dat verdachte ten tijde van het verwerven of voorhanden krijgen wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. Voorwaardelijk opzet daartoe volstaat. Onder omstandigheden kan een rol spelen of verdachte een aannemelijke verklaring heeft gegeven met betrekking tot het voorhanden hebben van het voorwerp. De rechtbank overweegt als volgt.
In het bedrijf van verdachte is een zeer grote hoeveelheid auto-onderdelen aangetroffen. Van een groot deel daarvan is vastgesteld dat deze onderdelen afkomstig zijn van misdrijf. Hoewel verdachte heeft verklaard dat hij een inkoopregister bij hield, is in de boekhouding (die in beslag is genomen) geen opkopersregister aangetroffen, noch een administratie waaruit de inkoop van de betreffende onderdelen blijkt. Verdachte heeft verklaard dat hij zelf geen kentekens heeft verwijderd en dat hem niet is opgevallen dat er onderdelen zonder kenmerken waren. Dit is opmerkelijk, gelet op de bevindingen van onderzoeker [verbalisant] , dat van zeer veel onderdelen de unieke fabriekskenmerken verwijderd dan wel onleesbaar waren gemaakt, door het wegkrassen of verwijderen van (delen van) de betreffende stickers. Ook waren in autoruiten gegraveerde kentekens weggekrast of weggeslepen. [verbalisant] heeft hierover opgemerkt dat het verwijderen, wegslijpen en verminken van unieke kenmerken en kentekens van voertuigonderdelen en ruiten arbeidsintensief en voor een legale autosloperij zinloos is. [66] Verder weegt de rechtbank mee dat veel auto-onderdelen (waaronder portieren, spatschermen en bumpers) zijn aangetroffen die van recente bouwjaren waren en geen aanrijdingschade vertoonden, hetgeen niet gebruikelijk is bij een legale autosloperij. [67] Ook constateert de rechtbank dat de verschillende onderdelen gesorteerd op verschillende plaatsen in het bedrijf zijn aangetroffen. [68] Dit laatste doet vermoeden dat deze onderdelen ook daadwerkelijk door verdachte zijn bekeken.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de verklaring van verdachte, dat hem niet was opgevallen dat kenmerken verwijderd waren, dan ook niet aannemelijk. Ten overvloede merkt de rechtbank nog op dat het een feit van algemene bekendheid is dat (onderdelen van) gestolen auto’s in het helingcircuit terecht komen. Voor een professioneel autohandelaar als verdachte had het voor de hand gelegen hierop opmerkzaam te zijn, te meer nu het een grote hoeveelheid onderdelen betreft die van gestolen voertuigen afkomstig blijkt te zijn.
Bovenstaande in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dat verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen dan wel verwerven van de bewezenverklaarde onderdelen op zijn minst bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat deze van misdrijf afkomstig waren.
Gewoonteheling
Voor het plegen van gewoonteheling is voldoende dat vast komt te staan dat verdachte binnen een beperkt tijdbestek zich meermalen schuldig maakt aan opzetheling en is niet van belang of verdachte daarmee het oogmerk had hiervan een gewoonte maken. De rechtbank overweegt dat de onderdelen van de voertuigen zijn aangetroffen bij de doorzoekingen op 6 en 9 november 2015. Uit de aangiftes volgt dat de ten laste gelegde voertuigen zijn gestolen tussen 10 mei 2012 en 5 augustus 2015. Daarbij merkt de rechtbank nog het volgende op. Het onderzoek heeft zich (uiteindelijk) geconcentreerd op de gestolen voertuigen ten aanzien waarvan de aangevers een vordering tot schadevergoeding hebben ingediend als benadeelde partij. De aanzienlijke hoeveelheid onderdelen die is aangetroffen, is - volgens de politie - te herleiden naar veel meer gestolen voertuigen. Nu verdachte zich binnen een tijdsbestek van 3,5 jaar in ieder geval 23 keer schuldig heeft gemaakt aan opzetheling, is de rechtbank van oordeel dat de gewoonteheling wettig en overtuigend bewezen is.
Vrijspraak medeplegen
Nu de rechtbank niet bewezen acht dat verdachte het feit tezamen en in vereniging met medeverdachte [medeverdachte] heeft gepleegd, en ook niet is gebleken dat een (onbekend gebleven) derde persoon hierbij betrokken is geweest, zal de rechtbank verdachte vrijspreken van dit onderdeel van de tenlastelegging.
Conclusie
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 2 ten laste gelegde feit heeft gepleegd.
De rechtbank heeft geconstateerd dat telkens ten laste is gelegd: “(…) tot en met 6 november 2016 (…)”. Dat in de tenlastelegging het jaartal 2016 is opgenomen, moet naar het oordeel van de rechtbank worden beschouwd als een kennelijke verschrijving, gelet op het feit dat de doorzoeking op 6 november 2015 heeft plaatsgevonden. De verdediging is hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
Ten aanzien van feit 1
Gelet op de aangifte van [slachtoffer 1] stelt de rechtbank vast dat de Volkswagen Caddy met kenteken 5-VZG-6 van diefstal afkomstig is. De rechtbank dient vervolgens de vraag te beantwoorden of verdachte wist dan wel redelijkerwijs had moeten vermoeden dat dit voertuig van diefstal afkomstig was. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan gewoonteheling van een grote hoeveelheid auto-onderdelen. De zaak is aan het rollen gebracht nadat het voornoemde voertuig reeds enkele uren na de diefstal deels gestript op de hefbrug in de loods van de autosloperij werd aangetroffen. Verdachte heeft verklaard dat hij het voertuig niet had gekocht, maar dat hij het alleen uit elkaar moest halen. Verdachte heeft verklaard geen enkel vermoeden te hebben gehad dat het voertuig van misdrijf afkomstig zou zijn. De rechtbank verwijst naar hetgeen zij onder feit 2 heeft overwogen en merkt het volgende op. In een dergelijke situatie, waarbij door een klant (die verdachte naar eigen zeggen pas een paar weken kende) verzocht wordt een auto te demonteren, had het voor de hand gelegen dat verdachte als professioneel handelaar onderzocht had of het voertuig van diefstal afkomstig was. Dat verdachte aan de klant gevraagd zou hebben of het geen ‘pikkert’ was, acht de rechtbank daartoe onvoldoende.
