2.3.Uitgegaan wordt van de volgende vaststaande feiten:
[werknemer] heeft Farma Clean reeds eerder, bij dagvaarding van 9 januari 2017, in kort geding gedagvaard. [werknemer] heeft in dat kort geding eveneens betaling van een bedrag van € 1.001,00 bruto per maand bij wege van voorschot op in een bodemprocedure te vorderen loon, ziekengeld en vakantiebijslag en een bedrag van € 231,00 wegens drie ten onrechte ingehouden wachtdagen gevorderd.
Op 1 februari 2017 heeft de kantonrechter vonnis gewezen. De kantonrechter heeft voornoemde vorderingen van [werknemer] afgewezen. Voor de feitenvaststelling tot aan dit kort geding wordt verwezen naar rechtsoverweging 2.3. van het - tussen partijen gewezen - vonnis d.d. 1 februari 2017.
Op 8 februari 2017 heeft [werknemer] een deskundigenoordeel bij het UWV aangevraagd.
In de rapportage van de arbeidsdeskundige [naam arbeidsdeskundige] d.d. 29 maart 2017 staat:
Visie van de verzekeringsarts:
De arts, [naam arts] , heeft op 14-3-2017 de belastbaarheid vastgesteld tijdens een spreekuur bezoek.
De volgende beperkingen zijn aanwezig
-
Cliënt is aangewezen op enloopt met krukken, loopafstand tot ong. 100 meter. Hierdoor is reizen openbaar vervoer niet mogelijk.
-
Linker enkel is nauwelijks belastbaar / problemen scooter rijden (voet is maximaal 30 kg belastbaar) / steun functie beperkt waardoor kans op vallen wordt vergroot.
-
Schakelen met pedaal in auto moet vermeden worden. Geen onderzoek naar automaat voorziening.
-
Traplopen is redelijkerwijs niet mogelijk met twee krukken en zeker niet belast.
-
Knielen/kruipen en hurken is fors beperkt.
-
Zwaar duwen en trekken moet vermeden worden.
Cliënt is aangewezen op zittend werk in een werkomgeving temperatuur > 17 graden
(…)
Arbeidskundig oordeelsvorming
De medische beperkingen zijn door de UWV arts vastgesteld.
Werkgever heeft een loonstop ingevoerd terwijl er geen adequaat re-integratie traject wordt opgestart. Ook geen tweede spoor.
Het aangeboden werk bevindt zich op een etage met trappen terwijl cliënt beperkt is t.a.v. belast traplopen. Daarbij bestaat geen aandacht voor het vervoersprobleem. Cliënt is beperkt t.a.v. het scooter rijden.
Het geheel overziend acht ik de inspanning onvoldoende.
Conclusie
De door de werkgever verrichte re-integratie inspanningen zijn onvoldoende.
5. Het UWV heeft op 30 maart 2017 het deskundigenoordeel afgegeven, hierin staat:
Uw werkgever heeft u werk aangeboden dat volgens hem passend is. U heeft echter aangegeven dat het werk niet passend is. Ons oordeel is dat het werk inderdaad niet passend is. De verrichte reintegratie-inspanningen door de werkgever zijn onvoldoende. In de bijgevoegde rapportage van onze arbeidsdeskundige leest u meer over onze motivering.