Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
ROSS ADVOCATEN,
[gedaagde 3],
[gedaagde 4],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 14 oktober 2015
- het proces-verbaal van comparitie van 18 mei 2016.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
informed consent. De Hoge Raad heeft zich onder meer in de volgende twee, door Ge-Bouw genoemde, zaken hierover uitgelaten.
de rechtbank) mee dat de advocaat de cliënt in staat stelt goed geïnformeerd te beslissen (vgl. HR 2 februari 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ4564, NJ 2007/92). Het antwoord op de vraag of en in welke mate een advocaat de cliënt daarbij behoort te informeren over en te waarschuwen voor een bepaald risico, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. In dat kader kan onder meer betekenis toekomen aan de ernst en omvang van het desbetreffende risico, de mate van waarschijnlijkheid dat dit zich zal realiseren en de mate waarin de cliënt ervan heeft blijk gegeven zich reeds van dat risico bewust te zijn.
informed consentte komen, niet onderbouwd met concrete voorbeelden, maar slechts toegelicht aan de hand van het uiteindelijke resultaat waarbij uit het resultaat wordt afgeleid dat Ge-Bouw nooit haar toestemming zou hebben gegeven tot een stap met een dergelijk teleurstellend gevolg. Dit is echter, zo blijkt ook uit het hierboven als eerste geciteerde arrest, een onvoldoende onderbouwing van het betoog dat zij onvoldoende geïnformeerd werd. Een tekortschieten in de nakoming van de hier bedoelde informatieverplichting roept immers, zo is daarin te lezen, het risico in het leven dat de cliënt toestemming geeft die hij niet zou hebben gegeven indien hij goed geïnformeerd was, maar niet het risico dat zich in deze zaak heeft verwezenlijkt.
informed consentkan dus ook sprake zijn als het overleg waarin een cliënt na voldoende te zijn geïnformeerd, instemt met een strategie of handeling die niet tot het gewenste resultaat leidt. Het gaat – in de woorden van het tweede geciteerde arrest – om de vraag of en in welke mate Ge-Bouw/ [naam 5] geïnformeerd had behoren te worden over en gewaarschuwd had behoren te worden voor een bepaald risico, waarop het antwoord afhankelijk is van de omstandigheden van het geval. In verband hiermee richt Ge-Bouw zich op enkele concrete onderwerpen die nu aan de orde zullen komen, te weten het op 15 april 2013 gelegde beslag (4.9 e.v.), de gang naar de Raad van Arbitrage (4.14 e.v.), het aanspreken van de commanditaire vennoot (4.19 e.v.) en het entameren van het voorlopig getuigenverhoor (4.23 e.v.).
informed consent.
informed consntte kunnen komen. Ook overigens onderschrijft de rechtbank niet de stelling dat haar advocaten niet de zorgvuldigheid hebben betracht die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend beroepsgenoot mag worden verwacht. Dit leidt tot afwijzing van de vorderingen.
1.788,00(2,0 punten × tarief € 894,00)