ECLI:NL:RBGEL:2016:3763

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
11 juli 2016
Publicatiedatum
11 juli 2016
Zaaknummer
05/881251-15 en 09/608135-11 (TUL)
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor woningoverval met geweld en bedreiging

Op 11 juli 2016 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 32-jarige man uit Den Haag, die werd beschuldigd van een gewapende overval in een woning in Doetinchem op 6 juni 2015. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar. Tijdens de overval werd het slachtoffer vastgebonden, bedreigd en geslagen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen handelde en dat er sprake was van geweld en bedreiging met geweld. De rechtbank baseerde haar oordeel op verschillende bewijsmiddelen, waaronder verklaringen van het slachtoffer en medeverdachten, alsook op telecommunicatiegegevens die de verdachte op de plaats delict plaatsten. De rechtbank nam ook in overweging dat de verdachte eerder was veroordeeld voor geweldsdelicten en dat hij niet gemotiveerd leek om zijn leven te veranderen. De rechtbank legde een gevangenisstraf op die hoger was dan de LOVS-oriëntatiepunten, gezien de ernst van de feiten en de impact op het slachtoffer. Daarnaast werd de voorwaardelijke gevangenisstraf van 60 dagen, opgelegd bij een eerdere veroordeling, ten uitvoer gelegd.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 05/881251-15 en 09/608135-11 (TUL)
Datum uitspraak : 11 juli 2016
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres 1]
thans gedetineerd in de PI Alphen a/d Rijn.
Raadsman: mr. A.A. Boersma, advocaat te Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 9 november 2015, 25 januari 2016, 29 februari 2016, 18 april 2016 en 27 juni 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 06 juni 2015 te Doetinchem tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning ( [adres 2] ) heeft weggenomen
- een autoradio-installatie (Alpine) en/of
- een spelcomputer (Nintendo Wii) en/of
- een tablet (Sony) en/of
- een videorecorder (VHS) en/of
- een mobiele telefoon (Samsung Galaxy Advance) en/of
- een horloge(Guess) en/of
- een horloge (imitatie Omega) en/of
- een wijnglas en/of
- een longdrinkglas(colaglas) en/of
- een portemonnee (inhoudende ongeveer 250 Euro) en/of
- ( een) bankpas(sen) en/of
- een geldbedrag (300 Euro) en/of
- een paspoort en/of
- een heftruckcertificaat en/of
- een (keuken) mes, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) (terwijl die [slachtoffer] (deels) ontkleed en/of (deels) vastgebonden op een bed in een slaapkamer lag )
- met dat/een mes, althans met een scherp voorwerp in de hand die slaapkamer heeft/hebben betreden en/of
- die [slachtoffer] heeft/hebben bevolen/gezegd op de buik te gaan liggen en/of naar beneden te kijken en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd: "Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- aan die [slachtoffer] dat/een mes, althans een scherp voorwerp heeft/hebben getoond en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd: "Je moet gewoon meewerken, anders kunnen er nare dingen gebeuren" en/of "Je wilt niet weten hoeveel jonge meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- ( met een verlengsnoer) de pols(en) van die [slachtoffer] heeft/hebben vastgebonden en/of
- meermalen, althans eenmaal die [slachtoffer] in diens gezicht en/of op/tegen diens hoofd heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of
- een blouse/hemd, althans een voorwerp over het hoofd van die [slachtoffer] heeft/hebben gelegd;
2.
hij op of omstreeks 06 juni 2015 te Doetinchem, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer] , door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid gericht tegen die [slachtoffer] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen , te weten het noemen van een of meer PIN-code(s), door opzettelijk (terwijl die [slachtoffer] (deels) ontkleed en/of (deels) vastgebonden op een bed
in een slaapkamer lag )
- met een mes, althans met een scherp voorwerp in de hand de slaapkamer van die [slachtoffer] te betreden en/of
- die [slachtoffer] te bevelen/zeggen op de buik te gaan liggen en/of naar beneden te kijken en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen : "Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- aan die [slachtoffer] dat/een mes, althans een scherp voorwerp te tonen en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer] te zeggen: "Je moet gewoon meewerken, anders kunnen er nare dingen gebeuren" en/of "Je wilt niet weten hoeveel jonge meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- ( met een verlengsnoer) de pols(en) van die [slachtoffer] vast te binden en/of
- meermalen, althans eenmaal die [slachtoffer] in diens gezicht en/of op/tegen diens hoofd te slaan en/of te stompen en/of (daarbij) (meermalen) naar de PIN code(s) te vragen en/of
- een blouse/hemd, althans een voorwerp over het hoofd van die [slachtoffer] te leggen;
3.