Bovenstaande in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat het ook in dit geval niet anders kan zijn dat verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van het bewezenverklaarde voertuig op zijn minst bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat deze van misdrijf afkomstig was. De rechtbank acht het onder 1 ten laste gelegde feit dan ook wettig en overtuigend bewezen.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
Hij op
of omstreeks6 november 2015, in de gemeente Nijmegen,
althans (elders) in Nederland,een (zogenaamde) bestelauto (merk Volkswagen, type Caddy, kleur zwart) (kenteken [kenteken 1] )
heeft verworven,voorhanden heeft gehad
en/of heeftovergedragen, terwijl hij ten tijde van
het verwerven ofhet voorhanden krijgen van voornoemde bestelauto wist
of redelijkerwijs had moeten vermoedendat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
2.
Hij op
een ofmeer tijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 10 mei 2012 tot en met 6 november 2015, in de gemeente Nijmegen en
/ofin de gemeente Groesbeek
en/of/althans (in ieder geval) (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen,
een gewoonte heeft gemaakt van het plegen van opzetheling,
immers heeft hij, verdachte,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,in na te melden periode
(s
), na te melden goederen verworven en voorhanden gehad
en/of overgedragen, terwijl hij
/zijten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die goederen wist
(en)dat het door misdrijf verkregen goed
(eren
)betrof, te weten:
1. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 17 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 2] (aangifte blz. 0273 tot en met 0277), in
of omstreeksde periode van 5 juli 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
2. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 20 van de lijst), Volkswagen Transporter Multivan, kenteken [kenteken 3] (aangifte blz. 0293), in
of omstreeksde periode van 5 maart 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
3. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 21 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 4] (aangifte blz. 0302 en 0303), in
of omstreeksde periode van 4 januari 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
4. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 28 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 5] (aangifte blz. 0361 tot en met 0367), in
of omstreeksde periode van 29 januari 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
5. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 30 van de lijst), Seat Ibiza, kenteken [kenteken 6] (aangifte blz. 402+403), in
of omstreeksde periode van 6 maart 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
6. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 31 van de lijst), Seat Ibiza, kenteken [kenteken 7] (aangifte blz. 413+414), in
of omstreeksde periode van 3 april 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
7. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 35 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 8] (aangifte blz. 437+438), in
of omstreeksde periode van 4 januari 2015 tot en met 6 november 2015 en
/of
8. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 45 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 9] (aangifte blz. 529+530), in
of omstreeksde periode van 8 oktober 2012 tot en met 6 november 2015 en
/of
9. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 47 van de lijst), Volkswagen Caddy TDI 77 KW, kenteken [kenteken 10] (aangifte blz. 545+546), in
of omstreeksde periode van 25 juli 2014 tot en met 6 november 2015 en
/of
10. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 63 van de lijst), Volkswagen Caddy, kenteken [kenteken 11] (aangifte blz. 651+654), in
of omstreeksde periode van 16 april 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
11. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 69 van de lijst), Skoda Octavia, kenteken [kenteken 12] (aangifte blz. 705+709), in
of omstreeksde periode van 11 september 2012 tot en met 6 november 2015 en
/of
12. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 72 van de lijst), Volkswagen Transporter Multivan, kenteken [kenteken 13] (aangifte blz. 727+729), in
of omstreeksde periode van 25 augustus 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
13. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 75 van de lijst), Volkswagen Polo, kenteken [kenteken 14] (aangifte blz. 755+758), in
of omstreeksde periode van 5 augustus 2015 tot en met 6 november 2015 en
/of
14. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 81 van de lijst), Volkswagen GTI, kenteken [kenteken 15] (aangifte blz. 801+802), in
of omstreeksde periode van 2 juni 2012 tot en met 6 november 2015 en
/of
15. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 87 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 16] (aangifte blz. 842+843), in
of omstreeksde periode van 28 juni 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
16. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 95 van de lijst), Volkswagen Transporter TDI, kenteken [kenteken 17] (aangifte blz. 915+916), in
of omstreeksde periode van 18 november 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
17. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 100 van de lijst), Volkswagen Caravelle, kenteken [kenteken 18] (aangifte blz. 964+965), in
of omstreeksde periode van 19 september 2013 tot en met 6 november 2015 en
/of
18. onderdelen van een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 102 van de lijst), Volkswagen Transporter Bestel, kenteken [kenteken 19] (aangifte blz. 996+997), in
of omstreeksde periode van 14 november 2012 tot en met 6 november 2015 en
/of
19. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 116 van de lijst), Volkswagen Touran, kenteken [kenteken 20] (aangifte blz. 1122+1123), in
of omstreeksde periode van 30 januari 2015 tot en met 6 november 2015 en
/of
20. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 118 van de lijst), Volkswagen Tiguan, kenteken [kenteken 21] (aangifte blz. 1136+1137), in
of omstreeksde periode van 3 juli 2012 tot en met 6 november 2015 en
/of
21. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 123 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 22] (aangifte blz. 1179+1180), in
of omstreeksde periode van 10 mei 2012 tot en met 6 november 2015 en
/of
22. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 139 van de lijst), Volkswagen Polo, kenteken [kenteken 23] (aangifte blz. 1299+1300), in
of omstreeksde periode van 17 mei 2015 tot en met 6 november 2015 en
/of
23. onderdelen van een (personen)auto (voertuig 141 van de lijst), Audi A3, kenteken [kenteken 24] (aangifte blz. 1312+1313), in
of omstreeksde periode van 31 maart 2014 tot en met 6 november 2015.
