In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 22 november 2017 uitspraak gedaan over de aftrekbaarheid van kosten voor werkkleding door een predikant. Eiser, een predikant verbonden aan de Gereformeerde Gemeente, had een jacquet aangeschaft en stelde dat de kosten hiervan aftrekbaar waren als werkkleding volgens artikel 3.16 van de Wet IB 2001. De rechtbank oordeelde dat de kosten niet aftrekbaar zijn, omdat het jacquet niet uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor de uitoefening van het predikantsambt. De rechtbank benadrukte dat het een objectief criterium betreft en dat het niet relevant is dat eiser het jacquet alleen tijdens zijn werkzaamheden draagt. Het jacquet kan ook gedragen worden tijdens andere formele gelegenheden, zoals huwelijksfeesten en begrafenissen, waardoor het niet voldoet aan de definitie van werkkleding. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. Tevens werd vermeld dat partijen binnen zes weken na de verzenddatum van de uitspraak hoger beroep kunnen instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.