hij op of omstreeks 06 juni 2015 te Doetinchem, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) opzettelijk dreigend (terwijl die [slachtoffer] (deels) ontkleed en/of (deels) vastgebonden op een bed in een slaapkamer in zijn woning,lag )
- met dat/een mes, althans met een scherp voorwerp in de hand die slaapkamer heeft/hebben betreden en/of
- die [slachtoffer] heeft/hebben bevolen/gezegd op de buik te gaan liggen en/of naar beneden te kijken en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd: "Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- aan die [slachtoffer] dat/een mes, althans een scherp voorwerp heeft/hebben getoond en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd: "Je moet gewoon meewerken, anders kunnen er nare dingen gebeuren" en/of "Je wilt niet weten hoeveel jonge meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- ( met een verlengsnoer) de pols(en) van die [slachtoffer] heeft/hebben vastgebonden en/of - meermalen, althans eenmaal die [slachtoffer] in diens gezicht en/of op/tegen diens hoofd heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of
- een blouse/hemd, althans een voorwerp over het hoofd van die [slachtoffer] heeft/hebben gelegd;
4.
hij in of omstreeks de periode van 01 juni 2015 tot en met 28 juli 2015 te 's-Gravenhage en/of elders in Nederland een wapen van categorie I onder 7°, te weten een zogenaamd balletjespistool (merk [merk 1] ), zijnde een voorwerp dat voor wat betreft zijn vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde met een vuurwapen(een pistool merk [merk 2] ) en/of met een voor ontploffing bestemde voorwerp voorhanden heeft gehad.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Aanleiding onderzoek
In de vroege ochtend van 6 juni 2015 is bij de politie een melding binnengekomen van een overval in een woning in Doetinchem.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden geacht dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan alle ten laste gelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit voor de feiten 1 tot en met 3. Verdachte heeft iedere betrokkenheid bij het incident ontkend. Hij leende zijn telefoons regelmatig uit en de bij de overval weggenomen Wii-spelcomputer die in zijn woning is aangetroffen, heeft hij gekregen van iemand. Dit alles wordt bevestigd door medeverdachte [medeverdachte 1] .
De verklaringen van medeverdachte [medeverdachte 2] bevatten meerdere tegenstrijdigheden. Nu de verdediging ook niet in staat is geweest deze verklaringen op hun betrouwbaarheid te toetsen, heeft de raadsman verzocht ze uit te sluiten van het bewijs.
Verder heeft de raadsman betoogd dat er geen enkelvoudige fotoconfrontatie had mogen plaatsvinden, zodat de resultaten van dat onderzoek niet voor het bewijs mogen worden gebruikt.
De raadsman heeft zich ten aanzien van feit 4 gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Feiten 1 tot en met 3
Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat hij in de vroege ochtend van 6 juni 2015 in zijn woning in Doetinchem was. Via internet had hij een prostituee geregeld. Er werd een afspraak gemaakt voor vrijdag 5 juni 2015 tussen 23:00 uur en 00:00 uur. De vrouw zou alleen komen. [2] Later deelde de vrouw via de WhatsApp mee dat zij later zou komen met een vriendin. Op 6 juni 2015 omstreeks 02:15 uur stonden twee dames bij aangever voor de deur. Eenmaal op de bovenverdieping van aangevers woning stelde de eerste vrouw voor om aangever aan bed vast te binden. Aangever stemde hiermee in. [3] Aangever kleedde zich uit en ging op bed liggen, waarna de vrouw de linker pols van aangever met een tie-wrap aan de linker poot van het bed vastmaakte. Op een gegeven moment had deze vrouw een groot groente‑mes, afkomstig uit de keuken van aangever, in haar hand. Zij hield het mes in de richting van aangever en aangever vond dit erg bedreigend. Er was ook een man binnengekomen en aangever moest van de man op zijn buik gaan liggen en naar beneden kijken. Aangever hoorde dat de man zei: “Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten”. De