en/of

24. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 145 van de lijst), Mercedes Benz Vito, kenteken [kenteken 25] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 1352 + 1353), in of omstreeks de periode van 17 augustus 2015 tot en met 6 november 2016.

Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
opzetheling;
Ten aanzien van feit 2:
een gewoonte maken van het plegen van opzetheling.

5.De strafbaarheid van het feit

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren. De officier van justitie heeft ook gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een ontzetting van het recht tot uitoefening van de beroepen van automonteur, autosloper en verkoper van auto’s en auto-onderdelen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht rekening te houden met de overschrijding van de redelijke termijn.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op het uittreksel justitiële documentatie, gedateerd 18 maart 2019.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan gewoonteheling. Bij een doorzoeking in zijn bedrijf zijn ruim 10.000 auto-onderdelen aangetroffen. Een groot aantal onderdelen was te herleiden naar (in ieder geval) 23 voertuigen, die tussen mei 2012 en augustus 2015 zijn gestolen. Verdachte heeft door zijn (beroepsmatig) handelen een rol gespeeld bij het in stand houden van de illegale handel in gestolen voertuigen, onderdelen daarvan en andere goederen. Hierdoor zijn meerdere mensen flink benadeeld, terwijl verdachte zich niet heeft bekommerd om de schade en overlast die hij met zijn handelen heeft veroorzaakt. De rechtbank rekent dit verdachte zwaar aan.
De rechtbank heeft verder acht geslagen op het strafblad van verdachte, waaruit blijkt dat verdachte in het verleden eenmaal strafrechtelijk is veroordeeld. Bij de strafmaat houdt de rechtbank verder rekening met de persoonlijke omstandigheden van verdachte en met de ernst van het feit.
De rechtbank heeft kennis genomen van het feit dat de redelijke termijn is overschreden. Zij zal daaraan geen consequenties verbinden en overweegt daartoe als volgt. Het strafrechtelijk onderzoek heeft veel tijd in beslag genomen, omdat onderzoek gedaan moest worden naar een zeer grote hoeveelheid auto-onderdelen. Ook moest informatie ingewonnen worden bij derde partijen. Daarnaast zijn - op verzoek van de verdediging - getuigen gehoord door de
rechter-commissaris. Gelet op bovenstaande en op de ingewikkeldheid van het dossier, is de rechtbank van oordeel dat geen sprake is van een dusdanige overschrijding van de redelijke termijn, dat daaraan consequenties moeten worden verbonden.
Alles afwegende zal de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf opleggen voor de duur van 48 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar. Anders dan de officier van justitie heeft geëist zal de rechtbank aan verdachte geen ontzetting van het recht tot uitoefening van een beroep opleggen. De strafbare feiten zijn inmiddels 3,5 jaar geleden begaan en verdachte heeft naar het zich laat aanzien sindsdien geen strafbare feiten meer gepleegd. Het opleggen van een beroepsverbod voegt naar het oordeel van de rechtbank niets toe. Het aanzienlijke voorwaardelijk deel van de op te leggen straf en de duur van de proeftijd moeten verdachte ervan weerhouden opnieuw in de fout te gaan.
Beslag
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat de handelsvoorraad en de op 22 februari 2016 in beslag genomen goederen verbeurd dienen te worden verklaard.
7a. De beoordeling van de civiele vorderingen, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
Ter zake van de feiten 1 en 2 hebben diverse benadeelde partijen zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van een schadevergoeding.
Het standpunt van de officier van justitie
Materiële schade
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van de vordering van [naam 5] (feit 1) op het standpunt gesteld dat een bedrag van € 2.272,05 toewijsbaar is. Het resterende bedrag van
€ 4.171,33 is niet toewijsbaar, omdat rekening dient te worden gehouden met de afschrijving van het voertuig. De benadeelde partij dient in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van de vordering van [bedrijf 3] (feit 2 onder 1) heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de materiële schade onvoldoende is onderbouwd. De benadeelde partij dient in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van de vordering van [aangever 4] (feit 2 onder 4) heeft de officier zich op het standpunt gesteld dat de vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard, nu deze niet is onderbouwd.
