In deze civiele procedure, die zich afspeelt voor de Rechtbank Gelderland, is op 16 april 2019 een vonnis in het incident gewezen. De zaak betreft een vordering van LH Packaging B.V. tegen Hebei Barrier Packaging Materials Co. Ltd. LH vordert dat de rechtbank Hebei zal veroordelen tot het stellen van zekerheid voor haar proceskosten, welke zijn begroot op € 23.770,00. Hebei heeft verweer gevoerd tegen deze vordering. De rechtbank heeft vastgesteld dat Hebei gehouden is tot zekerheidstelling, en dat de hoogte van de te stellen zekerheid is gebaseerd op een bedrag van € 4.030,00 aan griffierecht, € 2.402,00 per salarispunt voor rechtsbijstand, en een nasalaris van € 328,00. De rechtbank heeft geoordeeld dat er waarschijnlijk nog twee salarispunten aan werkzaamheden nodig zullen zijn in de hoofdzaak, en dat de kosten van een eventueel deskundigenbericht op dit moment niet kunnen worden begroot, gezien de onzekerheid over de noodzaak en de hoogte van deze kosten.
De rechtbank heeft uiteindelijk de hoogte van de zekerheid vastgesteld op € 14.509,00, en bepaald dat deze zekerheid moet worden gesteld door middel van een onherroepelijke bankgarantie van een gerenommeerde Nederlandse bank. De rechtbank heeft de beslissing omtrent de kosten van het incident aangehouden tot de uitspraak in de hoofdzaak. Tevens is bepaald dat LH uiterlijk op 28 mei 2019 een verweerschrift kan indienen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. G.J. Meijer.