vrouw bleef met het grote mes in haar hand op ongeveer 1 à 1,5 meter van aangever af staan. Zij zei: “Je moet gewoon meewerken anders kunnen er nare dingen gebeuren. Je wilt niet weten hoeveel jongen meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit”. Aangever zag en voelde dat de man hem met een verlengsnoer probeerde vast te binden. Het snoer werd diverse keren om de rechterpols van aangever gedraaid. De man vroeg aangever naar diens portemonnee. In de portemonnee zat € 200,-. De man vroeg naar de bankpas en de pincode van aangever. De man vroeg vervolgens naar de random reader. Naar het idee van aangever was er beneden nog een persoon aanwezig aan wie de pincode werd doorgegeven. Aangever heeft deze man niet gezien maar hij hoorde dat die man antwoord gaf naar boven. De man die boven was gaf aangever diverse klappen op zijn hoofd. De man legde een blouse over het hoofd van aangever. [4] Toen aangever na een tijdje niets meer hoorde heeft hij zich kunnen losmaken. [5] In de woning was alles overhoop gehaald en er waren diverse goederen ontvreemd, te weten een autoradio‑installatie van het merk Alpine, een spelcomputer (Nintendo Wii), een tablet van het merk Sony, een oude videorecorder VHS 8 systeem, een mobiele telefoon (Samsung Galaxy Advance), een horloge van het merk Guess en een imitatie Omega horloge. Een wijnglas, een limonadeglas en het groente‑mes waren ook verdwenen. Verder zijn ontvreemd een portemonnee met € 250,-, het paspoort van aangever, de bankpas van de Rabobank, een heftruckcertificaat en € 300,- contant geld. [6]
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij verdachte in mei 2015 heeft leren kennen en dat zij ongeveer 1,5 maand een relatie hebben. Sinds ongeveer 20 juni 2015 verblijft zij in de woning van verdachte aan de [adres 3] te Den Haag. [7] De meeste meiden die [medeverdachte 1] via het werk kennen, kennen haar als ‘ [medeverdachte 1] ’. [8]
Zij waren naar Doetinchem gegaan, maar zij wil verder geen namen noemen. [medeverdachte 1] heeft de man vastgebonden met witte tie-wraps en toen tegen hem gezegd dat dit kon gebeuren als hij dit met kleine meisjes deed. Ze ging daarna naar het toilet op de benedenverdieping. Zij zou de rest halen. Zij heeft de deur opgedaan en toen zijn er spulletjes meegenomen. [medeverdachte 1] heeft niet de pincode van de man afgeperst, dat heeft iemand anders gedaan. Die persoon die de pincode wilde weten, drukte het hoofd van de man omlaag. Dit deed hij meerdere keren. Omdat die man omhoog bleef kijken is er een blouse op zijn hoofd gelegd. Er zijn vier mensen binnen geweest. Zij waren met vijf personen. Er was nog iemand die reed. [medeverdachte 1] weet dat er geld, een portemonnee, elektronica en een mobieltje zijn meegenomen. Bij confrontatie met de weggenomen goederen die in de aangifte staan vermeld, heeft [medeverdachte 1] verklaard dat het wel mogelijk is dat die zijn weggenomen. [9]
Ten aanzien van de betrokkenheid van verdachte bij dit incident overweegt de rechtbank als volgt.
Onderzoek naar telecommunicatie
Uit onderzoek is gebleken dat het telefoonnummer [nummer 1] werd gebruikt door verdachte. [10] Hij heeft zelf ook verklaard dat dit nummer van hem is. [11]
Uit onderzoek is verder gebleken dat dit telefoonnummer op 6 juni 2015 om 02:35 uur aanstraalde op een zendmast aan de [adres 4] te Doetinchem (Centrum). Op 6 juni 2015 tussen 02:38 uur en 04:04 uur heeft het telefoonnummer aangestraald op de [adres 5] te Doetinchem. Deze mast bevindt zich in de directe nabijheid van de woning aan de [adres 2] . [12]
Aangever heeft het telefoonnummer eindigend op [nummer 2] herkend als dat van de vrouw die met hem een afspraak heeft gemaakt [13] . Het telefoonnummer eindigend op [nummer 2] is getapt op 7 juni 2015. In een tapgesprek zegt de vrouw dat ze een Marokkaanse vriend heeft, genaamd [verdachte] , 31 jaar. Hij zit naast haar [14] . Op dat moment woont [medeverdachte 1] bij verdachte, die 31 jaar oud is. De rechtbank stelt vast dat [medeverdachte 1] de gebruikster is van het telefoonnummer eindigend op [nummer 2] .
[medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij een sms heeft gestuurd naar de telefoon van verdachte. Het was een sms’je “maar naar euh, [verdachte] had zijn toestel uitgeleend”. [15]
Wii-spelcomputer
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte is een Wii-spelcomputer aangetroffen. [16] Verdachte heeft verklaard dat hij deze heeft gekregen en dat hij de kabel voor de netvoeding heeft weggegooid omdat deze was verbrand. [17]
De Wii is onderzocht, waarbij is gebleken dat alle daarop voorkomende Mii’s (spelkarakters) een relatie hebben met aangever en zijn ex-vrouw. Ook is aangever nog steeds in het bezit van de bijbehorende netvoedingskabel. [18]
Verklaringen medeverdachte [medeverdachte 2] en resultaten enkelvoudige fotoconfrontatie
De raadsman heeft aangevoerd dat de verklaringen van medeverdachte [medeverdachte 2] en de resultaten van de enkelvoudige fotoconfrontatie niet voor het bewijs mogen worden gebruikt.
De rechtbank overweegt ten aanzien van de verklaringen van [medeverdachte 2] als volgt.
De verdediging heeft het ondervragingsrecht niet kunnen uitoefenen, omdat [medeverdachte 2] zich bij de rechter-commissaris heeft beroepen op haar verschoningsrecht. Zij heeft wel verklaard dat ze blijft bij de verklaringen zoals ze die bij de politie heeft afgelegd. [medeverdachte 2] beschrijft de rol van verdachte bij de overval in Doetinchem. Naar het oordeel van de rechtbank vinden de verklaringen van [medeverdachte 2] steun in andere bewijsmiddelen, zoals het op een relevant tijdstip aanstralen van de telefoon van verdachte op een mast in de directe omgeving van de plaats delict en het aantreffen van een deel van de buit in zijn woning. Verder past de door haar beschreven toedracht op de verklaring van aangever en die van medeverdachte [medeverdachte 1] , met dien verstande dat zij verdachte niet als één van de daders aanwijst. Verdachte is met de voor hem belastende informatie geconfronteerd en heeft, zowel bij de politie als ter zitting, de mogelijkheid gekregen een eigen versie van de feiten te geven. De rechtbank overweegt dat verdachte enkel heeft verklaard dat iemand kennelijk zijn telefoon heeft meegenomen, zonder dit nader te concretiseren of te onderbouwen, en stelt vast dat verdachte aantoonbaar onjuist heeft verklaard over de netvoedingskabel van de Wii, die in de woning in Doetinchem is achtergebleven en dus niet door verdachte kan zijn weggegooid.
De rechtbank overweegt verder dat zij de verklaringen van [medeverdachte 2] als betrouwbaar aanmerkt. [medeverdachte 2] belast immers ook zichzelf en haar eigen vriend.
De rechtbank zal de verklaringen van [medeverdachte 2] tegenover de politie dan ook voor het bewijs gebruiken, waarbij zij heeft overwogen dat er voor de rechtbank, ondanks dat [medeverdachte 2] zich bij de rechter‑commissaris grotendeels op haar verschoningsrecht heeft beroepen, geen ambtshalve plicht was om haar als getuige op te roepen, omdat de betrokkenheid van verdachte bij het tenlastegelegde in voldoende mate steun vindt in andere bewijsmiddelen en dit steunbewijs betrekking heeft op die onderdelen van de hem belastende verklaringen, die door hem zijn betwist (vgl. HR 12 maart 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY1251, NJ 2013/451).
[medeverdachte 2] heeft verklaard dat [medeverdachte 1] haar heeft verteld dat zij als escort heeft gewerkt. Zij had de bewuste dag een seksafspraak met een man en hij vond het volgens [medeverdachte 1] leuk met twee meisjes. [medeverdachte 2] is toen meegegaan. Ze was samen met [medeverdachte 1] , [naam 1] (de vriend van [medeverdachte 1] ) en haar eigen vriend, [naam 2] . Er was nog een vriend bij, waarvan [medeverdachte 2] de naam niet meer weet. De auto was door [medeverdachte 1] , [naam 1] en die andere vriend geregeld.