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van de vordering van [bedrijf 5] (feit 2 onder 5) op het standpunt gesteld dat het aankoopbedrag van de auto gematigd dient te worden tot
€ 9.000,-. De vordering is toewijsbaar tot een bedrag van € 10.176,92 en voor het overige dient te benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van de vorderingen van [bedrijf 6] (feit 2 onder 6 en 19) heeft de officier van justitie aangevoerd dat een machtiging tot het indienen van de vorderingen ontbreekt en dat de benadeelde partij om die reden niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
Ten aanzien van de vordering van [aangever 10] (feit 2 onder 10) heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de vordering onvoldoende is onderbouwd en dat de benadeelde partij om die reden niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van de vordering van [aangever 11] (feit 2 onder 11) heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat een bedrag van € 11.264,81 toewijsbaar is. Het resterende bedrag van € 800,- voor de bruikleen en brandstof van de auto, is niet toewijsbaar. Voor het overige dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van de vordering van [aangever 13] (feit 2 onder 13) op het standpunt gesteld dat het aankoopbedrag van de auto gematigd dient te worden tot
€ 9.200,-, tot welk bedrag de vordering toewijsbaar is. Voor het overige dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van de vordering van [bedrijf 10] (feit 2 onder 15) heeft de officier van justitie aangevoerd dat een machtiging ontbreekt en dat de vordering onvoldoende is onderbouwd. De benadeelde partij dient niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van de vordering van [aangever 16] (feit 2 onder 16) op het standpunt gesteld dat de materiële schade toegewezen kan worden tot een bedrag van € 649,45. De posten ‘lenen van een huurauto’ en ‘extra voorzieningen om diefstal te voorkomen’ (in totaal € 1.191,79) staan in een te ver verwijderd verband tot het strafbare feit. Voor dit deel van de vordering dient te benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van de vordering van [naam 4] (feit 2 onder 21) op het standpunt gesteld dat de materiële schade kan worden toegewezen tot een bedrag van
€ 10.500,-. De post ‘aanpassing auto’ (in totaal € 4.000,-) komt niet voor vergoeding in aanmerking. De benadeelde partij dient in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van de vordering van [aangever 23] (feit 2 onder 23) heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de vordering dient te worden verminderd met € 500 wegens inruil.
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van de vordering van [bedrijf 12] (feit 2 onder 24) op het standpunt gesteld dat de vordering onvoldoende duidelijk is en dat de benadeelde partij om die reden niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vordering.
De officier van justitie acht de vorderingen van alle overige benadeelde partijen volledig toewijsbaar voor zover dit de gevorderde materiële schade betreft. Het betreft de vorderingen die zijn ingediend ten aanzien van feit 2 onder 2, 3, 7, 9, 12, 14, 17, 18, 20 en 22. De bedragen dienen te worden vermeerderd met de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel dient te worden opgelegd.
Immateriële schade
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de immateriële schade, zoals gevorderd door [bedrijf 3] (feit 2 onder 1), [aangever 16] (feit 2 onder 16) en [naam 4] (feit 2 onder 21) telkens gematigd dient te worden tot een bedrag van € 500,-. Voor het overige dienen te benadeelde partijen niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vorderingen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich - gelet op de verzochte vrijspraak - op het standpunt gesteld dat alle benadeelde partijen niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard in de vorderingen, dan wel dat de vorderingen van de benadeelde partijen afgewezen moeten worden.
Beoordeling door de rechtbank
Onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 24 maart 1998 (ECLI:NL:HR:1998:ZD0985) overweegt de rechtbank dat ook in het geval van heling benadeelde partijen aanspraak kunnen maken op een vergoeding van de schade indien er voldoende verband bestaat tussen de helingshandeling en de geleden schade om deze schade als rechtstreekse schade te kunnen aanmerken. De rechtbank acht hier een dergelijk verband aanwezig. Van de gestolen auto’s zijn vele onderdelen in de autosloperij van verdachte aangetroffen, waarbij in alle gevallen de zichtbare identificerende kenmerken waren verwijderd. Uit het onder 1 tenlastegelegde feit blijkt bovendien dat de gestolen auto reeds zeer kort na de diefstal bij verdachte in het bedrijf werd gedemonteerd. Een en ander doet vermoeden dat verdachte betrokken is bij het onherkenbaar maken van de in zijn bedrijf aangetroffen gestolen auto-onderdelen. De rechtbank ziet hierin een voldoende nauw verband met de door de bestolenen geleden schade om deze als rechtstreekse schade te kunnen aanmerken. Ook zijn in het bedrijf van verdachte goederen uit een gestolen auto aangetroffen.
Materiële schade
Toegewezen vorderingen
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vorderingen is gebleken, vast komen te staan dat de volgende benadeelde partijen als gevolg van het onder 2 bewezen verklaarde handelen tot het gevorderde bedrag schade hebben geleden:
  • [aangever 2] (feit 2 onder 2);
  • [bedrijf 4] (feit 2 onder 3);
  • [bedrijf 7] (feit 2 onder 7);
  • [aangever 9] (feit 2 onder 9);
  • [aangever 12] (feit 2 onder 12);
  • [aangever 14] (feit 2 onder 14);
  • [aangever 17] (feit 2 onder 17);
  • [bedrijf 11] (feit 2 onder 20);
  • [aangever 22] (feit 2 onder 22);
  • [aangever 23] (feit 2 onder 23).
Verder is vast komen te staan dat de volgende benadeelde partijen als gevolg van het onder feit 1 en 2 bewezen verklaarde handelen materiële schade hebben geleden:
  • [naam 5] (feit 1);
  • [bedrijf 5] (feit 2 onder 5);
  • [aangever 11] (feit 2 onder 11);
  • [aangever 13] (feit 2 onder 13);
  • [aangever 18] (feit 2 onder 18);
  • [naam 4] (feit 2 onder 21).
Ten aanzien van deze vorderingen overweegt de rechtbank als volgt.
