In deze tussenbeschikking van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, wordt het verzoek van mr. W.J.M. van Tongeren, benoemd tot vereffenaar van de nalatenschap van de heer [erflater], behandeld. De procedure is gestart met een verzoekschrift van 20 augustus 2015, gevolgd door meerdere brieven en verzoekschriften. De rechtbank heeft eerder, op 13 april 2015, een verzoek van mr. Van Tongeren om voorschotbetalingen op zijn loon afgewezen, wat door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is bekrachtigd. Mr. Van Tongeren verzoekt nu om een voorschot op zijn loon, waarbij hij een tarief van € 210,00 à € 230,00 exclusief btw per uur voorstelt. Hij onderbouwt zijn verzoek met de complexiteit van de vereffening van de nalatenschap, die onder andere bestaat uit het innen van vorderingen van debiteuren van de erflater.
De kantonrechter oordeelt dat mr. Van Tongeren zijn verzoek niet voldoende concreet heeft gemaakt. Er zijn specifieke vereisten waaraan een verzoek tot toekenning van een voorschot op het loon van een vereffenaar moet voldoen, zoals het vermelden van het toe te kennen voorschotbedrag, een inhoudelijke onderbouwing, en een verslag dat voldoet aan de eisen van de faillissementswet. De kantonrechter stelt mr. Van Tongeren in de gelegenheid om zijn verzoek aan te passen en opnieuw in te dienen, waarbij hij de nodige specificaties en onderbouwingen moet aanleveren. De beslissing om verdere stappen te ondernemen wordt aangehouden totdat mr. Van Tongeren zijn verzoek heeft aangepast en ingediend.