[medeverdachte 2] is met [medeverdachte 1] de woning binnengegaan. Zij gingen naar de slaapkamer op de bovenverdieping van de woning en [medeverdachte 1] heeft de man met zijn instemming met een tie-wrap vastgemaakt. Toen die man was vastgebonden, zei [medeverdachte 1] dat zij naar het toilet moest. [medeverdachte 2] bleef in de slaapkamer wachten. Toen kwamen [naam 1] en [naam 2] de woning binnen en zij gingen naar de slaapkamer. [naam 1] en [medeverdachte 1] vroegen of die man kostbare spullen in huis had. [medeverdachte 1] had een washandje om haar hand en zocht in de laden naar spullen. [19]
Tijdens een later verhoor heeft [medeverdachte 2] verklaard dat [medeverdachte 1] de man met zijn linkerarm/linkerhand met een tie-wrap heeft vastgemaakt aan de poot van het bed. [20] De jongen die de auto bestuurde is niet naar de bovenverdieping gekomen. Die [naam 1] en [medeverdachte 1] stelden de vragen aan de man. Zij vroegen hem naar de pincode. [medeverdachte 1] vroeg ook nog of er andere waardevolle spullen in de woning waren. [medeverdachte 2] hoorde [medeverdachte 1] zeggen dat veel jonge meisjes worden gedwongen. [21] De weggenomen goederen zijn door [medeverdachte 1] en de twee [naam 1] ’s meegenomen. [medeverdachte 2] en [naam 2] hadden niets meegenomen. De buit is niet verdeeld. [22] [medeverdachte 2] heeft verder verklaard dat [medeverdachte 1] een mes had, geen boterhammes, maar een groter mes. [medeverdachte 1] zei ook dat er dingen konden gebeuren als de man niet meewerkte. [23]
Er zijn [medeverdachte 2] twee foto’s getoond. Zij heeft verklaard dat zij deze personen herkent als de vrouw waarover zij sprak en die ze ‘ [medeverdachte 1] ’ noemde en de man die zij ‘ [naam 1] ’ noemde en die de vriend van [medeverdachte 1] is. Aan haar zijn de foto’s getoond van [medeverdachte 1] en verdachte. [24]
De rechtbank overweegt dat een meervoudige fotoconfrontatie niet mogelijk was omdat [medeverdachte 2] al had verklaard dat ‘ [naam 1] ’ de vriend was van ‘ [medeverdachte 1] ’.
Als aan verdachte wordt gevraagd wie ‘ [medeverdachte 2] ’ is, antwoordt hij dat hij wel een meisje kent dat hem ‘ [naam 1] ’ noemt. Ze woont ook in de [naam 3] . De naam ‘ [naam 2] ’ zegt verdachte niets, maar hij weet wel dat dat meisje omging met ene ‘ [naam 2] ’. [25]
De rechtbank zal ook de resultaten van de fotoconfrontatie voor het bewijs gebruiken.
Conclusie van de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte betrokken is geweest bij de overval in de woning in Doetinchem op 6 juni 2015.
Feit 4
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van binnentreden en doorzoeking ter inbeslagneming en de daarbij behorende lijst van inbeslaggenomen voorwerpen, pagina’s 340-342;
- het proces-verbaal van bevindingen, pagina’s 1231-1232;
- de verklaring van verdachte afgelegd bij de politie op 30 juli 2015, pagina’s 327-328.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
of omstreeks06 juni 2015 te Doetinchem tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning ( [adres 2] ) heeft weggenomen
- een autoradio-installatie (Alpine) en
/of
- een spelcomputer (Nintendo Wii) en
/of
- een tablet (Sony) en
/of
- een videorecorder (VHS) en
/of
- een mobiele telefoon (Samsung Galaxy Advance) en
/of
- een horloge(Guess) en
/of
- een horloge (imitatie Omega) en
/of
- een wijnglas en
/of
- een longdrinkglas(colaglas) en
/of
- een portemonnee (inhoudende ongeveer 250 Euro) en
/of
- ( een) bankpas(sen) en
/of
- een geldbedrag (300 Euro) en
/of
- een paspoort en
/of
- een heftruckcertificaat en
/of
- een (keuken) mes,
geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders,welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en
/ofgevolgd van geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en
/ofom bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en
/of aanzijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en
/ofwelke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte,
en/of zijn mededader
(s
) (terwijl die [slachtoffer] (deels) ontkleed en
/of(deels) vastgebonden op een bed in een slaapkamer lag
)
- met
dat/een mes,
althans met een scherp voorwerpin de hand die slaapkamer heeft
/hebbenbetreden en
/of
- die [slachtoffer] heeft
/hebbenbevolen/gezegd op de buik te gaan liggen en
/ofnaar beneden te kijken en
/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd: "Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,en
/of
- aan die [slachtoffer] dat
/eenmes,
althans een scherp voorwerpheeft
/hebbengetoond en
/of(daarbij) tegen die [slachtoffer] heeft
/hebbengezegd: "Je moet gewoon meewerken, anders kunnen er nare dingen gebeuren" en
/of"Je wilt niet weten hoeveel jonge meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,en
/of
-
(met een verlengsnoer
)de pols
(en)van die [slachtoffer] heeft
/hebbenvastgebonden en
/of
- meermalen,
althans eenmaaldie [slachtoffer]
in diens gezicht en/of op/tegen diens hoofd heeft
/hebbengeslagen
en/of gestompten
/of
- een blouse/hemd,
althans een voorwerpover het hoofd van die [slachtoffer] heeft
/hebbengelegd;
2.