[naam 5] (feit 1) heeft een bedrag van € 17.443,28 aan materiële schade opgevoerd, dat na aftrek van de vergoede schade (€ 11.000,-) neerkomt op een te vorderen bedrag van
€ 6.443,38. Ten aanzien van de kosten voor de Volkswagen Caddy overweegt de rechtbank als volgt. De factuur van de aankoop van de Volkswagen Caddy is van 18 september 2012. De Volkswagen Caddy is op 5 of 6 november 2015 gestolen, zo volgt uit de aangifte. Uit de overgelegde stukken blijkt dat de benadeelde partij op 19 november 2015 een bedrag van € 11.000,- heeft ontvangen van Goudse verzekeringen. De rechtbank neemt aan dat de benadeelde partij dit bedrag heeft ontvangen als gevolg van de diefstal van de Volkswagen Caddy. Nu ter onderbouwing slechts een bankafschrift is overgelegd van de uitkering van de verzekeringsmaatschappij kan de rechtbank niet vaststellen van welke waarde (bijvoorbeeld dagwaarde of vervangingswaarde) de verzekeringsmaatschappij is uitgegaan bij de uitkering. De rechtbank acht dan ook onvoldoende onderbouwd dat de benadeelde partij meer schade heeft geleden dan reeds door de verzekeringsmaatschappij is uitgekeerd. De overige door de benadeelde partij gevorderde schade, zijnde de huurauto en het GPS-systeem (inclusief inbouw) acht de rechtbank voldoende onderbouwd. Tevens komt deze schade voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal de vordering ten aanzien van deze schade, zijnde € 2.272,05, toewijzen. Voor het overige wordt de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering.
[bedrijf 5] (feit 2 onder 5) heeft een bedrag van € 15.518,09 gevorderd aan materiële schade. De rechtbank overweegt dat de factuur van de aankoop van de Seat Ibiza dateert van 9 mei 2011. Het aankoopbedrag bedraagt € 14.341,27. Blijkens de aangifte is de auto op 6 of 7 maart 2013 gestolen. De rechtbank ziet, gelet op de leeftijd van de Seat Ibiza ten tijde van de diefstal (afgerond één jaar en negen maanden), aanleiding rekening te houden met afschrijving. Deze afschrijving schat de rechtbank op 20%. De rechtbank begroot de schade ten aanzien van de Seat Ibiza op € 11.473,02. Dit bedrag komt voor vergoeding in aanmerking. Voorts zijn ook de kosten voor vervangend vervoer voldoende onderbouwd en komen deze voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal de vordering toewijzen tot een bedrag van € 12.649,84. Voor het overige wordt de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering.
[aangever 11] (feit 2 onder 11) heeft een bedrag van € 12.064,81 aan materiële schade gevorderd. De rechtbank overweegt dat de kosten voor de bruikleen van de auto en brandstof onvoldoende zijn onderbouwd. De rechtbank verklaart de benadeelde partij voor dit deel van de vordering niet-ontvankelijk. Voor het overige is de gevorderde materiële schade voldoende onderbouwd en komt deze voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank wijst de vordering toe tot een bedrag van € 11.264,81.
[aangever 13] (feit 2 onder 13) heeft een bedrag van € 11.500,- aan materiële schade gevorderd. De rechtbank overweegt dat de factuur van de aankoop van de Volkswagen Polo dateert van 19 april 2014. Het aankoopbedrag bedraagt € 11.500,-. Blijkens de aangifte is de auto op 5 augustus 2015 gestolen. De rechtbank ziet, gelet op de waarde van de Volkswagen Polo ten tijde van de aankoop en het moment van de aangifte van de diefstal, aanleiding rekening te houden met afschrijving. Deze schat de rechtbank op 20%. De rechtbank begroot de schade van de Volkswagen Polo op € 9.200,-. Dit bedrag komt voor vergoeding in aanmerking. Voor het overige wordt de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering.
[aangever 18] (feit 2 onder 18) heeft een bedrag van € 7.921,60 aan materiële schade gevorderd. De kosten met betrekking tot de aanschaf van nieuw gereedschap zijn gedeeltelijk onderbouwd tot een bedrag van € 2.067,05. Deze post zal dan ook worden toegewezen tot dit bedrag. Ten aanzien van de overige werkzaamheden heeft de benadeelde partij enig inzicht gegeven in de werkzaamheden, maar niet hoeveel tijd en welke kosten hiertegenover staan. Omdat de rechtbank het wel aannemelijk acht dat hier kosten tegenover staan, zal de rechtbank deze begroten op € 250,-. De extra accountantskosten zijn ook voldoende onderbouwd en komen voor vergoeding in aanmerking. Ten aanzien van de omzetderving overweegt de rechtbank dat deze onvoldoende is onderbouwd. Daarnaast is niet gebleken in hoeverre de benadeelde partij heeft getracht deze schade te beperken. De rechtbank zal de vordering toewijzen tot een bedrag van € 2.317,05. Voor het overige wordt de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering.
[naam 4] (feit 2 onder 21) heeft een bedrag van € 28.500,- aan materiële schade opgevoerd, dat na aftrek van de vergoede schade (€ 14.000,-) neerkomt op een te vorderen bedrag van
€ 14.500,-. De benadeelde partij stelt dat het aankoopbedrag van de Volkswagen Golf
€ 20.000,- bedraagt. Voorts stelt de benadeelde partij dat reeds € 14.000,- is vergoed door de verzekering. Beide bedragen zijn niet – met stukken – onderbouwd. De rechtbank acht dan ook onvoldoende onderbouwd dat de benadeelde partij meer schade heeft geleden dan reeds door de verzekeringsmaatschappij is uitgekeerd. Evenmin is de gevorderde schade met betrekking tot de wielen en de aanpassing auto onderbouwd. Ten aanzien van de schade die de benadeelde partij vordert ten aanzien van de Volkswagen Golf, de wielen en aanpassing auto (in totaal € 22.500,-), wordt de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard.
De materiële schade met betrekking tot de camera en computer acht de rechtbank voldoende onderbouwd. Deze schade komt ook voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal de vordering toewijzen tot een bedrag van € 2.000,-.
De rechtbank wijst, met inachtneming van het voorgaande, de vorderingen van voornoemde benadeelde partijen voor materiële schade toe. Verdachte is naar burgerlijk recht aansprakelijk voor de geleden materiële schade.
De rechtbank merkt op dat de toegewezen bedragen van alle benadeelde partijen in bijlage 2 zijn opgenomen onder “Toegewezen”. Alle bedragen dienen telkens te worden vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente vanaf 6 november 2015.
De rechtbank ziet aanleiding om aan verdachte op basis van het bepaalde in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van de toe te wijzen bedragen ten behoeve van de in bijlage 2 genoemde benadeelde partijen.
Bij het berekenen van de vervangende hechtenis heeft de rechtbank rekening gehouden met het feit dat in totaal niet meer dan 360 dagen aan vervangende hechtenis kan worden opgelegd. Gelet op het groot aantal benadeelde partijen heeft de rechtbank de vervangende hechtenis als volgt berekend:
Toegewezen bedrag vervangende hechtenis
€ 0 tot en met € 350,- 1 dag
€ 351,- tot en met € 700,- 2 dagen
€ 701,- tot en met € 1.050,- 3 dagen
€ 1.051,- tot en met € 1.400,- 4 dagen
€ 1.401,- tot en met € 1.750,- 5 dagen
€ 1.751,- tot en met € 2.100,- 6 dagen
€ 2.101,- tot en met € 2.450,- 7 dagen
€ 2.451,- tot en met € 2.800,- 8 dagen
€ 2.801,- tot en met € 3.150,- 9 dagen
€ 3.151,- tot en met € 3.500,- 10 dagen
€ 3.501,- tot en met € 3.850,- 11 dagen
€ 3.851,- tot en met € 4.200,- 12 dagen
€ 4.201,- tot en met € 4.550,- 13 dagen
€ 4.551,- tot en met € 4.900,- 14 dagen
€ 4.901,- tot en met € 5.250,- 15 dagen
€ 5.251,- tot en met € 5.600,- 16 dagen
€ 5.601,- tot en met € 5.950,- 17 dagen
€ 5.951,- tot en met € 6.300,- 18 dagen
€ 6.301,- tot en met € 6.650,- 19 dagen
€ 6.651,- tot en met € 7.000,- 20 dagen
€ 7.001,- tot en met € 7.350,- 21 dagen
€ 7.351,- tot en met € 7.700,- 22 dagen
€ 7.701,- tot en met € 8.050,- 23 dagen
€ 8.051,- tot en met € 8.400,- 24 dagen
€ 8.401,- tot en met € 8.750,- 25 dagen
€ 8.751,- tot en met € 9.100,- 26 dagen
€ 9.101,- tot en met € 9.450,- 27 dagen
€ 9.451,- tot en met € 9.800,- 28 dagen
€ 9.801,- tot en met € 10.150,- 29 dagen
€ 10.151,- tot en met € 10.500,- 30 dagen
€ 10.501,- tot en met € 10.850,- 31 dagen
€ 10.851,- tot en met € 11.200,- 32 dagen
€ 11.201,- tot en met € 11.550,- 33 dagen
€ 11.551,- tot en met € 11.900,- 34 dagen
€ 11.901,- tot en met € 12.250,- 35 dagen
€ 12.251,- tot en met € 12.600,- 36 dagen
€ 12.601,- tot en met € 12.950,- 37 dagen
€ 12.951,- tot en met € 13.300,- 38 dagen
[…]
€ 26.251,- tot en met € 26.600,- 76 dagen
Ten aanzien van de overige vorderingen
[bedrijf 3] (feit 2 onder 1) heeft een bedrag van € 1.950,- aan materiële schade opgevoerd, dat na aftrek van de vergoede schade (€ 1.500,-) neerkomt op een te vorderen bedrag van € 1.650,-. De benadeelde partij heeft gesteld dat er gereedschap in de auto lag met een waarde van € 950,- en dat hij door de diefstal € 1.000,- inruilkorting op een nieuwe auto niet heeft ontvangen. De rechtbank overweegt dat beide schadeposten niet – met stukken – zijn onderbouwd. De rechtbank verklaart derhalve de benadeelde partij
niet-ontvankelijk in de vordering.
[aangever 4] (feit 2 onder 4) heeft een bedrag van € 30.560,- aan materiële schade opgevoerd, dat na aftrek van de vergoede schade (€ 16.240,-) neerkomt op een te vorderen bedrag van € 14.320,-. De rechtbank overweegt dat de gevorderde materiële schade onvoldoende – met stukken – is onderbouwd. Daarnaast heeft de benadeelde partij onvoldoende inzichtelijk gemaakt voor welke posten hij (deels) een vergoeding heeft ontvangen van de verzekeringsmaatschappij. De rechtbank verklaart derhalve de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
[bedrijf 6] heeft een bedrag van € 10.806,02 (feit 2 onder 6) respectievelijk
€ 12.056,64 (feit 2 onder 19) aan materiële schade gevorderd. In beide gevallen is de vordering ondertekend door [naam 6] namens [bedrijf 6] . Niet gebleken is dat [naam 6] vertegenwoordigingsbevoegd dan wel gemachtigd is. Aanhouding van de zaak, vanwege het (alsnog) overleggen van een machtiging, levert naar het oordeel van de rechtbank een onevenredige belasting van het strafgeding op. Derhalve verklaart de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vorderingen.