hij op
of omstreeks06 juni 2015 te Doetinchem, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,[slachtoffer] , door geweld
of enige andere feitelijkheiden
/ofdoor bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid gericht tegen die [slachtoffer] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen , te weten het noemen van een
of meerPIN-code
(s),door opzettelijk
(terwijl die [slachtoffer] (deels) ontkleed en
/of(deels) vastgebonden op een bed
in een slaapkamer lag
)
- met een mes,
althans met een scherp voorwerpin de hand de slaapkamer van die [slachtoffer] te betreden en
/of
- die [slachtoffer] te bevelen/zeggen op de buik te gaan liggen en
/ofnaar beneden te kijken en
/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen : "Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,en
/of
- aan die [slachtoffer] dat
/eenmes,
althans een scherp voorwerpte tonen en
/of(daarbij) tegen die [slachtoffer] te zeggen: "Je moet gewoon meewerken, anders kunnen er nare dingen gebeuren" en
/of"Je wilt niet weten hoeveel jonge meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en
/of
-
(met een verlengsnoer
)de pols
(en)van die [slachtoffer] vast te binden en
/of
- meermalen,
althans eenmaaldie [slachtoffer]
in diens gezicht en/of op/tegen diens hoofd te slaan
en/of te stompenen
/of(daarbij) (meermalen) naar de PIN code
(s)te vragen en
/of
- een blouse/hemd,
althans een voorwerpover het hoofd van die [slachtoffer] te leggen;
3.
hij op
of omstreeks06 juni 2015 te Doetinchem, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,[slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,immers heeft
/hebbenverdachte
en/of zijn mededader
(s
)opzettelijk dreigend
(terwijl die [slachtoffer] (deels) ontkleed en
/of(deels) vastgebonden op een bed in een slaapkamer in zijn woning lag
)
- met
dat/een mes,
althans met een scherp voorwerpin de hand die slaapkamer
heeft/hebbenbetreden en
/of
- die [slachtoffer]
heeft/hebbenbevolen/gezegd op de buik te gaan liggen en
/ofnaar beneden te kijken en
/of
- tegen die [slachtoffer]
heeft/hebbengezegd: "Dat krijg je ervan als je met jonge meisjes wat wilt. Je had ze ook niet binnen kunnen laten",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,en
/of
- aan die [slachtoffer] dat
/eenmes,
althans een scherp voorwerp heeft/hebbengetoond en
/of(daarbij) tegen die [slachtoffer]
heeft/hebbengezegd: "Je moet gewoon meewerken, anders kunnen er nare dingen gebeuren" en
/of"Je wilt niet weten hoeveel jonge meiden op deze manier misbruikt worden en daarom doen wij dit",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,en
/of
-
(met een verlengsnoer
)de pols
(en)van die [slachtoffer]
heeft/hebbenvastgebonden en
/of
- meermalen
, althans eenmaaldie [slachtoffer] in diens gezicht en/of op/tegen diens hoofd
heeft/hebbengeslagen
en/of gestompten
/of
- een blouse/hemd
, althans een voorwerpover het hoofd van die [slachtoffer]
heeft/hebbengelegd;
4.
hij in
of omstreeksde periode van 01 juni 2015 tot en met 28 juli 2015 te 's-Gravenhage
en/of elders in Nederlandeen wapen van categorie I onder 7°, te weten een zogenaamd balletjespistool (merk [merk 1] ), zijnde een voorwerp dat voor wat betreft zijn vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde met een vuurwapen (een pistool merk [merk 2] )
en/of met een voor ontploffing bestemde voorwerpvoorhanden heeft gehad.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
feit 2:
medeplegen van een ander door geweld en door bedreiging met geweld of een feitelijkheid, gericht tegen die ander, wederrechtelijk te dwingen iets te doen of te dulden;
feit 3:
medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 4:
handelen in strijd met artikel 13 van de Wet wapens en munitie.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf jaar.