[aangever 10] (feit 2 onder 10) heeft een bedrag van € 9.550,- aan materiële schade opgevoerd, dat na aftrek van de vergoede schade (€ 7.750,-) neerkomt op een te vorderen bedrag van € 1.800,-. De rechtbank overweegt dat de gevorderde materiële schade onvoldoende – met stukken – is onderbouwd. De rechtbank verklaart derhalve de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
[bedrijf 10] (feit 2 onder 15) heeft een bedrag van € 6.094,- aan materiële schade opgevoerd en heeft opgegeven dat een bedrag van € 9.850,- door de verzekering is vergoed. Onduidelijk is welk bedrag de benadeelde partij vordert in het strafproces. De rechtbank overweegt dat de vordering onvoldoende is onderbouwd. Zij verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
[aangever 16] (feit 2 onder 16) heeft een bedrag van € 1.841,24 aan materiële schade gevorderd. De rechtbank overweegt dat de schade met betrekking tot het lenen van een huurauto niet – met stukken – is onderbouwd. De rechtbank zal de benadeelde partij in zoverre niet-ontvankelijk verklaren in de vordering. De schade met betrekking tot het treffen van extra voorzieningen om diefstal (in de toekomst) te voorkomen, staat naar het oordeel van de rechtbank in een te ver verwijderd verband van het bewezenverklaarde feit. De rechtbank zal de vordering met betrekking tot deze kosten dan ook afwijzen.
[bedrijf 12] (feit 2 onder 24) heeft een vordering tot schadevergoeding ingediend. Nu verdachte van dit deel van de tenlastelegging wordt vrijgesproken, verklaart de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
Immateriële schade
De benadeelde partijen [bedrijf 3] (feit 2 onder 1), [aangever 16] (feit 2 onder 16) en [naam 4] (feit 2 onder 21) hebben schadevergoeding gevorderd voor immateriële schade.
De rechtbank overweegt dat ingevolge het bepaalde in artikel 6:106, eerste lid, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek ander nadeel dan vermogensschade voor vergoeding in aanmerking komt als sprake is van lichamelijk letsel of schending van de eer en goede naam. Van dergelijk letsel of dergelijke schending is geen sprake geweest. De rechtbank wijst de vorderingen van voornoemde benadeelde partijen voor wat betreft de immateriële schade af.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 36f, 57, 416 en 417 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
48 (achtenveertig) maanden;
 bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot
18 (achttien) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op drie jaren wordt bepaald;
 dat de veroordeelde zich voor het einde daarvan niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag

verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven handelsvoorraad en de op 22 februari 2016 in beslag genomen goederen;
Vorderingen benadeelde partijen
  • veroordeelt verdachte tot betaling van
  • verklaart de
  • wijst afde vordering tot schadevergoeding van de immateriële schade ten bedrage van
    € 20.000,-, ingediend door de
    benadeelde partij [naam 4] (feit 2 onder 21);
  • verklaart de
  • legt aan veroordeelde de
  • bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partijen in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partijen daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
  • wijst afde vordering tot schadevergoeding van de immateriële schade ten bedrage van
    € 1.500,-, ingediend door de
    benadeelde partij [bedrijf 3] (feit 2 onder 1);
  • verklaart
  • wijst afde vordering tot schadevergoeding van de immateriële schade ten bedrage van
    € 5.000,-, ingediend door de
    benadeelde partij [aangever 16] (feit 2 onder 16);
  • verklaart
  • verklaart de
  • veroordeelt de benadeelde partijen
Dit vonnis is gewezen door mr. R.G.J. Welbergen (voorzitter), mr. G. Noordraven en
mr. G.J.H. Boerhof, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Blankenspoor, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 29 mei 2019.
Bijlage 1
Naam
Gevorderde vergoeding
Toegewezen
Vervangende hechtenis SVM
Feit 1
[naam 5]
€ 6.443,38
€ 2.272,05
7 dagen
Feit 2, onder:
2. [aangever 2]
€ 615,-
€ 615,-
2 dagen
3. [bedrijf 4] / [aangever 3]
€ 2.002,42
€ 2.002,42
6 dagen
5. [bedrijf 5]
€ 15.518,09
€ 12.649,94
37 dagen
7. [bedrijf 7] / [naam 7]
€ 12.326,19
€ 12.326,19
36 dagen
9. [aangever 9]
€ 822,68
€ 822,68
3 dagen
11. [aangever 11]
€ 12.064,81
€ 11.264,81
33 dagen
12. [aangever 12]
€ 2.152,49
€ 2.152,49
7 dagen
13. [aangever 13]
€ 11.500,-
€ 9.200,-
27 dagen
14. [aangever 14]
€ 12.184,32
€ 12.184,32
35 dagen
17. [aangever 17]
€ 924,70
€ 924,70
3 dagen
18. [aangever 18]
€ 7.921,60
€ 2.317,05
7 dagen
20. [bedrijf 11]
€ 26.552,84
€ 26.552,84
76 dagen
21. [naam 4]
€ 34.500,-
€ 2.000,-
6 dagen
22. [aangever 22]
€ 999,79
€ 999,79
3 dagen
23. [aangever 23]
€ 4.750,-
€ 4.750,-
14 dagen

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door een verbalisant van de politie Oost Nederland, district Gelderland Zuid, Districtsrecherche Nijmegen, opgemaakte proces-verbaal, proces-verbaalnummer 2016549463, onderzoek 08KUIFAREND, gesloten op 15 november 2016 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal aangifte [slachtoffer 1] namens [naam 5] .
3.Proces-verbaal bevindingen, p. 53.
4.Proces-verbaal bevindingen, p. 17.
5.Proces-verbaal aanhouding [verdachte] en uittreksel Kamer van Koophandel, p. 1445.
6.Proces-verbaal van bevindingen, p. 17.
7.Proces-verbaal van bevindingen, p. 84-90.
8.Proces-verbaal van bevindingen, p. 91-94.
9.Proces-verbaal van bevindingen, p. 113.
10.Rapportage VbV Derden d.d. 16 september 2016, p. 136 en p. 141.
11.Rapportage VbV Derden d.d. 16 september 2016, p. 137.
12.Rapportage VbV Derden d.d. 16 september 2016, p. 138.
13.Rapportage VbV Derden d.d. 1 mei 2016, met bijlagen, p. 106-109.
14.Rapportage VbV Derden d.d. 16 september 2016, p. 140 en aanvullend rapport VbV Derden d.d. 7 december 2018, p. 2-3.
15.Proces-verbaal verhoor getuige [naam 1] bij de rechter-commissaris d.d. 11 april 2018.
16.Brief VbV Derden d.d. 15 november 2016, p. 145, met bijlage op p. 148.
17.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, p. 7-12 en bijlage 3.
18.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, p. 16-17.
19.Proces-verbaal aangifte [aangever 1] namens [bedrijf 3] , p. 273.
20.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 2] , eindconclusie en DAT-specificatie.
21.Proces-verbaal aangifte [aangever 2] , p. 293.
22.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 3] , eindconclusie en DAT-specificatie.
23.Proces-verbaal aangifte [aangever 3] namens [bedrijf 4] , p. 302.
24.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 4] , eindconclusie en DAT-specificatie.
25.Proces-verbaal aangifte [aangever 4] , p. 361.
26.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 5] , eindconclusie en DAT-specificatie.
27.Proces-verbaal aangifte [aangever 5] namens [bedrijf 5] , p. 402.
28.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 6] , eindconclusie en DAT-specificatie.
29.Proces-verbaal aangifte [aangever 6] namens [bedrijf 6] , p. 413-414.
30.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 7] , eindconclusie en DAT-specificatie.
31.Proces-verbaal aangifte [aangever 7] namens [bedrijf 7] B.V. , p. 437.
32.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 8] , eindconclusie en DAT-specificatie.
33.Proces-verbaal aangifte [aangever 8] namens [bedrijf 8] en [naam 2] , p. 529-530.
34.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 9] , eindconclusie en DAT-specificatie.
35.Proces-verbaal aangifte [aangever 9] namens [bedrijf 9] , p. 545.
36.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 10] , eindconclusie en DAT-specificatie.
37.Proces-verbaal aangifte [aangever 10] , p. 651.
38.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 11] , eindconclusie en DAT-specificatie.
39.Proces-verbaal aangifte [aangever 11] , p. 705.
40.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 12] , eindconclusie en DAT-specificatie.
41.Proces-verbaal aangifte [aangever 12] , p. 727.
42.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 13] , eindconclusie en DAT-specificatie.
43.Proces-verbaal aangifte [aangever 13] , p. 755.
44.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 14] , eindconclusie en DAT-specificatie.
45.Proces-verbaal aangifte [aangever 14] , p. 801.
46.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 15] , eindconclusie en DAT-specificatie.
47.Proces-verbaal aangifte [aangever 15] namens [bedrijf 10] , p. 842.
48.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 16] , eindconclusie en DAT-specificatie.
49.Proces-verbaal aangifte [aangever 16] , p. 915.
50.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 17] , eindconclusie en DAT-specificatie.
51.Proces-verbaal aangifte [aangever 17] , p. 964 en 970.
52.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 18] , eindconclusie en DAT-specificatie.
53.Proces-verbaal aangifte [aangever 18] , p. 996.
54.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 19] , eindconclusie en DAT-specificatie.
55.Proces-verbaal aangifte [aangever 19] namens [bedrijf 6] , p. 1122.
56.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 20] , eindconclusie en DAT-specificatie.
57.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2015, p. 15 en onder bijlage 5 ten aanzien van kenteken [kenteken 20] .
58.Proces-verbaal aangifte [aangever 20] namens [bedrijf 11] en [naam 3] , p. 1136-1137.
59.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 21] , eindconclusie en DAT-specificatie.
60.Proces-verbaal aangifte [aangever 21] namens [naam 4] , p. 1179-1180.
61.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 22] , eindconclusie en DAT-specificatie.
62.Proces-verbaal aangifte [aangever 22] , p. 1299.
63.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 23] , eindconclusie en DAT-specificatie.
64.Proces-verbaal aangifte [aangever 23] , p. 1312.
65.Rapportage VbV Derden d.d. 7 december 2018, bijlage 5, ten aanzien van kenteken [kenteken 24] , eindconclusie en DAT-specificatie.
66.Proces-verbaal van bevindingen, p. 91.
67.Proces-verbaal van bevindingen, p. 93.
68.Proces-verbaal van bevindingen, p. 83-90.