Ten aanzien van de vordering na voorwaardelijke veroordeling vordert de officier van justitie de tenuitvoerlegging van 60 dagen gevangenisstraf die door de rechtbank te Den Haag op 24 februari 2012 voorwaardelijk is opgelegd.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft naar voren gebracht dat verdachte bereid en gemotiveerd is om samen met de reclassering samen te werken aan een leven zonder delicten. Er moet worden gewerkt aan een leven met structuur op het gebied van dagbesteding, contacten, financiën en middelengebruik.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van wat bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan een overval in een woning waarbij het slachtoffer is vastgebonden, bedreigd en geslagen. Dit heeft een enorme impact op het slachtoffer gehad. De ervaring leert ook dat slachtoffers van een incident als dit vaak langdurig de psychische gevolgen ervan ondervinden. Het gevoel van veiligheid (in de eigen woning) is aangetast door toedoen van verdachte en zijn medeverdachten. De rechtbank rekent dit verdachte aan.
De rechtbank houdt er rekening mee dat uit het uittreksel uit het justitieel documentatieregister naar voren komt dat verdachte eerder is veroordeeld, onder andere wegens mishandeling en bedreiging met zware mishandeling.
Psychiater [naam 4] heeft in het rapport van 31 december 2015 geconcludeerd dat bij verdachte geen sprake is van een psychische stoornis of een gebrekkige ontwikkeling die forensisch relevant is. De toezichthouder van de reclassering heeft aangegeven dat verdachte onvoldoende zichtbaar is, afspraken niet altijd worden nagekomen en verdachte onwaarheden vertelt. Door rapporteur wordt weinig zelfredzaamheid gezien. Het lukt verdachte niet om op een consistente wijze invulling te geven aan zijn leven. Er zijn dus wel kwetsbaarheden in de persoonlijkheid van verdachte, maar niet in die mate dat gesproken kan worden van een persoonlijkheidsstoornis. Het gebruik van middelen wordt wel als problematisch beschouwd, maar heeft geen onmiddellijke forensische relevantie.
Omdat geen verband aangetoond kan worden tussen de diagnostische beschrijving en de ten laste gelegde feiten, onthoudt de rapporteur zich van een uitspraak over het risico op recidive. Er wordt evenmin een behandeladvies gegeven. Vanuit resocialiserend oogpunt verdient het wel de voorkeur om de begeleiding van verdachte bij het vinden van werk en rondom financiën voort te zetten. Hierbij dient te worden meegenomen dat verdachte een sterk onderbroken route naar volwassenheid heeft genomen, waardoor hulp bij het nemen van verantwoordelijkheid rondom werk zeker passend is.
Forensisch psycholoog [naam 5] heeft in haar rapport van 8 januari 2016 aangegeven dat bij verdachte een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens aanwezig is, in de vorm van een antisociale persoonlijkheidsstoornis en samenhangend hiermee misbruik dan wel afhankelijkheid van cannabis. De antisociale persoonlijkheidsstoornis weerspiegelt een langdurig bestaand en steeds terugkerend patroon van antisociale, onverantwoordelijke en criminele gedragingen, die door verdachte worden gecamoufleerd door een sociaal-wenselijke, vriendelijke en nette houding. Verdachte is in staat een sociaal-wenselijke façade op te houden, maar heeft ondertussen veel behoefte aan structuur, duidelijkheid en begrenzing. Dit kan hij onvoldoende vanuit zichzelf aanbrengen, wat kan leiden tot grenzeloos, agressief, antisociaal en crimineel gedrag. Verdachte kan goed liegen, om zo niet te worden geconfronteerd met immorele of antisociale gedragskeuzes.
Er zijn meerdere risico’s voor een gewelddadige recidive, onder andere door een gebrek aan inzicht in de eigen problematiek, het gebrek aan probleembesef en lijdensdruk, de aanwezigheid van affectieve en gedragsmatige affectiabiliteit, impulsiviteit, antisociale opvattingen, gebrek aan empathie en een verhoogde kwetsbaarheid voor problematisch middelengebruik. Andere risicofactoren zijn de instabiele leefomstandigheden (wonen, financieel, werk, relationeel) en het overtreden van en zich niet houden aan afspraken en regels van toezicht of behandeling. De kans op herhaling binnen een toezicht wordt matig geacht. Zonder toezicht wordt deze kans matig tot hoog geacht.
Mocht het tot een veroordeling komen, dan wordt geadviseerd om een toezicht van maximale duur op te leggen zodat de risicofactoren zoveel mogelijk gereduceerd kunnen worden en verdachte gestimuleerd en gecontroleerd blijft worden op het maken van positieve gedragskeuzes.
De reclassering heeft op 27 oktober 2015, 10 februari 2016 en 7 maart 2016 rapporten over verdachte uitgebracht. Verdachte heeft een belaste voorgeschiedenis en een forse geschiedenis van justitiecontacten in zowel aard als ernst. Er zijn diverse criminogene factoren die aandacht behoeven. De indruk is echter dat de responsiviteit laag is. Verdachte zegt wel gemotiveerd te zijn, maar dat heeft hij de laatste maanden in de samenwerking met de reclassering niet laten zien. Conclusies over het recidiverisico kunnen niet worden getrokken omdat verdachte betrokkenheid ontkent.
Indien verdachte wordt veroordeeld, blijkt het eerdere toezicht niet afdoende te zijn geweest. Er zal een intensief programma worden ingezet waarbij gedragsverandering en controle elementen samengaan. Het doel is verdachte te helpen een leven op te bouwen waarin structuur bestaat op het gebied van daginvulling, contacten, financiën en middelengebruik.
De rechtbank heeft verder acht geslagen op de LOVS-oriëntatiepunten voor straftoemeting.
Alles overwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van vier jaar passend en geboden. De LOVS-oriëntatiepunten voor straftoemeting hanteren voor een woningoverval met licht geweld drie jaar gevangenisstraf als uitgangspunt. Mede in aanmerking genomen dat er sprake is van recidive en het feit in vereniging is gepleegd, ziet de rechtbank reden een gevangenisstraf van vier jaar op te leggen. Daarbij heeft de rechtbank ook rekening gehouden met het voorhanden hebben van een balletjespistool. De rechtbank overweegt dat verdachte, ook volgens de reclassering, niet of slechts in zeer beperkte mate gemotiveerd lijkt zijn leven te veranderen. Dan ligt afstraffing in de rede en bestaat er in de ogen van de rechtbank geen aanleiding voor het opleggen van een deels voorwaardelijke straf, in combinatie met bijzondere voorwaarden.
Ten aanzien van de vordering tenuitvoerlegging
Nu is bewezen dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit, dient de bij vonnis van de rechtbank Den Haag van 24 februari 2012 (parketnummer 09/608135/11) voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van 60 dagen ten uitvoer gelegd te worden.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14 a, 14b, 14c, 14d, 14g, 27, 47, 57, 91, 284, 285, 310, 311 en 312 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 13 en 55 van de Wet wapens en munitie.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen wat verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
09/608135-11 (TUL)
gelast de tenuitvoerleggingvan de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de rechtbank Den Haag van 24 februari 2012, te weten een gevangenisstraf van
60 dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.F. Gielissen, voorzitter, mr. N.C. van Lookeren Campagne en mr. M.J.A.L. Beljaars, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.C. Korevaar, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 11 juli 2016.
mr. N.C. van Lookeren Campagne en mr. M.C. Korevaar zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] , hoofdagent, Generalist Tactische Opsporing van de politie eenheid Oost Nederland, district Noord- en Oost‑Gelderland, Overvallenteam, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2015272400, gesloten op 5 oktober 2015, en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , p. 499.
3.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , p. 500.
4.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , p. 501.
5.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , p. 502.
6.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , p. 502 en bijlage goederen, p. 504, 505 en 506.
7.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 1] , p. 115.
8.Het proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 1] , p. 158.
9.Het proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 1] , p. 159-167.
10.Proces-verbaal van bevindingen, p. 680 en p. 451.
11.Proces-verbaal van verhoor van verdachte, p. 295.
12.Proces-verbaal van bevindingen, p. 589.
13.Proces-verbaal van bevindingen p. 577.
14.Tapgesprekken 4996 en 5033.
15.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 1] , p. 162.
16.Proces-verbaal van binnentreden en doorzoeking ter inbeslagneming en de daarbij behorende lijst van inbeslaggenomen voorwerpen, p. 340-342.
17.Proces-verbaal van verhoor van verdachte, p. 318.
18.Proces-verbaal relatieschema Mii’s, p. 1077-1079.
19.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] , p. 375.
20.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] , p. 380.
21.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] , p. 381 en p. 382 bovenaan.
22.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] , p. 383.
23.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] , p. 400-401.
24.Proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] , p. 390-391.
25.Proces-verbaal van verhoor van verdachte, p. 316.